De suggestie dat ook het Nederland boven de grote rivieren bevrijd zou worden, was afkomstig van een verkeerde codemededeling door Radio Oranje. Het was inderdaad een dolle en verwarrende dag. Duitsers vluchtten, overheidsinstanties gingen dicht, Nederlanders juichten op straat, zwaaiend bosjes oranje Afrikaantjes en rood-wit-blauwvlaggetjes. Aan het eind van de dag was er de grote ontgoocheling. De slag bij Arnhem bleek voor de bevrijders inderdaad ‘een brug te ver’; noordelijk Nederland begon aan de ergste oorlogsperiode: de Hongerwinter.

Oorlogskindjes zouden allerlei trauma’s en ziekten aan de stress en de honger hebben overgehouden. Mijn enige trauma werd en wordt veroorzaakt door al die verhalen over de oorlog door de jaren heen. Met de bijna blinde haat van mijn (schoon)ouders en hun generatie tegen ‘die rotmoffen’. Een houding die enerzijds wel begrijpelijk is, maar anderzijds ook onredelijk en ongenuanceerd. Wij, de kinderen die nog net in de oorlog of in de jaren daarna zijn geboren, werden noodgedwongen een luisterende en soms ook een zwijgende generatie. Zelf heb ik weinig over de oorlog tegen mijn eigen kinderen verteld. Ik wilde ze niet opzadelen met de verhalen die ik eindeloos heb moeten aanhoren. Riep tegen mijn ouders: “Mag die oorlog nu eens afgelopen zijn?” Nam het ze hoogst kwalijk dat ze de aanduiding ‘moffen’ bleven gebruiken als Duitsers ter sprake kwamen.

“Hoe komt het toch?”, vroeg een Duitse hoogleraar die aan een diner mijn tafelheer was, “dat er ook bij de jongere generatie in Nederland nog steeds zo’n anti-Duitse houding is?”. Onze schuld, dacht ik. Want een groot deel van mijn generatie heeft, moe en murw van al die verhalen over die oorlog, er over gezwegen. Daardoor de grootouders van hun kinderen vrij spel gegeven. Deze hebben vaak ongecensureerd en zonder tegengas een beeld gekregen van de oorlog die nog steeds voortwoedt in de harten van die grootouders. Mijn tafelheer vindt die anti-Duitse houding van jong en oud niet terecht. Waarom, vraagt hij zich af, zou hij als Duister nu nog het misnoegen van Nederlanders moeten innen? “Ik heb part noch deel aan die oorlog gehad”, zegt hij. “Mijn ouders natuurlijk wel, maar die hadden geen enkele keuze. Iedereen die zich verzette tegen Hitler kreeg de kogel. Mijn vader was ambtenaar, hij had een vrouw en zes kinderen die hij door de oorlog moesten zien te slepen. Hebben die Nederlanders in hun eeuwig drang tot ongelimiteerd slachtofferschap daar wel eens bij stil gestaan?”

Het verhaal van die oorlog moet altijd weer opnieuw verteld worden, de oorlog zelf herdacht. Opdat wij niet zullen vergeten, als natie en westerse wereld. Maar mag het wat genuanceerder? De grootste massamoord van Joden uit de geschiedenis wordt nog altijd collectief op de schouders van alle Duitsers gelegd. Het slachtoffer-daderthema nadrukkelijk in stand gehouden. Waarom mag de Duitse ambassadeur niet bij de Dodenherdenking zijn op de Dam? Met zijn aanwezigheid is de vrede tussen Nederland en Duitsland pas echt gesloten.

Heleen Crul

wetenschapsjournalist

Heleen Crul is auteur van het boek ‘Tussen de generaties, de nieuwe grootouders’. Ook houdt zij lezingen over dit onderwerp.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.