“Eigenlijk is het geen feestelijk jubileum,” zegt directiesecretaris Regina Teunen. “We hadden natuurlijk allang niet meer nodig moeten zijn.” Maar daar is voorlopig geen sprake van. Regina weet waarover ze het heeft. Ze is net als de andere twee geïnterviewden voor dit artikel, Jan Jaap van Oosterzee en Dion van den Berg, al jaren bij PAX betrokken, de vredesorganisatie die ontstond uit Pax Christi Nederland (vanuit de katholieke zuil) en IKV (van oecumenische oorsprong).

Het begon allemaal tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog. Een breed gedeeld gevoel over ’Nooit meer oorlog’ en ‘Nooit meer Auschwitz’ leidde op politiek wereldniveau tot de oprichting van de Verenigde Naties en de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Maar ook burgers streefden naar vrede, verzoening en verbroedering tussen de Europese volkeren. In 1944 kwam vanuit die gedachte de internationale Pax Christi-beweging op. Vier jaar later (1948) kwam hier Pax Christi Nederland uit voort. Vooral katholieke jongeren voelden zich aangesproken en pleitten voor gelijkwaardigheid, tegen nationalistisch hokjesdenken in vrienden en vijanden.

Wandelen met Duitse ex-soldaten

Europa moest verenigd worden om op die manier duurzame vrede mogelijk te maken. Regina: “Verzoening en verbroedering kwamen tot uiting door voettochten, samen op weg zijn, naar de bedevaartsoorden Lourdes (Frankrijk) en Kevelaer (Duitsland). Ook in Nederland werden tussen de jaren ‘50 en ‘70 voettochten georganiseerd waar duizenden jongeren aan meededen. Dat jongens en meisjes elkaar onderweg onbevangen konden ontmoeten, droeg behoorlijk bij aan de populariteit, en er zijn nogal wat Pax Christi-huwelijken uit voortgekomen. Eigenlijk zijn we nooit met voettochten gestopt. Tijdens de huidige Vredesweken organiseren wij nog altijd de Walk of Peace.”

“Die eerste voettochten waren bijzonder. Ook Duitse ex-krijgsgevangenen werden uitgenodigd”, vertelt Jan Jaap. Regina: “Jeanne Wesselink-Steenhof, een van de oprichters van Pax Christi Nederland in 1948, vertelde mij hoe ongelooflijk spannend het was om na de oorlog Duitse ex-soldaten te ontmoeten. Ze zou nu voor het eerst de voormalige onderdrukkers recht in de ogen kijken. Gelukkig viel het mee. Het bleken ook gewoon jongeren, die vaak traumatische oorlogservaringen hadden. Verbroedering met de voormalige vijand bleek goed mogelijk.”

Jan Jaap: “Ondertussen zochten mensen op Europees politiek niveau een fundamenteel andere relatie tussen staten en mensen vormgeven vanuit hetzelfde ideaal: vrede. In 1951 is de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) opgericht waar vervolgens de Europese Unie (EU) uit voortkwam.” Dit was de concrete politieke vertaling van ‘Nooit meer oorlog’ en verzoening en verbroederingen tussen Europese volkeren. Regina: “De EU is tot op de dag van vandaag een vredesproject, waar wij ons nauw verbonden mee voelen.”

‘Nooit meer oorlog’ had voor Pax Christi al snel politieke implicaties. Gebed en voettochten waren niet voldoende. Er moest ook gewerkt worden aan sociale rechtvaardigheid, en solidariteit met burgers in oorlogssituaties buiten Europa. Pax Christi keerde zich in 1966 tegen de Vietnamoorlog en had ook nauwe contacten met de Vietnamese boeddhistische (van nature pacifistische) beweging. Daarnaast vroeg Pax Christi al vanaf de Zesdaagse Oorlog in 1967 aandacht voor het lot van de Palestijnen. En de organisatie keerde zich tegen de apartheid in Zuid-Afrika.

De Koude Oorlog

Maar terwijl in Europa Pax Christi probeerde de vrede te consolideren, was de oorlogsdreiging allesbehalve weg. De Tweede Wereldoorlog was geëindigd met twee verwoestende knallen: de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki. In 1945 begonnen de Koude Oorlog en de wapenwedloop die leidde tot tienduizenden kernwapens. Veel burgers vreesden dat een confrontatie ver weg, bijvoorbeeld in Korea of in Cuba, kon leiden tot een allesvernietigende Derde Wereldoorlog.

Jan Jaap: “Niet alleen de katholieken van Pax Christi, ook protestanten maakten zich zorgen.” Het Interkerkelijk Vredesberaad (IKV) werd in 1966 opgericht door Pax Christi en de Nederlandse Hervormde Kerk en richtte zich op oecumenische samenwerking. Centraal stond de vraag: hoe krijgen we meer ontspanning in de wereld? En daarmee samenhangend: en hoe minder kernwapens?” De Vredesweek bestaat al vanaf 1967, maar leverde in het begin weinig concreets op. Dion: “Het was de tijd van de provo’s en de hippies. In 1968 stond Parijs helemaal op zijn kop en was er de Praagse Lente, de burgeropstand die werd neergeslagen door de Sovjet-Unie en andere Warschaupactlanden. Steeds meer koloniën werden onafhankelijk en in verschillende werelddelen kwamen burgers in opstand tegen dictators. Er was sprake van één grote democratiseringsgolf. De vredesbeweging maakte actief deel uit van die mondiale roep om meer democratie.”

In de loop van de jaren zeventig groeide de wens om met de Vredesweek meer impact te maken. Burgers moesten bovendien behalve over democratisering ook meepraten over oorlog en vrede. Zeker toen wiskundige en vredesactivist Mient Jan Faber in 1974 IKV-secretaris werd. Dat leidde in 1977 tot de politieke campagne ‘Help de kernwapens de wereld uit, om te beginnen uit Nederland!’ Voor Dion en Jan Jaap, tieners nog, het moment om actief te worden. Jan Jaap: “Er ontstond een brede burgerbeweging tegen kernwapens die geleid werd door IKV samen met de vakbonden. In heel West-Europa kwam verzet. Uniek voor Nederland was dat kerkelijke organisaties aan het hoofd stonden. Dat was in veel andere landen niet zo.”

Oppassen voor geheime diensten

Niet alleen de strijd tegen kernwapens werd serieus opgepakt. Pax Christi en IKV hielden zich ook intensief bezig met de internationale ontspanning tussen het Westen en de Sovjet-Unie en met mensenrechten en democratisering in Oost-Europese landen. In 1975 werden de Helsinki-akkoorden gesloten tussen 35 landen, waaronder de Sovjet-Unie. Dit was in principe een veiligheidsakkoord, maar vooral de bepalingen over mensenrechten bleken voor dissidenten (kritische denkers en mensenrechtenactivisten) in het Oostblok van groot belang te zijn.

Vanuit Nederland steunde de vredesbeweging dissidentenbewegingen in Oost-Europa en Rusland. Zo had IKV contact met Tsjechoslowakije en Oost-Duitsland. Pax Christi had contacten in Polen en de Sovjet-Unie. Jan Jaap: “Gesprekken met dissidenten waren soms spannend, omdat Pax Christi en IKV ook streefden naar (kern) ontwapening, maar dat wilden sommige partners in Oost-Europa nu juist niet. Ze wilden dat het Sovjetregime daarmee onder druk werd gehouden.” Regina: “Er was meer wat het spannend maakte. Pax Christi had vanaf de jaren zeventig contact met de toen verboden Russisch-orthodoxe kerk in Rusland en de rooms-katholieke kerk in Polen. Hierbij moest heel voorzichtig geopereerd worden om enerzijds dissidente Russen en Polen niet in gevaar te brengen, en anderzijds de politieke onafhankelijkheid niet op het spel te zetten. Deze bewegingen in het Oostblok waren namelijk vaak geïnfiltreerd door geheime diensten. We werden ook actief bespioneerd en sommige collega’s hebben er mooie, dikke geheime dienst-dossiers aan overgehouden.”

Flinke slagen in the eighties

De beloning van het vasthoudend steunen van deze dissidenten kwam in de jaren tachtig. Dion: “In 1980 werd in Polen de onafhankelijke vakbond Solidarność opgezet. Die kreeg heel veel steun, ook vanuit de katholieke kerk. Het werd een belangrijke tegenbeweging.” Op 13 december 1981 werd de staat van beleg in Polen afgekondigd. Dat is een heel belangrijk moment in navolging van eerdere liberaliseringspogingen, in Hongarije in 1956 en de Praagse Lente in 1968. Dion: “De discussie ging toen steeds meer over de noodzaak om de strijd voor de mensenrechten in Oost-Europa te verbinden met het verzet tegen kernwapens in West-Europa. In beide gevallen vonden we dat de wens van burgers genegeerd werd. De ‘logica’ van de Koude Oorlog en de tweedeling van Europa moesten op de helling.”

Er ontstond een netwerk van onafhankelijke en dissidentenbewegingen met het IKV en Pax Christi als verbindende factoren. Tegelijkertijd kreeg ook de strijd tegen kernwapens de wind in de zeilen. De antikernwapendemonstraties in 1981 en 1983 waren de grootste demonstraties die in Nederland ooit gehouden zijn.

De val van de Muur

Ondertussen voerden de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie onderhandelingen die zouden moeten leiden tot kernwapenontmanteling, maar dat gebeurde niet. Sterker nog: ze leiden elke keer tot méér kernwapens. Dion: “Wij zeiden: die ontspanningspolitiek werkt niet. Wij geloofden in ontspanning van onderop, vanuit de burgers. De onderhandelingen tussen Gorbatsjov en Reagan in Reykjavik 1986 leidden uiteindelijk wel tot minder kernwapens en waren in feite ook een reactie op de roep van burgers in Europa en Verenigde Staten.” Veel mensen ontvluchtten het Oostblok. Dion: “Mensen stemden met hun voeten. Bij de grens van Hongarije stonden de autoriteiten een doorgang toe. Sommigen hingen hun huissleutels aan de bomen, met een briefje erbij: ‘Dit is de sleutel van appartement x of y. Je mag alles hebben, want ik kom nooit meer terug.”

Dion: “Na de val van de Berlijnse Muur namen de dissidenten, met wie we al die tijd gewerkt hadden, het stokje over van de communisten. Václav Havel, de president van Tsjechoslowakije en later Tsjechië, is het bekendste voorbeeld, maar ook Tadeusz Mazowiecki, de eerste niet-communistische premier van Polen en een hele hoop andere burgemeesters en ministers. Zij vulden het vacuüm dat ontstond na het ineenstorten van de Sovjet-Unie.”

Ondertussen zat de vredesbeweging ook buiten Europa niet stil. Regina: “Pax Christi had vanaf 1988 in Colombia een hele kritische rol. Wij veroordeelden het zwijgen van de Colombiaanse bisschoppen over de mensenrechtenschendingen en het geweld in Colombia. Deze bisschoppen dienden op hun beurt een klacht over ons in bij het Vaticaan. De Paus steunde ons gelukkig. In de jaren negentig gingen de Colombiaanse bisschoppen actief met ons samenwerken rond vrede, gerechtigheid en verzoening.”

De hete oorlogen

Dion: “Ik herinner me een gesprek dat we in 1988 tijdens een bezoek aan de Sovjet-Unie aan de keukentafel hadden met de bekende, oude dissident Andrej Sacharov. Hij zei: “Als Gorbatsjov succes heeft met zijn hervormingen en er komt een echte serieuze ontspanningspolitiek, dan zul je zien dat oude etnische conflicten in Europa weer de kop opsteken.” Ik dacht: wat zegt die nou? Hoezo etnische conflicten? Ik was toen nog jong, ongeveer 27 en zelf ook in zekere zin een kind van de Koude Oorlog. Maar dat was natuurlijk precies wat er na de val van de Muur gebeurde.” Jan Jaap: “In 1993 was er de campagne ‘Dekens en Bescherming voor Bosnië’, humanitaire hulp plus interventie.” Ook in Armenië ging het mis. Allebei de oorlogen vormden zich rond (culturele en etnische) identiteit.

Jan Jaap: “Bij de oorlog in Joegoslavië riepen we op tot militaire interventie. Pacifistisch zijn we nooit geweest, maar het was de eerste keer dat we dit deden. Om burgers te beschermen.” Regina: “Voor het IKV was de genocide in Srebrenica in 1995 van enorm belang. Zonder de inspanning van onder meer Mient Jan Faber en Dion was dit in Nederland niet boven tafel gekomen. Door jarenlang te blijven hameren op de feiten en verhalen van overlevenden centraal te stellen, kregen ze voor elkaar dat er een serieus onderzoek kwam naar de rol van Dutchbat en de verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid van Nederland in het in de steek laten van 9000 mannen en jongens. Uiteindelijk is het kabinet er om afgetreden. Voor hun vasthoudendheid heb ik een diep respect. Vasthoudendheid typeert ook onze vredesbeweging als geheel.”

Regina: “Voor Pax Christi was de genocide in Rwanda in 1994 een belangrijk keerpunt om actief te worden in Afrika. We hadden gezegd ‘Nooit meer Auschwitz’, maar nu was er wéér een genocide. Dan mag je niet wegkijken. In de jaren ‘90 kreeg Pax Christi verzoeken van religieuze leiders in Soedan en Centraal-Afrika om hulp op het gebied van vrede en verzoening tussen strijdende partijen. Het ging onder meer om Paride Taban in (nu Zuid-)Soedan, die later de Four Freedoms Award won, en bisschop (later kardinaal) Monsengwo Pasinya, een van de weinige niet-corrupte kerkelijke leiders in Congo en latere voorzitter van Pax Christi Internationaal. We hebben op hun verzoek meerdere vredesakkoorden gefaciliteerd. Jan Gruiters, toen algemeen directeur van PAX, was de drijvende kracht achter deze en veel andere programma’s.”

Grote thema’s en lokale partners

Vanaf de jaren negentig heeft de vredesbeweging zichzelf als het ware opnieuw uitgevonden. Jan Jaap: “Er was zoveel gaande. In de jaren negentig zijn we daarom meer programmatisch gaan werken met overheidssubsidie, daarvoor kregen we alleen giften van mensen en organisaties.” De nieuwe werkwijze betekende enerzijds samenwerken met lokale partners aan sociale cohesie, verzoening, democratisering en het monitoren van mensenrechtenschendingen, anderzijds inzetten op mondiale thema’s die conflicten aanjagen, zoals controversiële wapenhandel, landmijnen, clustermunitie en het onverantwoordelijke gedrag van bedrijven in conflictgebieden, zoals het Zweedse Lundin in Soedan en het Amerikaanse Drummond en het Zwitserse Glencore/Prodeco in Colombia. Daarnaast is de afschaffing van kernwapens altijd een thema gebleven.

Inmiddels is oorlog wel dichter bij huis gekomen en zijn er ook in Nederland zelf steeds meer polariserende spanningen. Paradoxaal genoeg is het tegelijkertijd moeilijker om mensen voor de vredesbeweging te interesseren. Hoe ziet de toekomst van PAX eruit?

Dion: “We gaan toe naar een wereld waarin de geopolitiek veel meer wordt bedreven aan de hand van opportunisme en minder op basis van normen en waarden. Dat is heel zorgelijk.” Regina: “De thema’s worden groter, complexer en systemischer. Ook klimaatverandering en het verlies aan biodiversiteit jagen conflicten aan. Door samen te werken met andersoortige organisaties, zoals natuur- en milieubewegingen, zouden we dat kunnen adresseren.” Jan Jaap: “Oorlog blijft heel dichtbij. Zo leidde iedere oorlog tot nieuwe vluchtelingenstromen en kwamen de IS-heilstaatjongeren deels uit Overvecht en Kanaleneiland. Het behouden van vrede in Europa en ook Oekraïne zijn de belangrijkste agendapunten voor de komende tijd!”

Dit artikel is afkomstig uit PAX Magazine, zomer 2023. Dit is het blad van de organisatie PAX voor Vrede.

1629312065556

Janneke Juffermans

Journalist en gespreksleider

Janneke Juffermans is journalist, redacteur, dagvoorzitter en gespreksleider.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.