Jaap de Jonge (72), voorzitter van Stichting ARA, Drenthe: Vanwege het gebrek aan lhbti+ initiatieven in Drenthe hebben we in 2019 Stichting ARA (Asser Regenboog Alliantie) in het leven geroepen. Door in te zetten op samenwerking met andere partijen geloven wij het meest te kunnen bereiken voor de Drentse lhbti+ gemeenschap. In de toekomst willen wij in Drenthe gerichte symposia gaan organiseren over lhbti+ gerelateerde onderwerpen. Het eerstvolgende symposium zal gaan over lhbti+ in de sportwereld.
José Dijkstra (42), vrijwilliger All Inclusive, Drenthe: Samen met twee anderen ben ik het basisschoolproject All Inclusive begonnen rondom seksuele diversiteit. We richten ons op groep 1 tot en met groep 8 in Klazienaveen, waar ik zelf ook woon en voor de klas sta. Met het project willen we seksuele diversiteit bespreekbaar maken op de basisschool. Hoe vroeger je daarmee begint, hoe makkelijker het is om het bespreekbaar te maken, geloven wij.
Marjet Bos (70), initiatiefnemer Regenboog Oldambt, Groningen: Omdat er niks voor lhbti+ ouderen in het Oosten van Groningen werd georganiseerd, ben ik in 2016 Regenboog Oldambt – voorheen Roze 50plus Oldambt – gestart. Het is voor Lhbti+ ouderen vaak moeilijk om open te zijn over seksualiteit en/of genderidentiteit. Ik vind het belangrijk dat lhbti+ ouderen óók in hun laatste levensfase zichzelf kunnen zijn.
Larry van Dever (43), coördinator werkgroep Asiel, Groningen: Met onze werkgroep Asiel van COC Groningen-Drenthe proberen we migranten uit het sociale isolement te halen en ze te introduceren in de Nederlandse samenleving. Op die manier maken ze ook kennis met andere lhbti+ personen in Nederland. Daarnaast verwijzen we lhbti+ migranten door naar de juiste personen en instanties voor psychologische, materiële en medische hulp. Ik heb zelf een vluchtelingenachtergrond en ben omwille van mijn seksualiteit vanuit het Caribisch gebied naar Nederland gevlucht. Vandaar dat ik een enorme motivatie voel om me in te zetten voor deze doelgroep.
Djayden Jung (28), acteur, Friesland: Ik ben acteur en projectmedewerker bij Live Your Story, een organisatie die via storytelling en theater sociaal-maatschappelijke thema’s als lhbti+ en racisme bespreekbaar maakt. Ik heb zelf een transverleden en identificeer me als man, dus vanuit mijn eigen ervaring kan ik goed in bepaalde acteerrollen kruipen.
Sebastiaan Velda (46), voorzitter COC Friesland, Friesland: Als voorzitter van COC Friesland houd ik me voornamelijk bezig met voorlichting op scholen en onderhoud ik contact met Friese gemeenten in het kader van lhbti+ beleid en emancipatie. Zo werken we met gemeenten samen om diversiteitscampagnes op te zetten. Daarnaast organiseren we workshops in zorginstellingen om lhbti+ identiteit daar bespreekbaar te maken.
Wat zijn jullie eigen ervaringen zijn als het gaat om jezelf kunnen zijn in jullie provincie?

Jaap: Ik heb het geluk door mijn omgeving te zijn geaccepteerd, maar ik besef wel dat dit niet voor iedereen geldt en dat veel lhbti+ personen minder fijne verhalen hebben. Juist daarom wil ik me voor anderen in de lhbti+ gemeenschap inzetten. Het is nog lang niet vanzelfsprekend is om jezelf te zijn.
José: Ik ben getrouwd met een man en zit dus in een heterorelatie. Pas toen ik bevriend raakte met mijn projectpartner Mike werd ik geconfronteerd met de weerbarstige realiteit voor lhbti+ personen. Toen ik een keer met Mike in Zwolle was, ontstond een bedreigende situatie die veroorzaakt werd doordat hij openlijk homo is. Ik voelde me bedreigd. Mike daarentegen keek er eigenlijk niet eens meer van op omdat hij er zo aan gewend was. Op dat moment kwam ik erachter dat Nederland helemaal niet zo tolerant is als ik daarvoor dacht.
Marjet: Vroeger was ik niet heel open over dat ik op vrouwen val. Ik was bang om veroordeeld te worden om wie ik ben en dat risico wilde ik niet nemen. In Groningen, waar ik opgroeide, voelde ik me ook lange tijd ‘de enige’. Er was geen enkele zichtbaarheid van de lhbti+ gemeenschap en rolmodellen waren er amper of niet. Pas toen ik in Groningen ging studeren, kwam ik in aanraking met de lhbti+ gemeenschap.
Larry: In het begin durfde ik nog niet openlijk gay te zijn in Groningen. In het Caribisch gebied, waar ik vroeger woonde, vertelde je niet snel aan anderen dat je gay was. Na een jaar ging ik aan de slag als vrijwilliger bij een voetbalclub, en daar vertelde ik meteen dat ik homo ben. Zij reageerden heel positief en zeiden dat lhbti+ fobie niet getolereerd werd op de club.

Sebastiaan: Er is in de 46 jaar dat ik hier in Friesland woon veel veranderd. Toen ik op de middelbare school zat, kwam je er niet voor uit dat je homo was. En als je wel openlijk gay was dan hield je je op de vlakte. Ik had een geschiedenisleraar die me vertelde dat mijn homoseksualiteit een ‘fase’ was en dat het over een tijdje over zou gaan en ik weer ‘normaal zou zijn’. Tijdens mijn sollicitatiegesprek op een christelijke middelbare school heb ik meteen aangegeven dat ik voorzitter ben van het COC, en dat werd positief ontvangen. Ik ben wie ik ben en ik ga mezelf niet verstoppen.
Wat zijn de specifieke uitdagingen voor de lhbti+ gemeenschap in Drenthe?
Jaap: Ik heb voordat ik in Assen kwam wonen 48 jaar met mijn man in een klein Drents dorp gewoond en nooit ergens last van gehad. Daarnaast heb ik tientallen jaren in het voortgezet onderwijs gewerkt in Drenthe en ook daar niks negatiefs meegemaakt omwille van mijn homoseksualiteit. Ik kan natuurlijk alleen maar spreken uit mijn ervaring als witte homoseksuele man en heb niet de ervaring van bijvoorbeeld een transgender persoon in Drenthe, maar lhbti+ gerelateerd geweld komt hier amper voor.
José: Ik ken in mijn omgeving weinig tot geen negatieve verhalen van mensen die tot de lhbti+ gemeenschap behoren, maar lhbti+ blijft een gevoelig thema. Zo zouden in eerste instantie drie scholen meedoen aan ons project, maar uiteindelijk trokken twee scholen zich terug uit angst voor commotie onder de ouders van leerlingen.
Wat zijn de specifieke uitdagingen in de provincie Groningen?

Marjet: Het voornaamste probleem in Groningen is dat er in verhouding tot de oppervlakte van de provincie maar weinig mensen wonen. Daardoor zijn er ook minder lhbti+ initiatieven en personen die dit soort initiatieven kunnen dragen en organiseren. Sinds twee jaar houd ik me binnen Regenboog Oldambt voornamelijk bezig met de oudere doelgroep en het project dat ik heb bedacht om lhbti+ vriendelijkheid binnen zorginstellingen te bevorderen.
Larry: Groningen is niet de meest bruisende plek om terecht te komen, waardoor het voor lhbti+ migranten makkelijk is om in een sociaal isolement te raken. Daarnaast is het voor lhbti+ vluchtelingen die buiten de stad Groningen zijn geplaatst, lastig om de reis naar de stad te bekostigen omdat het openbaar vervoer best wat kost. Wij proberen als werkgroep Asiel wel te helpen in de kosten, maar integreren gaat moeilijker als je je niet makkelijk kan verplaatsen in de provincie.
Wat zijn de specifieke uitdagingen in Friesland?
Djayden: Helaas verneem ik nog best vaak heftige dingen wanneer we op middelbare scholen zijn om de voorstelling te spelen. Meer dan eens hoorde ik van lhbti+ personen of mensen met een andere culturele achtergrond, dat ze weg zijn gepest uit Friese dorpen. Ik merk ook dat Friese scholen in de dorpen terughoudend zijn wat betreft het bespreekbaar maken van lhbti+ thema’s in de klas. Als we hen benaderen over onze voorstelling, willen ze er soms niets van weten of stellen ze dat het onderwerp bij hun op school niet leeft. Maar we weten allemaal dat er overal lhbti+ personen zijn, óók in Friesland.
Sebastiaan: In Friesland is er een grote boerengemeenschap die bijna nooit te maken heeft gehad met mensen uit de lhbti+ gemeenschap. Er zijn hier ook maar vier gemeenten die Regenbooggemeente zijn geworden, de rest van de gemeenten helaas – nog – niet. Deze vier gemeenten wapperen wel hun regenboogvlag uit op Paarse vrijdag, maar doen voor de rest vrij weinig op het gebied van lhbti+ emancipatie. Dat moet anders.
Zijn er voorbeelden van mooie initiatieven waar andere provincies misschien iets van kunnen leren?
Jaap: Een mooi initiatief wat ik namens stichting ARA ondersteun is het project BOI. Door middel van een documentairefilm van Anne Marie Borsboom – waar ze twaalf jaar aan heeft gewerkt – over de transitie van een transman, maken we lhbti+ thema’s bespreekbaar op middelbare- en MBO scholen in Drenthe.

José: De gemeente Emmen heeft standaard de regenboogvlag uithangen en we hebben ook een regenboogpad en een mooie regenboogtrap. Zelf ben ik een groot fan van het Regenboogfestival Emmen, waar altijd veel mensen op af komen om samen de liefde te vieren. Eigenlijk is het een beetje onze mini Pride, op z’n Drents.
Marjet: Samen met de Groningse streektaalzanger Klaas Spekken ben ik een liedjes- en verhalenprogramma begonnen om op een laagdrempelige manier aandacht te vragen voor lhbti+ ouderen en de noodzaak voor lhbti+ vriendelijke zorg. Met herkenbare liedjes, deels in het Gronings, treden wij op voor de ouderen, medewerkers en vrijwilligers in zorgcentra. Het doel is om op een laagdrempelige manier te laten zien dat lhbti+ ouderen bestaan en het is daarnaast een ijsbreker om het over lhbti+ onderwerpen te kunnen hebben.
Larry: De GGD heeft veel met ons samengewerkt. Zo kwamen medewerkers van de GGD bijvoorbeeld langs om hepatitis B vaccinaties te geven, te testen op hiv, en de hiv-preventiepil PrEP aan te bieden. Veel lhbti+ vluchtelingen hebben deze medische kansen niet gehad in de landen waar ze vandaan komen. Door onze samenwerking met de GGD kan deze groep nu bereikt worden en gebruik maken van medische voorzieningen voor lhtbi+ personen.
Sebastiaan: De Pride Leeuwarden bestond dit jaar uit een Pride Walk in plaats van een botenparade zoals eerder. Niet elke lhbti+ persoon heeft namelijk de mogelijkheid om op een boot mee te varen. De mensen waar de Pride om draait konden zo echt meedoen, en hoefden niet aan de kade te staan.
Djayden: Ik ben er trots op dat ik de transgendergroep heb opgezet bij het COC Friesland. Eerder deed het COC Friesland weinig voor deze groep en nu worden er eindelijk activiteiten georganiseerd voor trans personen in Friesland.
Waar hopen jullie dat je provincie over tien jaar staat als het om lhbti+ emancipatie gaat?

Sebastiaan: Als voorzitter van COC Friesland hoop ik dat – naast de gemeente Leeuwarden – alle achttien gemeenten in Friesland een inclusiviteitsbeleid gaan voeren. Lhbti+ beleid wordt vaak lastig gevonden; men weet niet goed waar te beginnen en is bang dat de achterban er niet op zit te wachten. Toch is het belangrijk om het wél te doen; gemeenten moeten gaan uitdragen dat iedereen zichzelf moet kunnen zijn.
Djayden: Je zou inderdaad als lhbti+ persoon overal jezelf moeten kunnen zijn. En niet helemaal naar Leeuwarden of Heerenveen hoeven reizen om openlijk homo of trans te zijn.
Jaap: Ik sta kritisch tegenover het alsmaar explicieter maken van subgroepen in de lhbti+ gemeenschap. We moeten elkaar juist blijven vasthouden om als lhbti+ gemeenschap stappen te zetten. Ik ben er trots op dat Drenthe het in al zijn nuchterheid relatief goed doet, en ik denk dat onze omgang met dit thema een mooi voorbeeld kan zijn voor de rest van het land.

José: Ik geloof dat wanneer je diversiteit vanaf jongs af aan bespreekbaar maakt dit kan bijdragen aan een tolerantere samenleving. Mijn droom is dan ook dat elke basisschool in Nederland met ons schoolproject aan de slag gaat.
Marjet: Dat mensen zich bewust zijn van het feit dat er ook lhbti+ personen in zorginstellingen wonen. Hopelijk hoeft over tien jaar niemand meer bang te zijn om in een zorginstelling terecht te komen waar je niet jezelf kunt zijn.
Larry: Ik hoop dat er over tien jaar bewuster wordt nagedacht over hoe we lhbti+ vluchtelingen daadwerkelijk een plek geven in de samenleving.
Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd op 22 november 2022 en opnieuw geplaatst in het kader van de Nieuw Wij Winterherhalingen. Het is afkomstig uit de artikelenreeks ‘Jezelf zijn in de provincie’, een coproductie van Movisie en de Regenboogprovincies. Meer informatie.