Het is tijd voor een nieuw verhaal. Een verhaal wat een fris en eigenzinnig christendom oplevert dat volop in deze crisistijd aanwezig kan zijn. Tempeltheologie zou daar wel eens de basis voor kunnen vormen. Graag neem ik je mee om vanuit een inspirerend verleden de toekomst tegemoet te kunnen gaan.
Tempeltheologie bestaat uit de volgende ideeën. Ten eerste kun je de Bijbel en de christelijke traditie bekijken door het ‘Axis Mundi’ paradigma. In het kort komt het er op neer dat hemel en aarde, transcendent en immanent, geest, god en mens, geen twee gescheiden werelden zijn, maar twee “sferen” die elkaar raken. Dit raakpunt werd vroeger de ‘Axis Mundi’ genoemd: de as van de wereld. Op dat punt raakte de hemel de aarde.
Daarmee kom ik op het tweede punt. Dit raakpunt van hemel en aarde was tevens het startpunt van een nieuwe begin: nieuwe schepping, orde uit chaos, start van eeuwig leven, de komst van Gods Koninkrijk, de nieuwe eeuw.
Ten derde werd rond dit raakpunt een heilig spel gespeeld door middel van symbolen en rituelen die de verbinding tussen hemel en aarde verbeelden: de levensboom, de bron van leven, de heilige berg, heilige mensen zoals priesters, koningen en profeten. En later vooral een heilige ruimte: de tempel.
En daarbij kom ik op het vierde punt. De meeste verhalen in de Bijbel, en zeker de belangrijkste, draaien om de Tempel. De oorsprongs- of scheppingsverhalen, de apocalyptische literatuur, de verhalen van de aartsvaders, de exodus, de geschiedenis in Jeruzalem, de ballingschap en terugkeer, de profeten, het verhaal van Jezus en de kerk… telkens speelt de tempel een hoofdrol. Soms moet je weten wat de codewoorden zijn, maar als je het eenmaal weet, kun je het niet “niet meer zien”. Het beste voorbeeld zijn de eerste twee scheppingsverhalen die over niets anders gaan dan de woonplaats van God en de aarde als tempel.
De God van de tempel
De meeste mensen weten dat er “meer” is. Alleen zoeken we dit “meer” niet in een verre hemel of verre toekomst. We geloven terecht niet meer in een God die op wonderbaarlijke manier zichzelf moet bewijzen aan moderne mensen door af een toe eens een wonder te doen. Dit moderne “godje” heeft in de Bijbelse tijd ook nooit bestaan.
In de oudheid was er het besef dat de wereld vol was van “wijsheid”. Een ordenend principe dat niet alleen had gezorgd voor het bestaan van alles wat er is, maar wat tevens het leven geeft, wat goedheid, schoonheid en recht geeft. In de oudheid werd dit vergeleken met een koning die heerst vanuit zijn paleis. Het beeld van God in de tijd van oosterse koning was daarmee vergelijkbaar: de God was als een koning en zijn paleis was de tempel.
Maar vergeet niet dat deze beelden: “god als koning in een tempel” de symbolen waren die verwezen naar het grotere geheel: de hele kosmos was doortrokken met de wijsheid van het goddelijke.
In de tempel werd een spel gespeeld om symbolisch uit te beelden wat de relatie was tussen hemel en aarde. De tempel bestond daarom uit drie onderdelen. De voorhof representeerde de aarde, had aardse symbolen als bomen, planten en dieren en was de plaats waar het volk mocht komen. Het Heilige representeerde de zichtbare hemel en was donker, op een zevenarmige kandelaar na. Deze symboliseert de zeven vanaf de aarde zichtbare hemellichamen: zon, maan, mercurius, venus, mars, jupiter en saturnus. Het licht van deze hemelse lampen weerkaatst in edelstenen en goud: de vaststaande sterren. Engelen verschijnen als afbeeldingen van hemelse priesters en wierook symboliseert de wolk die de woonplaats van God scheidt van die van de mensen. Het Heilige der Heilige was de woonplaats van de Godheid. Hij zat daar op een hemelse troon: de ark.
De priesters spelen in de tempel een symbolische hemelreis: ze gaan met de gebeden en offers van het volk via de zichtbare hemel naar de troonzaal van God. Ze komen terug met de zegen en wijsheid en wetten van de hemels koning. Door dit spel wordt de hemel aan de aarde verbonden en ontstaat er nieuwe schepping. De mensen zijn gezegend, de wijsheid is ontsloten, de harmonie herstelt zich.
Het verhaal van Jezus
De tempel zelf is echter kwetsbaar voor corruptie. Grote machten als Egypte of Babylon spelen precies hetzelfde spel. Maar hun goden zegenen alleen het eigen volk, maken de andere volken tot slaven, aanbidden geweld en rijkdom en houden zich niet bezig met eenvoudige mensen.
Ook het volk Israël blijkt hier niet ongevoelig voor. Ze zijn geroepen om zelf een heilige tempel en een priestervolk te zijn, maar zwichten regelmatig voor de verleiding van macht, rijkdom en geweld. Hun tempel wordt verwoest en het volk gaat in ballingschap. Van de weeromstuit ontwikkelt het volk in ballingschap een nieuwe visie op heiligheid. Hoewel de God van dit volk zich aan de ene kant ontfermt over slaven, ballingen en armen en geeft om het doen van recht, ontstaat er ook een exclusief verhaal: God is er alleen voor zuivere joodse mensen die zich strikt houden aan de wetten van Mozes. De tweede tempel is dan ook anders dan de eerste: het lijkt wel op een saaie protestantse kerk die door een beeldenstorm ontdaan is van alle symboliek en rituelen.
Wanneer Jezus zijn verhaal gaat vertellen de komst van de Gods Koninkrijk heeft dat alles met de tempel te maken. Jezus laat zien in woorden en daden dat Gods Koning is, daar waar armen worden geholpen, recht wordt gebracht, het kwaad gebroken, de mensen die ver weg staan dichtbij mogen komen. Jezus breekt de exclusieve tempel van schijnheiligheid af en bouwt een nieuwe tempel door zichzelf als priester en offerlam op te stellen. Zijn geschiedenis is een symbolische hemelreis en de bouw van de nieuwe tempel.
De volgelingen van Jezus weten nu dat er een nieuwe verbinding tussen hemel en aarde is. Jezus is hun priester-koning en offerlam in een. Jezus heeft de nieuwe tempel gebouwd en daarmee de nieuwe eeuw, het rijk van God laten beginnen. Dit wordt tastbaar door de zegen die God geeft: de geest van God wekt nieuw leven net als tijdens het leven van Jezus. De wereld rondom Jezus’ tempel en zijn koningschap komt tot bloei. Armen krijgen de voornaamste plaats. Slaven en vrouwen, ooit uitgesloten, krijgen dezelfde plaatsen als rijken en mannen. Worden als een kind is de nieuwe regel.
De volgelingen van Jezus kunnen ook vandaag priester worden: mensen die de wijsheid van de hemel, de liefdevolle wereld van Jezus dichtbij brengt. De kerk kan ook veranderen van een gebouw waarin de ledenvergadering van een religieuze groep luistert naar de statuten van de vereniging naar een tempel waarin gebed en zegen als een goddelijk spel gespeeld wordt.
Overigens is er niet alleen onder joden, maar ook onder christenen vaak weer een exclusief geloofsverhaal ontstaan: God is er dan alleen voor zuivere christelijke mensen die zich strikt houden aan de wetten van de kerk en de christelijke leer. Ook hier wordt de verbinding tussen hemel en aarde uit het oog verloren en de op menselijkheid en inclusie gerichte boodschap van Jezus op het spel gezet. Jezus kwam immers niet om een nieuwe religie-onder-religies te stichten, maar om het Koninkrijk van God te verkondigen.
Ontspannen naar de toekomst
Hoe mooi zou het zijn als er vandaag de dag mensen en plaatsen, priesters en tempels zouden zijn waar iedereen kan ontdekken waar het goede leven te vinden is. Hoe je wijsheid kunt vinden voor je leven van alledag: voedsel, werk, relaties, seksualiteit, ruzie, pijn, verdriet en dood. Een plek waar je met je sores heen kunt gaan. Een plaats waar mensen voor je bidden en terugkomen met wijsheid, zegen of praktische hulp.
Wat zou het mooi zijn als kerkgebouwen veranderen in creatieve speelplaatsen waarbij kunstenaars en spel-bouwers werken als moderne priesters, waar mensen present zijn voor praktische wijsheid en hulp. Waar je niet hoeft te geloven, maar waar je wel gezegend wordt. Waar je niet religieus hoeft te worden, maar waar je wel je leven kan afstemmen op de harmonie van de hemel.
Wat zou het mooi zijn als er een nieuw soort christendom zou ontstaan met creatieve tempels en liefdevolle priesters. Een christendom dat juist tot bloei zal komen in een harde seculiere tijd of in een wereld in pijn en crisis. Dat is niet alleen de geboorte van een nieuw soort christendom, maar vooral de komst van een nieuwe wereld waarin christenen, samen met anderen die eenzelfde houding en gezindheid hebben, kunnen werken aan een wereld van gerechtigheid en liefde.
TEMPEL. Over oude verhalen en nieuwe betekenis. Johan ter Beek. Paperback, 280 pag. Ekklesia, 2021. De website over Tempeltheologie vind je hier: www.tempeltheologie.nl.
Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd op 22 februari 2022 en opnieuw geplaatst in het kader van de Nieuw Wij Zomerherhalingen.
De wens is duidelijk in dit schrijven. Alleen de taal waarin het wordt gebracht staat mijlenver van de “gemiddelde” mens. Het is als een grote loodzware deur die je met man en macht moet willen open duwen. Op deze manier verdampt de wens van verreweg de meeste mensen en blijft het kerk-zijn het instituut achter die grote immense en loodzware deur. Krijg je de deur al open dan moet je wel heel goed kijken om te vinden wat je zoekt. Het staat helemaal achterin, achter zoveel ballast dat het bijna niet te vinden is. En kom je er dan uit eindelijk blijkt het slechts de wens. Maar die zat al in degene die juist met veel pijn en moeite naar binnen kwam met diezelfde wens.
Jammer, het mag duidelijk zijn dat ik, gezien de kop boven dit schrijven had gehoopt op een meer toegankelijkere tekst en dan van van wens naar mogelijkheid, een uitnodigende opening naar een open kerk. Zoals het nu geschreven is blijft het tempel en theologie zonder enige echte opening naar een weg naar verbinding en blijft het bij die wens. De hemel raakt de aarde als het hart in de mens geraakt wordt. Dat begint bij het brengen van de boodschap van de wens. Er zou een opening “moeten” worden gemaakt waar zelfs het woord kerk niet heilig hoeft te zijn om het woord zelf, maar waar het Grote waarover het samenkomen wil gaan centraal staat. Een boodschap waar niet de mensen naar de kerk moeten komen, maar waar juist God naar de mensen komt. Het kan pas deuren openen als je eerst zelf geopend wordt. Geschiedenis is mooi, maar hoort tot het verleden. We leven nu, God is nu. In het nu mag de essentie van de boodschap klinken. De essentie is geen geschiedenis, maar juist heel actueel. Die essentie wordt mijns inziens gezocht en wil gezien en vertaald worden naar handvatten in het alledaagse nu. Puur, zonder opsmuk van mooie dure woorden zoals in dit stuk, maar naar de kern van de boodschap, waarom je uitgenodigd wordt, je thuis er mag vinden als het thuis in jezelf, echter dan thuis met anderen, gemeenschappelijk. Dan ontstaat de opening naar de mogelijkheid van ontspannen naar de toekomst gaan echter bewust levend in het nu.
Ongetwijfeld een goed bedoelde poging om het christendom of de kerk een nieuwe impuls te geven, maar ik mis de antenne om het artikel te begrijpen, laat staan op waarde te schatten.
“Waar je niet religieus hoeft te worden, maar waar je wel je leven kan afstemmen op de harmonie van de hemel”
Klinkt als een mooie droom, maar realiteit lijkt het mij niet te kunnen worden. Waarom zou je – in hemelsnaam – als niet-religieuze überhaupt wíllen afstemmen op iets waarvan je niet gelooft dat deze bestaat?