In zijn functie als sociaal wetenschapper was Yilmaz de afgelopen jaren veelvuldig zichtbaar in de media, waar hij sprak over de positie van minderheden, sociale ongelijkheid, discriminatie en polarisatie. Met de nodige souplesse en sympathie liep hij debat in – debat uit. Als sociaal ondernemer, en als ‘volksjongen’, zoals hij zichzelf noemt, wist hij precies te benoemen welke spanningen er leven binnen de diverse gemeenschappen.
Hoe verliep je eerste dag als ‘politicus’?
Cemil Yilmaz: “Ik ben natuurlijk nog officieel geen politicus in de letterlijke zin van het woord, maar ik hoop dat het na 21 maart een feit zal zijn. Sowieso ben ik geraakt door de hoeveelheid positieve reacties die ik massaal heb ontvangen. Vanuit Den Haag, maar ook van ver daarbuiten. Ik word er een beetje stil van en ook nederig. Na het lezen van die reacties landt bij mij het besef voor welke opgave ik sta. Ik besef goed welke grote verantwoordelijkheid ik er opeens bij krijg. Maar ik word ook in mijn missie gesterkt, dus ik hoop vooral dat ik niemand ga teleurstellen.”
Toch kwam jouw benoeming als een verrassing, omdat je nooit politieke kleur bekend hebt in de diverse maatschappelijke kwesties waarop je commentaar gaf. Hoe is jouw verbondenheid met NIDA tot stand gekomen?
“De mensen die mij kennen weten dat ik politiek en maatschappelijk geëngageerd ben en dat ik al jaren bezig ben met raciale en sociale ongelijkheid. Ik denk dat de politiek een volgende stap is in mijn werk. Maar politiek is ook een middel tot maatschappelijke verandering. Ik heb inderdaad vanuit mijn rol nooit kleur bekend maar dat ik aan de linkerkant van het politieke spectrum zit, was duidelijk. Toen ik werd gevraagd om me aan te sluiten bij NIDA, en ik er even over nadacht, voelde het aan als een natuurlijke en goede keuze. Sinds de oprichting van NIDA volg ik de partij van dichtbij. Ik heb ze altijd een warm hart toegedragen. Want het mooie aan deze partij is dat ze niet in hokjes is te plaatsen.”
Ook geen islamitisch hokje?
“Ze hebben een eigen verhaal, en dat in een traditionele omgeving. Op bepaalde thema’s zijn ze linkser dan de linkse partijen, meer sociaaldemocratisch dan de PvdA, progressiever dan GroenLinks, liberaler dan D66, en dat is precies hoe ik ook in het leven sta. En natuurlijk, die islamitische inspiratie van NIDA trekt me aan. Ik ben niet de meest praktiserende moslim maar voor mij is het geloof wel altijd een grote inspiratiebron geweest. Dus uiteindelijk is dit alles een logische keus geweest.”
Kun je iets vertellen over je sociale achtergrond en hoe dat je blik op de politiek gevormd heeft?
“Ik heb mijn master in Sociale en Cross-Culturele Psychologie behaald. Daarna koos ik al snel voor de publieke sector, want de commerciële wereld was niet voor mij. Thuis ben ik altijd op een bewuste manier opgevoed. Mijn vader gaf ons Muhammed Ali mee en Nelson Mandela en Yilmaz Güney (Turkse regisseur, red.), dat soort figuren. Mijn ouders zeiden altijd dat het aan ons is om het onmogelijke te bereiken, “The Sky is the Limit” zeiden ze. Dus het emancipatoire heb ik vroeg meegekregen. Daarnaast maak je in het leven ook nog bepaalde dingen mee, zoals vele mensen met een soortgelijke culturele of religieuze achtergrond ervaren.”
Wat zijn dat voor zaken?
“Denk aan een te laag schooladvies, etnisch profileren, tot aan arbeidsdiscriminatie en ongelijke kansen aan toe. Ik ben toen psychologie gaan studeren en besloot in de publieke sector aan het werk te gaan. Of het nou als vrijwilliger is, of als professional of als sociaal ondernemer – ik liep elke keer tegen de lokale maar ook de landelijke politiek aan. Hoe je het wendt of keert, veel van de huidige problemen of de uitdaging die we vandaag de dag zien, raken aan de verantwoordelijkheid van de politiek. Daar ligt de macht om veranderingen teweeg te brengen. Ik merkte te vaak dat de traditionele partijen onvoldoende daad- en wilskracht toonden om die segregatie en kans op ongelijkheid tegen te gaan. Ik denk dat de echte innovatie juist komt vanuit de wat kleinere partijen die ontstaan zijn vanuit een bepaalde pijn, een bepaalde hoop, een ander eigen verhaal. Daar zit de innovatieve kracht in.”

Politiek is vaak ellebogenwerk en dingen framen. Wat is jouw politieke stijl? Hoe ga je jezelf profileren?
“Heel simpel. Allereerste ga ik duidelijk vertellen waar NIDA voor staat. We zijn geen islam-partij of moslim-partij. We zijn islamitisch geïnspireerd. Als mensen een stem op mij willen brengen omdat ik moslim ben, dan hoef ik die stem niet. Ik wil dat men stemt op basis van de principes en ideeën die we hebben. En omdat ze vertrouwen hebben in NIDA, in mij en in de andere kandidaten. En dat ik daar vier jaar later ook op afgerekend kan worden. We moeten af van de identiteitspolitiek. We moeten etniciteit, religie maar ook sociaal overstijgend gaan zijn. Ik wil af van cliëntelisme. Ik ga mijn best doen om dat zelfkritische en zelfreinigingsvermogen om ons heen nog beter te organiseren. Want dat is een uitdaging die ik voor de hele politiek zie.”
Je bent sociaal wetenschapper, dus eerder van de feiten en van de nuance. Een hele andere werkwijze dan de politiek.
“De manier waarop je je vraag stelt zegt al wat over hoe er inmiddels over politiek gedacht wordt en dat is best wel beschamend toch? Want politiek zou in dienst van de burger moeten staan. Waarom kunnen wij niet de politiek juist op basis van inhoud, feitelijkheden en nuance bedrijven in plaats van het populistische frame?”
Dus als wetenschaper zit je juist goed?
“Zeker. Ik hoop meer inhoud te gaan brengen.”
Waarom heb je gekozen voor NIDA en niet voor de Partij van de Eenheid bijvoorbeeld, ook een Haagse partij op islamitische grondslag?
“Er zijn inderdaad meerdere partijen met een islamitisch tintje. Maar ik ben ontzettend gecharmeerd geraakt van de manier waarop NIDA zich de afgelopen vier jaar in Rotterdam heeft gemanifesteerd en ontwikkeld.”

Wat heeft Den Haag nodig? Welke thema’s ga jij agenderen?
“Heel simpel. Den Haag is een internationale stad van recht en vrede. De allure hebben we mee, maar ik zeg wel altijd: ‘practice wat you preach’! Dus wat we naar buiten toe uitstralen moeten we intern ook gaan vormgeven en in de praktijk brengen. Daar ga ik me voor inzetten. Dat heeft met tegengaan van segregatie te maken. Of je op het veen of op het zand woont, of je Hagenees of Hagenaar bent, iedereen heeft kans op gelijkheid. Den Haag is een stad die centraal wordt aangestuurd, maar redelijk ver van de burger afstaat. We moeten meer vertrouwen hebben in de burger zelf. Mits je die maar goed tijdig informeert en op een constructieve manier betrekt in het politieke proces.”
Je hebt het eerder vaak gehad over de ‘korte arm van Den Haag’. Daarmee bedoelde je dat de overheid haar arm lang niet goed uitstrekt om de minderheden te bereiken. Gaan wij een raadslid zien die straks trekt aan die arm? Als je straks toch op de hoek van het binnenhof zit?
“Ik heb me altijd al met het landelijke bemoeid, en dat blijf ik vooral doen.”
Zie jij de gemeenteraadsverkiezingen in relatie tot de landelijke verkiezingen? En zo ja, welke thema’s zullen domineren?
“Ik hoop in ieder geval niet dat identiteit in negatieve zin van het woord straks gaat domineren. Wij zullen ons in ieder geval op Den Haag in zijn totaliteit richten, op een gedeelde toekomst die we samen hebben. Ik wil echt wegblijven van termen die we de afgelopen verkiezingen hebben moeten aanzien, zoals ‘de gewone Nederlander’, ‘de normale Nederlander’, ‘moslim niet-moslim’, ‘zwart-wit’. Ik hoop echt niet dat dat weer bepalend gaat zijn, maar dat de inhoud ertoe doet. In Den Haag zijn er genoeg andere behoeften en uitdagingen die het debat moeten domineren.”
Je valt gelijk met je neus in de politieke boter – de samenwerking tussen NIDA en DENK is mislukt – en er is enige onvrede binnen de partij. Wat vind je daarvan?
“Ongeacht van welke partij je bent, welke strubbelingen er ook mogen zijn, is het verstandiger dat je conflicten intern afhandelt. Wat betreft de samenwerking tussen partijen moet ik zeggen dat ik veel politici van andere partijen spreek. Waaronder ook collega’s van DENK. We hebben een goede relatie met elkaar, we sparren weleens en we versterken elkaar. Ik denk dat dat prima moet kunnen.”
Hoe kijk jij naar de ontwikkeling dat Den Haag meer islamitisch geïnspireerde partijen krijgt? Is er geen gezamenlijk belang meer? Vroeger was het toch wel belangrijk dat minderheden samen optrokken.
“Het laat maar weer eens zien dat ‘de moslim’ niet bestaat. Er is veel diversiteit in denken en doen, en zelfs in de manier van geloven. Het is de kunst om die diversiteit te omarmen.”
Met welk verkiezingsresultaat mogen we je straks feliciteren?
“Dat laat ik helemaal aan de Haagse kiezer over!”
Den Haag of Enschede?
“Den Haag.”
Manager of voorvechter?
“Voorvechter.”
Tweede Kamer of Raadslid?
“Raadslid.”
Verbinden of benoemen?
“Verbinden door te benoemen.”
Fel of met de zachte hand?
“Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.”
Islam geïnspireerd of secularisme in de politiek?
“Deze wil ik toelichten. De keuze of zelfs tegenstelling tussen ‘islam geinspireerd’ of ‘secularisme in de politiek’ klopt niet. Islam geïnspireerd en secularisme gaan namelijk prima samen. Zowel onze islamitische inspiratie als het secularisme draaien in de kern om pluralisme, ruimte voor diversiteit en de meerwaarde daarvan. Secularisme wordt vandaag de dag echter helaas te vaak begrepen alsof religie, zingeving en spiritualiteit uit de samenleving gedrukt zou moeten worden. Daar ben ik niet van. Daarom ga ik voor islam geïnspireerde seculiere politiek.”
Klinkt goed. Ben benieuwd hoe het in de praktijk uitwerkt.
Ik ben het met je eens dat de oude partijpolitiek niet meer functioneert. Een ruimere visie in het belang van àlle burgers moet voorop staan.
Wees verbindend i.p.v. scheidend. Je bent jong. Dus straal energie en hoop uit.
Hebben we ècht nodig!
Succes!