Je deed het politieke werk met hart en ziel, waarom heb je het dan toch losgelaten?
“Op een gegeven moment leek er iets te breken en kwam ik tot het besef dat ik moest stoppen. Mensen gingen mij identificeren met een politicus. Ze vroegen niet meer hoe het met Carla ging, maar hoe het met de politiek ging. De politieke arena is een plek waar je jezelf kunt verliezen als je niet oplet. Ik kan echt genieten van het politieke werk, je kunt bijdragen aan een duurzamere samenleving en ik mis de collega’s en de dynamiek, maar het is goed geweest.”
Wist je toen meteen al dat je theologie wilde gaan studeren?
“Nee, door gesprekken met anderen kwam theologie op mijn pad. Als Kamerlid was ik voortdurend bezig met geloof en duurzaamheid. Mijn verlangen groeide om meer te leren over Gods liefde voor de schepping en ook te onderzoeken wat dat van mij vraagt in mijn persoonlijke leven. Ik dacht: als dat verlangen in mij gelegd is, dan moet ik weten waar ik het over heb, dus dan is theologie een logische keuze.”
Je bent ook projectleider GroeneKerken. Wat doet GroeneKerken precies?
“GroeneKerken is een project van de Maatschappij van Welstand en Kerk in Actie. Het doel is om het netwerk van het aantal kerken, dat zijn er nu ruim vierhonderd, verder te verbreden en te ondersteunen om duurzamer en groener te worden. Kerken kunnen daarin ook een voorbeeld zijn voor de eigen gemeenteleden, en voor de wijk. Ik denk dat de kerken, als het gaat om de zorg voor Gods schepping, heel veel van elkaar kunnen leren vanuit de verschillende denominaties en achtergronden. Daarbij gaat het niet alleen over het plaatsen van zonnepanelen op het dak en het schenken van eerlijke koffie, maar ook waaróm het belangrijk is dat je je als christen bezighoudt met de zorg voor Gods schepping. Wat vraagt dit van ons, wat is een goede manier om je leven in te richten en hoe kun je in een wereld met zoveel crises toch hoopvol blijven?”
Geloof en duurzaamheid horen bij elkaar vanuit de bijbel?
“Ja, zij zijn voor mij onlosmakelijk met elkaar verbonden. Er staan zoveel teksten in de bijbel die gaan over Gods liefde voor de schepping en ik voel me geroepen om die liefde te beantwoorden door goed voor de aarde te zorgen. Ik ben opgegroeid in de traditie van het conciliair proces van de Gereformeerde Kerken, synodaal. Recht doen aan de aarde, recht doen aan de medemens, dichtbij en verder weg, was een belangrijk thema in onze kerk. In 2014 sprak een gastpredikant, ik ben nu Nederlands Gereformeerd, over Romeinen 8:19: ‘De aarde ziet reikhalzend uit naar de openbaarwording van wie Gods kinderen zijn.’ Hij legde het uit als de roep van de aarde, vanuit Gods schepping om je daarvoor in te zetten. Die preek heeft mij enorm geraakt en heeft mij niet meer losgelaten. Dit is een bijbeltekst waar ik mee opsta en waar ik mee naar bed ga.
Heel vaak wordt gezegd dat wij mensen de kroon zijn op de schepping, maar volgens het Bijbelboek Genesis is dat de sabbat. Alles wijst naar die heilzame ordening in de schepping. Als we goed in de bijbel lezen dan delen we de scheppingsdag met de dieren. Dat zou ons nederig moeten maken, maar wij maken onszelf alleen maar groter. Onze economie draait op groei en op meer. Dat gaat ten koste van de aarde, want als iedereen in de wereld leeft zoals wij in Nederland, dan gebruiken we 3,5 aardbol per jaar. Die focus op groei gaat ook ten koste van onszelf, we werken ons over de kop. Geen grenzeloosheid, maar zelfbeheersing, dat is volgens de bijbel een vrucht van de Geest die we mogen omarmen, we hoeven niet mee te doen in die ratrace van de economie. Paus Franciscus noemt dat in zijn encycliek Laudato Si’ een ecologische bekering.”
Maar werd en wordt christelijk geloven niet te sterk gezien als uitsluitend een ‘geestelijke’, niet-stoffelijke activiteit gericht op persoonlijk zielenheil?
“Mensen richten zich in een persoonlijke relatie tot God en dat is heel belangrijk, omdat ik denk dat God dat graag wil met mensen. Tegelijkertijd staat in de bijbel dat God de héle wereld, dus niet alleen mensen, zo liefhad dat Hij zijn eniggeboren Zoon gaf. Die Zoon kwam niet alleen geestelijk naar de wereld, maar ook in materie. Dat de aarde een schepping van God is, geeft al aan dat de aarde iets heel bijzonders is: de aarde is geen toevalligheid, maar de wil van God. God zag dat het goed was.
Als ik denk aan het verhaal van Noach, dan staat er dat God een verbond sloot met de mensen én de dieren én met alle leven op aarde. Dus als wij ons alleen focussen op God en de relatie God-mens, alleen op ons zielenheil, dan maken we God veel te klein, terwijl Hij zich over heel zijn schepping ontfermt. God is nog steeds scheppend aanwezig, want elk voorjaar gaat alles weer bloeien en wordt er nieuw leven geboren. In plaats van dat wij medescheppers zijn en iets moois toevoegen, gedragen we ons als tegenscheppers en maken we wat hij geschapen heeft kapot.
Als je het verbond van God met alles wat leeft goed tot je door laat dringen, dan besef je dat ons veehouderijsysteem en onze voedselproductie onhoudbaar zijn. De boeren die ik ken zorgen zo goed mogelijk voor hun dieren, maar zij zitten vast in een economisch systeem dat we met elkaar gecreëerd hebben. In het bijbelboek Kolossenzen staat ook dat alles door Hem en voor Hem is geschapen; er staat tien keer het woordje ‘alles’. Als je dat tot je door laat dringen, alles in je leven, je werk, je reizen, de boodschappen die je doet, hoe je je kleedt en voedt, dan kun je toch geen kleren kopen die gemaakt zijn door mensen die zijn uitgebuit in kledingfabrieken?”
Het gaat dus om bewustwording, een duurzame mentale (spirituele) omslag?
“Ja, dat je samen ontdekt wat God van ons vraagt als het gaat om de zorg voor de aarde. De kerk is een geloofsgemeenschap waarin je allemaal dezelfde waarden hebt, zoals naastenliefde en rentmeesterschap. Je gelooft allemaal in God als Schepper van deze wereld, God die de wereld liefheeft, die ons liefheeft. Wat vraagt God dan van ons als het gaat om die liefde? Hoe mogen we die liefde beantwoorden?
Het boek van Dave Bookless, ‘Het groene hart van het geloof’, heeft mij zeer geïnspireerd. Een prachtig boek om met een bijbelkring te lezen en met elkaar te onderzoeken wat we kunnen doen als het gaat om de bijbel en de schepping. Ik zou heel graag willen dat mensen die handschoen oppakken.
Ik vind de kerk best een beetje stilletjes als het gaat om maatschappelijke vraagstukken, zoals klimaat en biodiversiteit, terwijl ik denk dat er zeker wel een taak ligt om hiermee aan de slag te gaan en ons er meer over uit te spreken. Tegelijkertijd, bij een aantal kerken worden hierin wel stappen gezet, ook al horen of zien we dat misschien nog niet zo vaak. Ik zie daar mooie voorbeelden van bij de kerken die zich aangesloten hebben bij het netwerk. Kerken kunnen voorop gaan in een andere levenswijze, een bekering als het ware. Als er een groep is die daar verstand van heeft, dan zijn dat christenen. Wat zou het mooi en goed zijn als de kerken en geloofsgemeenschappen waar je onderdeel van uitmaakt, plekken van hoop zijn waar je wordt toegerust tot een duurzame levensstijl.”
Hoe ziet die toerusting eruit?
“Op onze website staat een toolkit met allerlei praktische ideeën. We hebben bijvoorbeeld dit jaar in samenwerking met Climate Stewards, het klimaatprogramma van de christelijke natuurorganisatie A Rocha, de CO2-calculator voor kerken gelanceerd. Daarmee kun je onderzoeken wat de CO2-impact is van de zondagse kerkdienst: verwarming, maar ook de apparatuur die je gebruikt en hoe de gemeenteleden naar de kerk komen. Met de tool kun je dit allemaal doorrekenen en als je weet hoeveel de CO2-impact is, dan kun je gericht maatregelen treffen om die te verlagen. Wat je niet kunt verlagen, kun je via Climate Stewards compenseren.
Maar er is nog veel meer mogelijk. Ik denk dat je als kerk echt verschil kunt maken door te kiezen voor een duurzame bankrekening bij een bank die niet investeert in fossiele activiteiten. Kerken hebben veel grond in bezit. Wat kun je als kerk doen in de erfpachtvoorwaarden richting de boeren om er voor te zorgen dat de gronden natuurinclusiever beheerd worden? Dit klinkt allemaal heel aards, maar in ons dagelijks leven kunnen we keuzes maken die tot Gods eer zijn; het zijn keuzes die iets moois doen voor de mensen en voor de aarde en niet de aarde kapotmaken.
Uiteindelijk moet het lokaal gebeuren. Daarom is het belangrijk dat we als team van GroeneKerken goed voeling houden met wat daar gebeurt. Onlangs was ik bij de ‘Forest Church’ in Houten. Die begon met het herinrichten van een kerktuin met inheemse planten en werd insectenvriendelijk gemaakt. Dit project heeft als resultaat dat sinds de coronatijd er elke maand een groep bij elkaar komt om tijdens een wandeling verbinding te zoeken met God, met elkaar en met de natuur.”
Ken je groene initiatieven bij moslims, joden en ‘andersgelovigen’? Zou onderlinge uitwisseling misschien kunnen inspireren?
“Ja, er zijn zeker contacten. In februari zijn we bij een bijeenkomst van AMOS geweest, een Amsterdamse sjoelgemeenschap, die vierde het Joodse jaar van de boom. Er komt ook een ontmoeting met de Ulu Moskee in Utrecht om daar met elkaar te praten over wat zij en wat wij doen. GroeneKerken richt zich op kerken en christelijke geloofsgemeenschappen, maar ik denk wel dat je veel van elkaar kunt leren.
GroeneKerken bestaat al 12,5 jaar, we hebben veel praktische kennis met betrekking tot bijvoorbeeld de verduurzaming van gebouwen. Dat was afgelopen winter echt een hot item met de energieprijzen, dus is het logisch dat je informatie deelt. Die dialoog gaat steeds meer plaatsvinden. En er lopen ook allerlei linkjes naar de werkgroep Kerk en Milieu van de Raad van Kerken en de werkgroep Schepping en Duurzaamheid.”
Oud-politici gaan vaak naar het bedrijfsleven of worden bijvoorbeeld burgemeester. Wat motiveert jou om juist deze functie bij een non-profit organisatie te bekleden?
“Ik floreer bij missie-gedreven organisaties en ik wil heel graag dit project, bij wijze van spreken, laten vliegen. Dat groene kerken voluit de plek kunnen innemen in de samenleving en gezien worden als plekken waar bewogenheid is met de mensen om hen heen én bewogenheid met de zorg voor de aarde. Mijn droom is dat steeds meer christenen ontdekken dat de zorg voor Gods schepping een integraal onderdeel is van ons geloof. Dat we daarin als team, maar vooral ook dat lokale groene kerken een voorbeeld zijn voor anderen.
We leven in een heel onrustige tijd. Mensen zijn zoekende, het is voor veel mensen ook een beangstigende tijd. Wat zou het goed zijn als de kerken een plek zijn waar je terecht kunt met je zorgen en vragen en vervolgens, omdat we geloven dat er een God is, de hoop kunt omarmen. Ik mis soms de profetische stem van de kerk richting overheden en de samenleving. Dat mag best meer schuren. Je hoeft niet allemaal op de barricaden te staan, maar wat doe je als kerk om betrokkenheid en bewogenheid met de schepping te laten zien? Dat kan door het gebed, maar ook door als geloofsgemeenschap profetisch te leven, te laten zien dat ándere, rechtvaardige keuzes mogelijk zijn. Als christenen zijn we geroepen om een zoutend zout te zijn.”
Kijk voor meer informatie op de website van GroeneKerken. Dit interview is oorspronkelijk gepubliceerd op 22 mei 2023 en opnieuw geplaatst in het kader van de Nieuw Wij Zomerherhalingen.
Mooi interview waarbij de drijfveren van Carla Dik-Faber goed naar voren komen. Ik verbaas me enigszins over de vele kerkelijke en christelijke organisaties die elk op eigen wijze met eigen invalshoeken met duurzaamheid bezig zijn. Laat duizend bloemen bloeien! Ook bijzonder om te zien dat het meten van de CO2 impact opnieuw in zwang is. In de jaren negentig hadden we ook een dergelijke tool, met een scherpe bovengrens voor de emissie per persoon, uitgaande van mondiale klimaatrechtvaardigheid. Daar zaten allerlei haken en ogen aan. Uiteindelijk is het idee toen een zachte dood gestorven. Ik ben benieuwd of het nu verder komt dan een louter educatief instrument. Ik volg het met belangstelling.