Een tijdje terug stond ik in een bushokje te wachten op het vervoer dat me naar mijn werk zou brengen. Er druppelden twee jonge mensen binnen. Twee jongens, waarvan één met Gothic uitstraling en de ander met een nozemachtige look. Gothic en Nozem begroetten elkaar amicaal. “Hee, hoestie? Wat ben je vroeg. Dacht dat je vanochtend het eerste uur geen les had?” sprak Nozem, terwijl hij Gothic niet rechtstreeks aankeek. “Nah, heb wel les, maar vorige week had ik zo´n kut ervaring met die vent van wiskunde, dat ik eigenlijk niet meer wilde gaan.”

Het gesprek stokte toen een SMS-bericht in zijn zwarte rugzak om aandacht vroeg. Even later vervolgde hij zijn verhaal. “Ja joh, echt, die vent spoort niet. Weet je wat die tegen me zei vorige week?” En zonder de reactie van de ander af te wachten: “Hee, kappen met gamen. Nog één keer en je bent je Smartphone kwijt. Je bent hier om te leren, niet om te spelen!” “Jee, ja, wat een kut vent. Wat heb je toen gedaan?” “Niets, alleen maar gezegd dat hij een stomme, ouwe zak was. Dat ik liever speelde, muziek maakte met vrienden dan elke week naar zijn stom gelul te luisteren.”

Het gaat hier natuurlijk maar om een paar jonge mensen. Ik kan begrip opbrengen voor het gevoel van ingeperkte vrijheid. Aan de andere kant merk ik ook plaatsvervangende schaamte. Nooit had ik op die leeftijd zo gereageerd naar welke docent of oudere dan ook. Op de een of andere manier waren de meesten van mijn klas- en studiegenoten toch wel overtuigd geraakt of gemaakt van het feit dat niet alles op school in dienst van de leerling kon staan. Dat de ouderen meer kennis en levenservaring hadden en dat oprecht wat wilden delen. Dat het om tot volle persoonlijke ontplooiing te komen, goed was eerst een algemene brede basiskennis eigen te maken.

Dat laatste dat geloof ik nog steeds. De jeugd is een vrij korte periode waarin je dromen en zoeken mag en kan zonder veel verantwoordelijkheid te dragen. De volwassen wereld is een omgeving van complexe regels en abstracties, die uit veel bureaucratie bestaat. Daar moet je enigszins op voorbereid worden. Maar of de trage, oude systemen nog aansluiten op de steeds versnellende tijd? Ik waag het te betwijfelen. Mensen zijn geen abstracties, maar individuele personen met individuele wensen, talenten, en mogelijkheden. De drang naar persoonlijke ontwikkeling is alleen maar sterker geworden.

De jeugd heeft de toekomst nog altijd, of ze nu zelf wil of niet. Een deel zal ongetwijfeld ook weer onderdeel van de vigerende systemen worden. Maar ik hoop zo dat die jongeren, die snakken naar het zichzelf en anderen ontdekken op eigen wijze, die creatieve ruimte gegund zal blijven. De realiteit is stug, systemen zullen niet zomaar aangepast of veranderd worden. Maar te veranderen zijn ze, als de wil en samenwerking maar aanwezig is. Tussen overheid en burgers, tussen jong en oud. Het ministerie van OCW belooft daar op de website aan te willen bijdragen. Alleen, ze is zelf onderdeel van het oude systeem. Benieuwd hoe dat zich in de toekomst ontwikkelt. Benieuwd ook of de muzikale jongeling bij de bushalte deze tekst van Mumford & Sons zo goed vindt.

How fickle my heart and how woozy my eyes
I struggle to find any truth in your lies
And now my heart stumbles on things I don’t know
This weakness I feel I must finally show

Lend me your hand and we’ll conquer them all
But lend me your heart and I’ll just let you fall
Lend me your eyes I can change what you see
But your soul you must keep, totally free

(Uit: Awake my soul, Mumford & Sons)

marianne

Marianne van Waterschoot

Communicatiecoördinator

Marianne van Waterschoot werkt momenteel als communicatiecoördinator voor twee parochies. Ze doet daarnaast redactie & vertaalwerk en …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.