Boaz zet zich in tegen de verharding van de samenleving. De wens voor gesprek dreef Boaz al jaren, ook in zijn werk voor Leer Je buren Kennen. Toen het geweld in het Midden-Oosten verder begon te escaleren, werd die wens alleen maar sterker. Gelukkig vond hij de inmiddels andere leden van Deel de duif zijn medestanders in het delen van zijn waarden.
Welke waarden moeten volgens jou centraal staan in de politiek?
“Ik vind verbindend leiderschap heel belangrijk. Constructief samenwerken aan het verbeteren van de maatschappij. Natuurlijk mag je daarbij vasthouden aan je idealen, maar probeer je wel bewust te zijn van wat er nog meer speelt in de samenleving.
De spanningen in de maatschappij nemen toe. Door oneliners waarbij politici vooral bezig zijn met scoren, wordt dit alleen maar erger. Mensen worden steeds bozer en politici spelen daarop in, in plaats van het proberen van het beter maken. Wees je bewust van je voorbeeldrol, voor de hele samenleving maar vooral voor jongeren en kinderen.
Toch heeft niet iedereen gelijke kansen in het leven. Ook de kwetsbare mensen moeten gehoord worden en kansen krijgen. Laat niemand vallen, luister naar elkaars zorgen. Schuif ook niet de schuld in de schoenen van die kwetsbare groepen. Statushouders worden gezien als 100 procent de oorzaak van het woningprobleem, terwijl hooguit een paar procent van de woningen naar hen toegaan. Er wordt het publiek dus fout iets aangepraat.
Verbinding is tenslotte een essentiële waarde. Je kan respectvol verschillen van mening, ook als je ver uit elkaar staat. Vaak kom je er door dialoog achter dat er ondanks meningsverschillen toch gedeelde waarden zijn. Daar zijn we ook actief op zoek bij Deel de Duif. Wij zijn het echt niet altijd eens, maar staan wel voor respect en dialoog. Dat zouden politici ook vaker moeten doen.”
Welke thema’s, moeten gezien die waarden, bovenaan de politieke agenda staan?
“Wonen is een basisrecht voor mensen. Help kwetsbare groepen bij het krijgen van een woning zoals jongeren. Zeker jongeren uit armere gezinnen krijgen moeilijk een huis.
Verbinding zoeken in de samenleving moet zeker op de lijst. Denk na hoe je een wijk of publieke ruimte inricht. Er zijn zoveel manieren om te zorgen voor meer contact in de samenleving. Denk aan de zorg, het onderwijs. Alleen al hoe je bankjes op straat naar elkaar toe zet of van elkaar af met schotjes ertussen. Vaak kan je met kleine dingen grote verbeteringen doorvoeren.
Die verbinding kan je ook versterken door bevolkingsgroepen niet over één kam te scheren. Moslims krijgen vaak de schuld van alles wat er fout gaat waardoor de polarisatie alleen maar groeit. Vooral het feit dat het vanuit de overheid komt maakt het extra eng. Het zijn nu moslims, maar wij als joden zijn ook ooit de zondebok geweest. Wij moeten elkaar daarbij steunen, opkomen voor onze moslimbroeders en -zusters. Je moeten optreden tegen elke vorm van discriminatie.”
Wie in de politieke arena krijgt of krijgen van jou een ongevraagd advies wat betreft die waarden? En welke adviezen zijn dat?
“Politici zoals Dilan Yesilgöz en Esther Ouwehand die zitten zo niet meer op waar ze de samenwerking of gedeelde taal kunnen vinden. Ik snap dat ze niet met elke partij kunnen samenwerken, maar de intentie lijkt er ook niet meer te zijn. Dan kan je nog achter de idealen van bepaalde partijen staan, maar als je niet bereid bent om samen te werken kom je nergens.
Als je als politicus aanstoot neemt aan een bepaald symbool, zoals de watermeloen, stel dan een nieuwsgierige vraag. Dan kan jij uitleggen waarom je er moeite mee heeft en de ander waarom hij hem draagt. Dan ontstaat er een dialoog. Je hoeft het niet eens te zijn met elkaar, maar wel het standpunt van de ander begrijpen. Dat adviseren we altijd met Deel de Duif. Ook om te verzachten en niet te verharden.”
Wat is volgens jou democratie? Is het nodig om die te versterken? Hoe kijk je hier tegenaan?
“Het volk kiest vertegenwoordigers die het land regeren. In een goede democratie voelen mensen zich gehoord, vertrouwen ze het proces. Dat gaat niet de goede kant op, zeker vanuit bepaalde kwetsbare groepen. De opkomst bij de afgelopen verkiezingen is consequent laag. Dit zou je al kunnen verbeteren door duidelijkere en begrijpelijkere taal te gebruiken in de politiek. Maar ook al in het onderwijs zou je meer kunnen lesgeven over de democratie. Hoe werkt het systeem? Wees je bewust dat het een privilege is om te mogen stemmen. Als mensen het snappen, zorg je al voor wederzijds begrip.
Je zou het mensen ook al makkelijker maken als er minder partijen zouden zijn. Het is super ingewikkeld om te begrijpen waar de partijen voor staan. Met zoveel versnippering is het lastiger om coalities te smeden. Hier zou een hogere kiesdrempel bij kunnen helpen. We moeten nadenken over bredere partijen waarbij verschillende stromen bestaan. Dat maakt samenwerking makkelijker tussen die brede partijen en maakt het land bestuurbaarder.
Natuurlijk kan dit soms botsen, bijvoorbeeld op het onderwerp Israël en Gaza. Ik snap heel goed dat partijen kritischer zijn dan onze eigen regering is geweest het afgelopen jaar op het handelen van de Israëlische regering. Met oog op het beëindigen van het vreselijke geweld in Gaza en het bevrijden van de gijzelaars is het denk ik nodig dat de Israëlische regering meer terecht wordt gewezen op hun handelen. Tegelijkertijd zijn er ook politieke partijen in Nederland die daarin doorslaan door de bevolking van Israël collectief te willen straffen. Of het land en de vredesinitiatieven die er zijn echt in gevaar te brengen. En dat vind ik wel heel moeilijk. Ik ben hartstikke links, maar vind het wel lastig dat de meeste linkse partijen wel heel fel zijn en de nuance kwijt zijn in de, deels logische, kritiek op de Israëlische regering. Daardoor voel ik mij dan niet altijd vertegenwoordigd, iets wat ik zie bij meer Joden.
Tegelijkertijd moeten de politiek ook denken, waar ligt onze invloed. We hebben wel wat invloed in het stoppen van het geweld daar, maar we hebben veel meer invloed in de problemen hier. Zoals de polarisatie hier die door de situatie daar gevoed wordt. Dat moet je los van elkaar kunnen trekken, in plaats van het altijd samen zien.”
Welke type leiderschap hebben we nodig; hoe kan een nieuwe generatie politici bijdragen aan een hoopvolle toekomst?
“Wat we nodig hebben is een verbindende leider die kwetsbaarheid en emoties mag tonen. Dit mag nog wel beter. Het is heel raar dat we nog nooit een vrouwelijke minister-president hebben gehad, meisjes zien dat dan niet als voorbeeld. Iemand als Jacinda Arden, van Nieuw-Zeeland, laat zien dat je een vrouw kan zijn, zwanger worden en nog steeds een hele goede leider kan zijn. Kan dat niet ook in Nederland?”
