“Tijdens de ramadan zijn we altijd blij, omdat ze rustig aan moeten doen. Maar na het vasten zie je ze helaas weer overal.” De 33-jarige Ani verwijst naar de islamitische Turken die een dagje uit zijn. Op zich niet vreemd in een land dat Turkije heet. Maar op dit eiland (ada), ongeveer een half uur met de boot vanaf het Europese deel van Istanboel, is de meerderheid christelijk. Op Kınalıada wonen bijna alleen maar Turkse Armeniërs.

Wonen betekent in dit geval een tweede huis bezitten op het eiland. Grote luxe voor Istanboelers die de hectische, vervuilde stad willen ontvluchten. Ani komt er meestal in het weekend, maar afgelopen zomer was ze er ook doordeweeks. Toen zocht ze, net als veel andere Armeniërs, de rust op als de rellen om Gezipark oplaaiden. En niet alleen rondom het park en aangelegen Taksimplein. Meerdere gebieden veranderden in een slagveld.

“Het leek net oorlog toen het begon bij ons in de wijk Kurtuluş. We konden niet naar buiten, overal was gas en rook. De metro bleef gesloten. Politiemannen gooiden zelfs traangasbommen bij huizen naar binnen. Ook met de ramen dicht rook je de misselijkmakende geur. Maar op het journaal zeiden ze er niets over.” Ani demonstreert nooit mee, omdat ze bang is dat ze haar baan verliest als de regering erachter komt. “Ik ben nu hoofd van een school en Armeniërs komen niet makkelijk op zulke posities.”

Daarom klitten de christelijke Armeniërs samen. Iedereen kent elkaar in Kurtuluş en op Kınalıada. Overal waar je komt, maak je even een praatje. Bij de bakker, op het terras of op de boot. “Met de meeste van mijn vrienden speelde ik als kind al op het eiland. Nu zien we elkaar hier altijd terug. Natuurlijk heb ik ook Turkse vrienden, maar het gevoel is anders. Je vertrouwt elkaar nooit echt helemaal. Als het erop aankomt, zijn ze allemaal hetzelfde.”

Op islamitische feestdagen belt Ani haar moslimvrienden netjes af om ze een fijne tijd toe te wensen. Maar ze ziet er steeds tegenop. “Dan komen ze weer allemaal naar het eiland en hebben wij er last van. Ze zitten midden op straat, maken lawaai, eten met hun handen en gooien troep op de grond. Gelukkig ben ik lid van een privézwembad, waar alleen Armeniërs komen.” Turkije mag zijn minderheden dan wel afwijzen, zij wijzen hun landgenoten net zo goed af.

Klik hier voor deel 1 van de serie, deel 2 vindt u hier.

Dennis-Alciyan

Dennis Alciyan

journalist en cultuurpsycholoog

Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.