Senegal is het land van teranga en tolerantie. Daar pakt het graag mee uit in de reisgidsen en toeristische brochures. Dat is niet eens overdreven, je kan dat ook voelen als je in Senegal rondreist.

Teranga is de gastvrijheid die maakt dat je welkom bent. Mensen helpen je spontaan. Als je iemands vertrouwen wint, neemt die je graag mee op in zijn vriendenkring. Je bouwt snel hartelijke relaties op in Senegal.

De tolerantie heeft op haart beurt te maken met de eigenzinnige religieuze geschiedenis van het land. Zo’n 95 procent van de bevolking is moslim en het grootste deel is lid van een van de vier Senegalese soefibroederschappen.

Soefisme is de mystieke traditie binnen de Islam. Het bestaat op heel wat plaatsen en heeft de neiging (maar niet overal!) open en tolerant te zijn. Dat zowat het hele land is georganiseerd rond soefibroederschappen, maakt Senegal bijzonder in de moslimwereld. En misschien zelfs in de hele wereld.

Het is erg leuk toeven in Studio 432 van Sahad Sarr, in Ouakam, een aangename voorstad van Dakar. Je vindt zijn muziek op Spotify en YouTube. Hij heeft net een nieuw album uit. Behalve muzikant is Sahad ook een actief lid van de Baye Fall. Die gemeenschap behoort tot de zogenaamde broederschap van de mouriden. Ze beleeft een aantal soefitradities en waarden extra intens. Denk maar aan dhikr (het chanten van de goddelijke namen), poëzie en meditatie. En dus ook muziek.

Sahad: “Het mouridisme ontstond uit het verzet tegen de kolonisatie. Onze stichter, de grote soefimeester Amadou Bamba, werd verbannen naar Gabon en Mauritanië. Wij koesteren een hoogwaardige spiritualiteit, gebaseerd op humanisme.”

De islam die de Arabische landen prediken, houdt sterk vast aan de sharia (de islamitische wet) en de vijf pijlers: geloofsbelijdenis, bidden, liefdadigheid, vasten en de bedevaart naar Mekka. Dat is volgens Sahad niet de essentie. “Voor ons ontbreekt er een dimensie. We beleven de islam van binnenuit. Mystiek en esoterische beleving zijn belangrijk. Wij proberen genereus en nederig te zijn, te delen. Dienstbaar te zijn aan de gemeenschap.”

Het valt me trouwens op dat heel wat Senegalezen ‘hun’ islam als anders beschouwen dan wat de Arabische wereld ziet als de ‘universele’ islam. Ik leg Sahad mijn vaststelling voor. “Eigenlijk hebben de Arabieren de islam gekoloniseerd,” legt hij uit.

“We maken een onderscheid tussen de essentie van de godsdienst en wat cultureel van de Arabieren komt. Dat is louter verpakking en heeft niets te maken met de kern van de godsdienst. We nemen die verpakking weg en maken het Senegalees. Arabieren werden vaak beschouwd als superieur. Zij vonden dat, wij vonden dat ook. De Senegalese islam wou daarvan af.”

‘Dat is goed gelukt,’ grijnst de muzikant. ‘We hebben de islam “getropicaliseerd”.’

senegal-Camille Rol via Pixabay_2879193_1920 (1)
Op het strand in Senegal Beeld door: Camille Rol via Pixabay

Invloed van het wahabisme

We ontmoeten Alioune Tine, een van de belangrijkste denkers en activisten van het Senegalese maatschappelijk middenveld. Ook hij onderstreept het belang van de broederschappen. “Onze soefi-islam is hier de dominante ideologie. De broederschappen hebben een grote invloed op de bevolking, het zijn echte machtsblokken. Hun tentakels reiken tot diep in het economische en politieke leven.”

Toch is er de laatste decennia ook druk vanuit wahabitische hoek, breng ik in. De conservatieve stroming binnen de islam, vooral gevolgd door Saudi-Arabië en sommige golfstaten, neemt de oudste islamitische opvattingen als leidraad. Ze werd geïntroduceerd door Senegalezen die terugkeerden uit het Midden-Oosten en Noord-Afrika.

“De laatste jaren reageren ze veel sneller dan vroeger en maken intens gebruik van de sociale media. ‘We horen constant zaken die we vroeger niet hoorden. Ze vinden dingen snel blasfemisch. Ze hebben het ook opvallend vaak over kleding, vooral van vrouwen.”

Sahad Sarr had zich vanochtend al bezorgd uitgelaten over de wahabitische druk: “Dat hele haatklimaat tegen homoseksualiteit wordt vooral door hen gedragen. Het is een heel negatieve Islam.”

Toch moeten we daarbij een belangrijke kanttekening maken. Het is niet zo dat er aan de ene kant de tolerante, open Senegalese islam is, en aan de andere kant een conservatieve Islam. De soefi-islam van de broederschappen staat zélf ook onder druk en zag zijn eigen behoudzuchtige vleugel ontstaan.

Druk van binnenuit

In een bloemrijke binnentuin, achter het moslimkerkhof van Yoff in Dakar, praat ik met Mame Makhtar Gueye. Gueye is woordvoerder van de islamitische belangengroep Jamra. Gueye en Jamra plaatsen zich in de traditie van de Senegalese islam, maar verdedigen zeer expliciet een conservatieve agenda.

“Onze versie van de islam heeft ons beschermd tegen de ontsporingen die we ook in de buurlanden zien: fundamentalisme, extremisme, geweld. Dat wijzen we af. Senegalezen zijn erg tolerant tegenover de diversiteit die de moslimgemeenschap hier heeft. We komen bij elkaar over de vloer, we vieren elkaars feesten. Het is een perfecte harmonie.”

Ook mensen met andere geloofsovertuigingen zijn welkom, vertelt Gueye. “Op Pasen nodigt de katholieke minderheid ons uit en deelt ze haar feestmaaltijd met ons. Op het einde van de ramadan doen we hetzelfde. We geven hun alle respect. Er zijn zelfs gemengde huwelijken. Ook met de animisten hebben we de beste relaties.”

“Pas op, als we ergens uitschuivers zien, zaken waarvan we denken dat ze de samenleving bedreigen, dan veroordelen we dat. Een traditionele bezorgdheid is de verwaarlozing van Koranscholen. Onderwijs is in dit land goed georganiseerd, maar Koranscholen worden stiefmoederlijk behandeld.”

Het klinkt mooi. Toch is niet iedereen even overtuigd van de minzame intenties van Jamra. “De groep heeft een erg conservatieve agenda, voor haar staat onze feministische strijd haaks op de islam,” vertelt Aya Diaw*, een van de meest uitgesproken voorvechters van vrouwenrechten in het land.

Diaw weet waarover ze praat. Met enkele medestanders ageerde ze in het verleden tegen een aantal verkrachtingen van Koranleerlingen door leraren van Jamra. “Dat werd ons bijzonder kwalijk genomen. Dan gaan ze op zoek naar elementen uit ons privéleven om ons zwart te maken. En als ze die niet vinden verzinnen ze die wel.”

Seksueel geweld is een groot probleem in Senegal. Verkrachting, seksuele uitbuiting en misbruik van leerlingen zijn schering en inslag in het Senegalese onderwijs. Human Rights Watch signaleert dat meisjes vaak te maken krijgen met seksueel en gendergerelateerd geweld. Veel van die gevallen worden niet gerapporteerd, en de daders worden zelden ter verantwoording geroepen.

Het laatste jaar groeide een haatcampagne tegen de lgbtq-community uit tot een echte hetze. Heel wat lgbtq+’ers proberen daarom het land te verlaten. Ook in die polarisatie roert Jamra zich. Zo lag de groep bijvoorbeeld aan de basis van een wetsvoorstel om de bestaande wettelijke straffen tegen lgbtq+’ers zwaarder te maken.

Twee gezichten: modern en ultraconservatief

Om het spanningsveld tussen progressief en conservatief Senegal beter te begrijpen, ga ik praten met de Canadese filosofe Delphine Abadie, die les gaf aan UCAD (Université Cheikh Anta Diop). “Vrouwen krijgen hier weinig bescherming. Er zijn ontelbare nieuwsberichten over moorden, verdwijningen enzovoort. Senegal koketteert graag met zijn traditie van teranga, tolerantie en de kwaliteit van zijn intellectuele en culturele leven. Maar het land heeft een onderstroom van conservatieve – ook religieuze – tendensen die zich in de geesten van de mensen willen nestelen. Als je er even bent, merk je zelf wel de antiwesterse krachten die het land lijken te overspoelen.”

Volgens Abadie heeft Senegal twee gezichten: “Het ene kijkt in de richting van zijn eigen moderniteit, het andere wordt verscheurd door ultraconservatieve bewegingen waarvan sommige gelieerd zijn aan het jihadisme uit de buurlanden. We mogen de grote meerderheid niet vergeten, die buiten de bruisende bubbel van intellectueel en artistiek Dakar leeft.”

70583_145653_gzlZIW
Leiders van de mouriden, een soefigemeenschap. Rechts afgebeeld is Amadou Bamba, ‘de grote soefimeester die werd verbannen naar Gabon en Mauritanië’ Beeld door: Erica Kowal (CC BY-SA 2.0)

Het hoge woord is eruit: jihadisme. Al mijn gesprekspartners onderkennen de conservatieve druk op de Senegalese islam. Zowel door Senegalezen die met steun van onder meer Saoedi-Arabië een orthodoxe Islam propageren, als groepen zoals Jamra die deel uitmaken van de Senegalese islam met zijn soefibroederschappen, en van binnenuit waken over voor hen belangrijke tradities.

Maar wat is de link met de extremistische, gewelddadige islam die, gezien Senegals geografische ligging, wel erg dichtbij is? Iemand had me zelfs verteld: stel dat een van de grote leiders van een van de broederschappen dat extremisme omarmt, dan volgen zijn adepten meteen.

Dat gaat niet gebeuren, klinkt het unisono bij mijn gesprekspartners. “Grote intellectuelen leiden de broederschappen. Het zijn echte machtsbastions, en hebben grote middelen. Zij gaan de wapens niet opnemen,” zegt Alioune Tine. “Zelfs de radicalere orthodoxe wahabieten maken, ondanks diverse meningsverschillen, deel uit van onze geweldloze Islam.”

Ook Sahad Sarr ziet de broederschappen niet meteen allianties aangaan met het jihadisme: “Dat zou een tegennatuurlijk verbond zijn. We zijn niet van plan ons te laten doen. We houden vast aan onze tolerante islam.”

Mame Makhtar Gueye, woordvoerder van een uitgesproken conservatieve strekking binnen de Senegalese islam, distantieert zich eveneens van extremistisch fundamentalisme. “We verwerpen geweld en haat. De dreiging van extremistische ontsporingen is permanent. De staat is waakzaam en we proberen te helpen. We beschouwen de terroristen uit de buurlanden als criminele netwerken die hun maffiose zaken proberen te ritselen onder een religieuze vlag. Met islam heeft dat niets te maken.”

Alioune Tine besluit: “De jihadisten gaan planmatig te werk. Ze weten dat ze de broederschappen niet kunnen overnemen. Ze sijpelen binnen waar de staat zwak is, manipuleren frustraties en geschillen. Dat hebben ze elders gedaan en dat willen ze hier ook doen. Daar zijn ze nu al mee bezig. Ze weten waar we kwetsbaar zijn.”

Aya Diaw* is een pseudoniem (naam bekend bij de auteur). Dit artikel maakt deel uit van een reeks over Senegal op MO* en kwam tot stand met steun van het Fonds Pascal Decroos voor bijzondere journalistiek. Dit artikel verscheen oorspronkelijk op MO* Magazine en is met toestemming overgenomen.

kris_B

Kris Berwouts

Kris Berwouts (1963) studeerde Afrikaanse taalkunde en geschiedenis in Gent. Hij werkte 25 jaar voor verschillende Belgische en …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.