Inmiddels zijn we uit die droom ontwaakt. Iedere dag gebeurt er iets in het gebied van Turkije, Irak, Iran, de Libanon, Syrië, Israël en Egypte en bij groepen die geen ‘eigen gebied’ hebben, zoals de Koerden. In tegenstelling met het oost-west conflict wordt in het gevecht tussen de verschillende groepen daar een beroep op gedaan op de religie. De vraag is: is religie een van de bronnen van dit eindeloos doorgaand geweld? Deze vraag is het onderwerp van het boek In naam van God. Religie en geweld van Karen Armstrong (Amsterdam 2015). Het is niet mogelijk scherp te krijgen wat religie is en wat geweld is. Religie is verbonden met het vormen van gemeenschap, maar een van de krachtigste vormen van het ‘wij’ is de verbondenheid van soldaten onderling.

De oorspronkelijke Engelse ondertitel Religie en de geschiedenis van het geweld doet meer recht aan de inhoud. De schrijfster loopt heel de geschiedenis door en gaat van het ene koninkrijk of staat over naar de volgende. Ze begint met de Ariërs en reist vervolgens langs Chinese dynastieën naar de Joden met onder andere Jezus van Nazareth, om daarna terecht te komen bij de kruistochten en het uiteengaan van religie en het openbare leven. Het boek is wat saai. Hoe dichter ze komt naar onze tijd, hoe meer ze ingaat op allerlei details. Ze schenkt weinig of geen aandacht aan andere vormen van geweld, zoals huiselijk geweld of discriminatie of – historisch – de heksenjacht.

Karen God

Ze laat zien dat de politieke leiding van de verschillende staten als enige mogelijkheid zag om het dreigende geweld van buiten en nog meer dat van binnen in de greep te houden door zelf geweld toe te passen. Geweld wordt ingeperkt en overwonnen door geweld. Deze grondregel vormt telkens weer een dilemma. In de premoderne wereld is religie als vanzelf verbonden met alle aspecten van het leven, dus ook met het geweld. Het geweld is evenzeer aanwezig in de moderne wereld waar we met alles en allen verbonden zijn. Frustratie en wrok ontstaan door ons westers beleid. Er ontstaat een wereldwijde haat. De schrijfster vindt dat we op een of andere manier moeten leren nadenken over ons moderne leven. Ze wijst er verder op dat religies de samenhang tussen mensen bevorderen, onder meer door het houden van gemeenschappelijke maaltijden. Dit was ook belangrijk in het leven en optreden van Jezus en de eerste christenen.

Ik heb nogal wat vraagtekens in de marge van het boek gezet. Beweringen die ik in mijn huidige omstandigheden niet kan controleren. De enige echte blunder die ik kan vaststellen is wat ze schrijft over de Dominicanen. Deze zouden zich zo extreem aan de armoede wijden, dat ze moesten gaan bedelen. Onzin. Voor hen was armoede een hulpmiddel bij de prediking. De armoede was verre van extreem. Ze bezaten echter geen grond, de bron van rijkdom in die tijd. Het bedelen was georganiseerd en had vaak de vorm van vaste afspraken met boeren en burgers. Verder ‘loopt’ er een zondebok door de tekst, maar de schrijfster blijkt het zondebokmechanisme niet voldoende te kennen. Hier en daar verwijst ze naar de menselijke natuur als bron van het geweld. Dat maakt werken aan vrede bijna onmogelijk. Alles bij elkaar een teleurstellend boek.

Klik hier voor meer informatie over In naam van God en klik hier voor een interview met Karen Armstrong.

U kunt gratis verder lezen

Klik deze melding weg via het kruisje. Maar goede artikelen schrijven kost geld. Steun daarom onze schrijvers en word al vanaf € 5 per maand Vriend/in van Nieuw Wij.

Ik lees eerst het artikel verder.
lascaris

André Lascaris

Dominicaan en publicist

André Lascaris werd geboren op 29 augustus 1939. Hij deed zijn professie op 18 september 1959 en werd priester gewijd op 22 juli 1965. Hij …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.