In mijn gedachten zingt Mathilde Santing het lied Inspiratie. In de musical Joe licht de verbindingsofficier tussen hemel en aarde een tipje van de sluier op: “Wij zijn het, de geesten, die inspireren, geïnspireerd door de Adem van de Geest”. Sfeervolle muziek, inspirerende tekst.
Nadenkend over de vraag wat mijn grootste inspiratiebron is, deed ik eerst een stapje terug: wat betekent het woord ‘inspiratie’ voor mijzelf? Ik word regelmatig geïnspireerd, maar kan dat zelf ook teweegbrengen heb ik gemerkt. Het is ‘iets’ dat me overkomt, dat zowel fysiek als mentaal prikkelt en stimuleert.
Mensen inspireren mij. Als ik naar bepaalde muziek luister, voel ik beweging in me. Iemand als Karl Jenkins leert me dat oude klanken goed met nieuwe vormen kunnen samengaan. Vooral schilderkunst kan me pakken, wat zoveel betekent als dat ik me er moeilijk van los kan maken, omdat ik er sterk door aangetrokken en soms zelfs ingetrokken wordt. Poëzie kan iets in me naar boven brengen, waardoor ik zelf wil schrijven. Ik kan naar mensen kijken zonder ook maar enige behoefte om te spreken en in dat stilzwijgen gebeurt er iets moois of schokkends. Ik reis bij voorkeur alleen en ik ben ook graag zonder gezelschap in de natuur, dan kan ik meer openstaan voor dat wat zich voordoet.
Het verschil tussen ontroerd of geraakt worden en dat wat inspireert heeft ook te maken met in gang gezet worden. Vroeg of laat zet het mij tot iets aan. Dat kan iets nieuws zijn, maar ook iets dat al een hele poos sluimert. Het is niet iets wat ik zelf bedacht of georganiseerd heb. Het Hebreeuwse Ruach Elohim is voor mij onlosmakelijk met het begrip inspiratie verbonden, Goddelijke adem. Dat laat zich niet sluitend vertalen. Een extra dimensie waar ik niet bij kan maakt deel uit van de betekenis. Hoofdfacet van het ‘iets’ is dat het creatief en verbindend werkt: tussen mensen onderling, verleden-heden-toekomst, materie en niet-materie, hemel en aarde.
Vorige week was er een Mariaviering. Die vieringen hebben hier een vast patroon. Deze keer echter niet. De voorganger schrapte de vieringboekjes, dat leidde teveel af. Hij zag af van het vertrouwde en in plaats daarvan introduceerde hij een nieuw gezamenlijk ritueel met kaarsen. Er was muziek, hij sprak wat woorden, maar er was vooral stilte. Met die drie componenten wilde hij de mensen een half uur laten luisteren. Niet naar hem, maar naar wat er zou zijn. Of ze bereid waren zich door de muziek, door de gekozen woorden, maar vooral door de stilte te laten dragen was spannend. Veel mensen vinden onverwachte stilte vaak ongemakkelijk.
De viering werd niet druk bezocht. Op een donderdagavond hebben mensen ´wel wat anders te doen´. Zoals ook verwacht bestond het gros van de groep uit vrouwen. Qua leeftijd zat er meer variatie in dan vooraf aangenomen. Tijdens de viering begon een mevrouw met een lied mee te zingen. De rest luisterde. Kinderen waren een half uur verbazingwekkend stil en vol aandacht. De omgeving van beelden en schilderijen werd geen aandachtstrekker, maar het decor voor een intens samenzijn. Het viel me achteraf op dat niemand gekucht, gesnotterd of gefluisterd had. Het buiten-gewone van de viering schiep ruimte en bracht iets van stille aanwezigheid en saamhorigheid teweeg. Een geïnspireerd luisteren en wat lichter huiswaarts keren.
Er is veel wat me inspireert. Het is niet verankerd in locatie of situatie. Het kan overal gebeuren. Het heeft primair te maken met stilte, aandacht en toevertrouwen waardoor iets van buitenaf in werking gezet kan worden. Het roept bij mij een fluisterend iets, een zuchtje inzicht, een duwtje in de rug of schouderklopje op. Iets of iemand reikt iets zinvols aan, dat me uitdaagt een trede hoger op mijn eigen ladder te gaan. Misschien is ook het tegendeel waar. Ik weet het niet. Het is ongrijpbaar, zonder kop en staart, zonder begin en einde. Zoals Willem-Jan Otten zo mooi verwoordt: begin is nooit begin, want elke eerste zin schreeuwt om een eerste zin. Het is een notie van continuïteit, van eeuwigheid. Het is wat het is. En wat het dan is? Ik ben tevreden met de gedachte en de ervaring dat het er is.
Mathilde Santings mooie stem fluistert Inspiratie in mijn oren.
ik kijk ook vaak naar mensen. zie dat jachtige in hun gezichten, de onvrede, het egoïsme. ik ben gezien mijn jeugdachtergrond graag alleen. zeker in de natuur want dan komt alles dieper bij mij naar binnen. mathilde santings ken ik en vind haar liedjes mooi, maar ik luister merendeel licht klassiek. vluchtige indrukken van mensen inspireren me en dan komt er een nieuwe roman uit een hele kleine onbeduidende aanwijzing en nooit als er muziek op staat. ik heb niets met Mariaviering. dat is door het moeten in mijn jeugd kapot gemaakt. als iemand daar kracht uit put is dat heerlijk voor die mens. in stilte doe ik mijn inspiratie op, niet door mensen of gebeurtenissen. mooi artikel weer van je Marianne.
Vanochtend een kerkelijke uitvaartdienst van een oud-collega (81) bijgewoond. Pastoor deed zijn uiterste best om de aanwezigen te inspireren Jezus’ weg te volgen. Hij sprak over liefde en zorg jegens elkander. Een aantal dames en een enkele heer probeerden met onzuivere gezangen de mis op te luisteren. De rituelen speelden zich voor mijn ogen af, maar wisten mij niet te inspireren om de woorden van pastoor te volgen.
Vanmiddag een natuurwandeling gemaakt, samen met mijn vrouw. 12 Kilometer lang door boomplantages, velden, bossen en gehuchten gewandeld, meestal in stilte, genietend van de schitternde herfstkleuren, het zonnetje, de wind, de vogels enz.
Tijdens die wandeling dacht ik vaak aan de woorden van pastoor vanochtend. De inspiratie werkte door me heen als een vanzelfsprekendheid. Ook de inspiratie om de stilte op te zoeken, zelfs tussen de enorme tractoren en oogstmachines heen. Het hoort bij het jaargetijde, zoals de rups die voor mijjn voeten naarstig een goed heenkomen zocht.