Tevergeefs had ik een bezoek gebracht aan de woonvoorziening. De mensen waar ik mee wilde praten had ik niet thuis getroffen. De zon scheen, het was lekker warm, de terrassen stroomden vol en toch fietste ik met een onvoldaan gevoel naar huis.

De bewoners waren net als zoveel mensen naar buiten gegaan om te genieten van het mooie weer. Onderweg werd ik afgeleid door allemaal opzienbarende dingen; een hoogzwangere vrouw waarbij de bevalling had ingezet en die samen met haar partner de weeën op straat liep weg te puffen. Een zilverkleurig klapperpistooltje met oranje handgreep lag midden op het zebrapad. Spelende kinderen hadden het waarschijnlijk in het vuur van hun spel laten vallen. Ik nam het waar, maar het liet mij onberoerd. Tot ik Amsterdam-Zuid bereikte.

Op de kruising van een winkelstraat en de Willemsparkweg stond Diederik. In zijn jurk, op zijn aangepaste schoenen met gitaar en mondharmonica. Ik stopte onmiddellijk en werd enthousiast met een kus begroet. Ik deed of het de normaalste zaak van de wereld was. Hij had net gespeeld voor de mensen op het terras. De briefjes van vijf lagen los in zijn rollatormandje. Hij bood aan voor mij te zingen. Met hese stem zette hij ‘I will always love you’ in. Ik lachte en voelde de blikken van de mensen achter mij op het terras in mijn rug en hun huivering toen ik hem omarmde en hartelijk bedankte.

Opeens hoorde ik mijn naam. Ik draaide mij om en zag Guus aankomen, bezweet, zijn T-shirt spande om zijn zware lichaam. Ook hij liep achter een rollator en kwam moeizaam naar mij toelopen. “Zeg, wij hadden het toch een keer over je weet wel.” Ik wist onmiddellijk wat hij bedoelde. “Ik wil niet naar Barbara hoor, maar naar Westgaarde want daar liggen mijn ouders.”

“Doen we! Morgen zet ik het in de Walk of Life,” zei ik. Bij beide heren gooide ik wat geld in hun rollatormandje en ik fietste verder. De lente in Amsterdam was opeens overal.

Zwanine Siedenburg over haar berichten uit de parallelle wereld
Elke keer kost het weer doorzettingsvermogen om mijn eigen veilige wereld te verlaten en af te stappen op de mensen die niet om mijn hulp gevraagd hebben. Met enige schroom klop ik op deuren waarvan ik niet weet wat zich daarachter bevindt. Elke keer ontroert het mij om de blijdschap, de wijsheid en de berusting te zien bij de mensen die in kleine kamertjes wonen en afhankelijk zijn van drugs en hun begeleiders. Ik praat met ze zoals je maar zelden met mensen kan praten. Ik zweef mee op hun wanen, ik corrigeer als het mij te ver gaat en ik loop weg als ik geen contact kan maken. Maar elke keer zit ik neuriënd op mijn fiets naar huis omdat ik het zo goed met ze heb gehad.

Bron: www.youtube.com
970013F7-6702-4A63-B36E-7C497A22EB81

Zwanine Siedenburg

Zwanine Siedenburg is werkzaam als pastor bij Stichting Drugspastoraat Amsterdam. Zij begeeft zich met grote regelmaat in twee werelden; …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.