In september hadden ze al veertig mannen in de kerk, nu zijn het veertig jongens. Van twaalf tot achttien jaar oud. Uit Eritrea en Syrië vooral. “Ja, dat is even omschakelen”, zegt predikant Roel, die fungeert als coördinator van de crisisopvang (“Ik geloof dat ik daartoe gebombardeerd ben inderdaad”, antwoordt hij droogjes op de vraag.)

Op de website van de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt in Leek staat ‘Wij willen een gastvrije gemeenschap zijn, waar iedereen welkom is’. Dat brengt de kerk in praktijk dus.

Veertig pubers, ga er maar aan staan. Veertig pubers in groepen die elkaars taal niet spreken, ook nog. Veertig pubers met ieder hun verhaal. Uit oorlogsgebieden gevlucht, de lange reis naar Europa doorstaan, moederziel alleen hier. Wat zullen ze allemaal mee hebben gemaakt? Vrijwilliger Hieke schudt onwillekeurig haar hoofd en schouders, als om de gedachte af te schudden. “Je moet er niet aan denken.”

De lunch is deze middag net geweest. Met soep, door Hieke en mede-vrijwilliger Janet bereid. Linzensoep en pittige tomatensoep. De kids hebben het zich goed laten smaken. De meesten zijn alweer gevlogen, enkelen helpen mee met afruimen en schoonmaken. Een jong jochie boent als de beste. “Dat is echt een lieverd, hoor”, zegt Janet.

De voorzieningen zijn hier prima: op zolder is zelfs een soos. Compleet met tafelvoetbal (druk bezet), biljart (eveneens druk bezet) en bar. Die laatste wordt nu niet gebruikt – in ieder geval niet voor alcohol. ‘Geen 18: geen druppel’, immers. Nog los van het feit dat het geloof van een deel van de jongens dit verbiedt.

Roken tegen honger

Dat geloof verbiedt roken dan helaas weer niet; ze roken bijna allemaal. Ook een paar die pas veertien jaar oud zijn. Op die leeftijd al verslaafd, constateert een vrijwilliger mismoedig. Dat leren ze op de vlucht, weet haar collega: “Als je rookt, voel je de honger niet zo erg.”

Naast het clubje dat buiten staat te roken, zijn er op de binnenplaats ook wat jongens aan het voetballen. Als ze doorhebben dat er mensen kijken, doen ze extra hun best. “Messi”, roept er een. En “Barcelona”. Een mooi moment om hen wat over het Nederlandse voetbal bij te brengen, denkt uw scribent: “Arjen Robben!” De jongen herhaalt het gretig. Maar ‘FC Groningen’ of ‘Bayern München’ nazeggen gaat hem te ver: “Barcelona!”

Leek ama’s nov 2022 – biljarten – verkleind IMG_2133
Minderjarige asielzoeker in de kerk

Vanochtend was er even gedoe tussen twee groepjes. Verschillende nationaliteiten, Syriërs en Eritreeërs verstaan elkaar niet; een misverstand is zo geboren. Kwade koppen kunnen bij pubers best snel uit de hand lopen, en dan hebben deze jongens nogal wat meegemaakt en onzekerheden bovendien. Het liep dus even uit de hand, kwam zelfs tot een klein handgemeen.

Een medewerker van het COA vraagt zich af of de kerkelijke vrijwilligers het nu nog wel zien zitten. Hieke reageert nuchter: “Ik heb zelf zes kinderen hoor, ik ben wel wat gewend. En het was binnen anderhalve minuut voorbij.” De vrijwilligers hier zijn niet van suiker, dat zie je. Maar wacht even; een medewerker van het COA? Inderdaad, dat is nieuw in de crisisopvang in de kerken.

Omdat dit minderjarigen zijn, stelt het COA medewerkers beschikbaar voor de opvang, en voorzieningen. Zo worden de maaltijden in dagelijkse pakketten per persoon geleverd. De kerk in Leek vult die aan. Met lekkere, verse soep bijvoorbeeld, en tussendoortjes. Want verse groenten zijn belangrijk, en: pubers hebben altijd honger, weet Roel.

De twee medewerkers van het COA zijn vanochtend na de ruzie met de jongens gaan zitten. Met tolken erbij natuurlijk. Een vrijwilliger kent iemand die Tigrinya spreekt, een ander iemand die Arabisch spreekt. Die kwamen helpen. Dus: zitten en praten. COA-medewerker Janet: “We hebben hen gevraagd hoe ze dit voortaan willen voorkomen.”

“We moeten het samen doen”

Het leidde tot een lijstje leefregels, door de jongens zelf bedacht. Zoals: “Als je ruzie hebt, praat je het één op één uit, niet met de hele groep.” Of: “Als je elkaar niet begrijpt, laat je het rusten totdat er een tolk is.” En bovenal: “We moeten het samen doen.” Een les die nergens misstaat. Janet print de regels uit, met vertaling, en hangt ze op de deuren.

Buiten brengt een aantal jongens het in praktijk: ze helpen elkaar een kleurspoelinkje in het haar te doen. Zwart dachten ze, maar het blijkt in de praktijk diep donkerblauw. Roel helpt hen glimlachend uit de droom. Voorlopig kunnen ze er met hem om glimlachen. Ze verzorgen zich goed, vertellen de vrijwilligers. “Eerder vroeg die hele jonge knul daar om een nagelknippertje. Zat ‘ie keurig boven een bordje z’n nagels te knippen.” Precies zoals hij het van zijn moeder thuis heeft geleerd, dacht Hieke.

Het is niet ieder puberjoch dat graag iedere dag schone kleren aantrekt, z’n haren wast, z’n tanden poetst en uitgebreid doucht. Maar ook niet ieder puberjoch heeft een lange gevaarlijke reis achter de rug, met slechts sporadisch sanitaire voorzieningen. En eenmaal aangekomen in het aanmeldcentrum in Ter Apel zaten ze nog zonder douche, zonder schone kleren. Zonder bed overigens ook – dagenlang met z’n tientallen in een kantoorruimte, slapend op stoelen. Deze jongens hebben het allemaal meegemaakt. Ze halen het nu in.

vier dagen kunnen ze even bijkomen in Leek. Donderdag 3 november arriveren de jongens, maandagochtend 7 november vertrekken ze alweer; het COA heeft een opvanglocatie gevonden. Vier dagen; wat is dat nou helemaal, zou je zeggen. Maar in deze levens hebben die vier dagen een grote impact gehad, blijkt bij het afscheid.

Onbezoldigd tolk Lydia, zelf net twee maanden hier uit Syrië, zag hen komen en gaan. ”Ze kwamen heel onzeker aan – ‘Waar belanden we nu?’ – maar ze werden zó warm ontvangen. Je zág ze ontspannen.” Lydia is via INLIA ingeschakeld: de jongens spreken geen Engels, de vrijwilligers in Leek geen Arabisch. Er is dus af en toe een tolk nodig.

Een goede, stevige hug

En ook weer niet, zegt Lydia: “Ondanks de taalbarrière hebben ze een band opgebouwd. Echt.” Hoe dat kan? “De kids zijn in Leek vier dagen omgeven met love and care.” Fijn is dat er ook leeftijdgenootjes vrijwilliger zijn. De groep wil eigenlijk helemaal niet weg. Ze vragen Lydia die laatste ochtend om voor hen te vertalen zodat ze Roel en het team kunnen bedanken. Met applaus. (Ook voor Lydia trouwens, die er verlegen van wordt.)

Bij het afscheid omhelzen ze Roel allemaal. Eén voor één, een goede, stevige hug. Sommigen vechten tegen tranen. Roel zelf ook, ziet Lydia. Als de bus wegrijdt, blijven de jongens zwaaien. De jonge vrijwilligers op de stoep ook. Rennen nog een stuk om de bus zo lang mogelijk in zicht te houden. “Zo mooi, die warmte tussen onbekenden – the love from stranger to stranger. Wow.” Lydia laat de tranen maar gewoon komen.

Logo_Personen

Redactie Nieuw Wij

Heeft u ook een nieuwstip? Of wilt u zelf publiceren? Laat het ons weten via de contactpagina.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.