“Hij blijft ons oproepen tot het dragen van verantwoordelijkheid in de Hebreeuwse betekenis van het woord achrioet. De stam van dit woord is acheer: de ander. Verantwoordelijkheid is het onvoorwaardelijk garant staan voor de ander. En hij ging ons daarin voor in woord en praktijk.
Een persoonlijk voorbeeld. Het was in de herfst van 2007 dat wij elkaar troffen in Amritsar, in het noorden van India, in het gastvrije centrum van de Sikh gemeenschap, als deelnemers aan een interreligieus congres. Vermoeid van de lange reis was ik op weg naar mijn kamer toen iemand mij tegenhield. Hij bleek een assistent te zijn van Imam Umer Ahmed Ilyasi, de leider van de Indiase organisatie van Imams die mij onmiddellijk wilde spreken. Hij was zojuist van zijn eerste reis naar Israël teruggekomen. In een hoek van de eetzaal begon hij met zijn relaas. Inmiddels had Jonathan Sacks zich bij ons aangesloten.
De Imam vertelde ons hoe heftig er gereageerd was op zijn aankondiging dat hij Israël zou bezoeken. Maar hij had voet bij stuk gehouden, en hij was zo dankbaar voor de ervaring. Hij deelde met ons zijn overweldigende gevoelens van hoop. Joden en Moslims waren waarachtig broeders en zusters van elkaar. Er daagde vrede. Op zijn woorden volgde een gedragen stilte. Toen stond Jonathan op, liep naar de Imam en kuste hem. Een eenvoudig gebaar dat mij vandaag nog ontroert.
Wereldomvattende samenwerking
Later deelde hij met mij een van zijn geliefde midrasj* verklaringen over aartsvader Awraham. Diep bedroefd om de dood van zijn geliefde Sara richt Awraham zich tot de Eeuwige: ‘‘U heeft mij geroepen om naar onbekend land te gaan en mij beloofd dat ik daar zal wortelen. En zie ik sta met lege handen. Ik bezit niet eens een stuk land om Sara te begraven.’ En plotseling besefte Awraham: ‘Ik wacht al die tijd op de vervulling van Zijn belofte. Maar misschien is het andersom en wacht de Eeuwige op mij, op het doen van de eerste stap.’ En hij ging heen om de grot van Machpela te kopen van de Chietieten, om zijn vrouw te begraven.
Deze komende sjabbat lezen wij in alle synagogen dit verhaal met het voorbeeld van rabbijn Jonathan Sacks voor ogen. Om als mensheid de eerste stap te zetten vanuit ons gedwongen isolement naar wereldomvattende samenwerking.
Aan het eind van zijn boek ‘Een gebroken wereld heel maken’** citeert Jonathan Sacks een van de grootste Joodse leraren, rabbi Nachman van Bretslav: “Soms pakken mensen, wanneer ze vrolijk aan het dansen zijn, iemand buiten de kring van dansers vast die verdrietig en zwaarmoedig is, en dwingen hem om met hun dans mee te doen.”
En hij past die vergelijking gedurfd toe op de wijze waarop de doodzieke ‘Adele’, een van zijn leerlingen, haar onafwendbare dood tegemoet was getreden op haar laatste sjabbat door het zingen van zegenspreuken en liederen. In zijn woorden: “Ze had de engel des doods gezien van aangezicht tot aangezicht en gezegd ‘je mag me meenemen, maar je zult me niet verslaan en ook niet intimideren’. Er zijn mensen die ons leren hoe te leven. Adele heeft ons geleerd hoe te sterven.”
Zij heeft haar lijden getransformeerd en zelfs de engel des doods gedwongen – al was het maar even – mee te doen in de ‘dans van het leven’.
En ik gedenk. In de hoogste vorm van Joodse beleving en menschlichkeit heeft rabbijn Jonathan Sacks ons meegetrokken in de kring van generaties in de uiteindelijke dans van het leven, vrede en recht.”
* Midrasj: rabbijnse uitleg van Bijbelse teksten.
** Jonathan Sacks, ‘Een gebroken wereld heel maken’, Skandalon, 2016.
Prachtige tekst over een bijzonder mens!
Dank Abraham Soetendorp voor de waardige manier waarop u de grote rabbijn Sacks hebt herdacht. Diens boek MORAAL is meeslepend geschreven zoeel qua inhoud als in stijl.