Wat is volgens jou de kern van een depressie?
“Dat is existentieel isolement, men voelt zich op geen enkele manier meer verbonden met de omgeving. Depressie is elementaire ontstemdheid in de dubbele zin van het woord, er is een diepgaand onbehagen, omdat men onafgestemd is. Fundamenteel verlangt men naar die afstemming, naar connectie. Volgens mij hebben we dus te maken met een afstemmingsstoornis.”
Een afstemmingsstoornis in plaats van een stemmingsstoornis?
“Dat is ook een beetje een woordspel. De officiële definitie van een depressie in het Engels is: mood disorder. In het Nederlands wordt het dan stemmingsstoornis. Mijn gedachte is dat depressie een ontregeling is, niet zozeer van de interne gevoelshuishouding, maar van de basale betrekking van het individu tot de wereld, de anderen en zichzelf. Op dat gevoelsmatige niveau ontbreekt bij depressie de mogelijkheid om goed en ritmisch af te stemmen. Stemming is altijd afstemming, is altijd de connectie tussen het individu en zijn of haar omgeving. Dat is voortdurend gaande. Die ritmiek vereist ook eens even niets doen, maar dat kunnen we niet meer. Door die enorme dynamiek waarin we leven en het individualisme zijn we eigenlijk het elementaire proces van ritmische afstemming aan het verwaarlozen.”
Het is toch merkwaardig dat miljoenen mensen opeens een hersenaandoening hebben?
Is dat ook de oorsprong van de ‘depressie-epidemie’?
“Sinds de jaren 90 zijn we gaan spreken van een depressie-epidemie en dat zou dan allemaal te maken hebben met een hersenstoornis. Het is toch merkwaardig dat miljoenen mensen opeens een hersenaandoening hebben? Ik wil die depressie-epidemie opvatten als een collectieve klacht. Natuurlijk gaat het ook om het individu, want iemand die depressief is heeft daar last van. We weten niet goed hoe we daar mee om moeten gaan. We hebben geprobeerd om het grijpbaar te maken door het als een hersenziekte te zien, maar wetenschappelijk is daar geen bewijs voor.
Antidepressiva hebben wel een bepaalde werking, maar niet de werking waarop we hoopten in de jaren 90. We zijn er achter gekomen dat die pilletjes soms wel nodig zijn om mensen uit de allerdiepste put te halen, maar dat het probleem niet zozeer in de hersenen zit. De stofjes in de hersenen spelen wel een rol, maar dat is ook zo als je verliefd wordt. Het bio-medische model reduceert depressie tot een hersenaandoening en de narratieve benadering kijkt naar de ervaring, de omstandigheden, het individuele verhaal van iemand.
Stel dat die psychische stoornissen ook te maken hebben met de manier waarop we vandaag de dag geacht worden te leven en dat wij onszelf zogezegd in een stand laten zetten die uiteindelijk ziekmakend is, dan kan het geen kwaad om ook eens die kant op te kijken. We worden door de samenleving voortdurend beïnvloed op een bepaalde manier die in de grond wel eens heel verstorend en ziekmakend zou kunnen zijn.”
Wat bedoel je daarmee?
“Ik noem dat de liberale vorming van het isolisme. Er wordt steeds meer van ons verwacht dat we ons losweken van verbanden en competitief zijn. De talentenshow, die heel populair is, staat symbool voor iets veel omvangrijkers. Het is niet alleen entertainment, maar ook educatie. De educatie van de liberale cultuur: zo moet je zijn, de beste, en heel gezellig samen zijn met je medekandidaten, maar je moet er wel voor zorgen dat ze verdwijnen. Wees sterk, succesvol en een winnaar. Uiteindelijk sta je alleen op het podium in de spotlights.
Op deze manier worden we op school al gevormd: als ik dat kan en heb, dan sta ik in de belangstelling en dan ben ik gelukkig. Maar dat is niet zo. Studenten van 17-18 jaar worden al geacht te weten wat ze willen, terwijl ze in een fase zitten van zelfontdekking. Ze krijgen ook geen ruimte om te falen, alles moet goed zijn. Het is allemaal op prestatie en individuele ontwikkeling gericht.
De wegwerpmaatschappij is ook een voorbeeld van lost connections. We voelen ons niet meer verbonden met onze spullen.
Hetzelfde geldt voor spullen. De wegwerpmaatschappij is ook een voorbeeld van lost connections. We voelen ons niet meer verbonden met onze spullen. Terwijl er niks mooier is dan dat ene vaasje wat je al jaren hebt en wat je al vier keer gelijmd hebt. Het gevoel hebben van zo’n afgestemdheid, die niet zozeer harmonieus hoeft te zijn, is de kern van het verhaal. In onze tindermaatschappij zoeken we op internet naar de volgende partner. Zo zie je dat we ons op allerlei fronten aan het losmaken zijn, terwijl we eigenlijk in verbinding moeten komen.”
Krijgen daarom ook zoveel mensen een burn-out?
“Men voelt zich uitgeblust, dat suggereert dat de energie teveel wordt aangesproken. Maar het gebrek aan steun op het werk is de grootste burn-out veroorzakende factor. De werkgever bepaalt wat jij precies moet doen, maar tegelijk is het wel jouw verantwoordelijkheid. Die combinatie van schijnbare vrijheid die je hebt, de hoeveelheid werk natuurlijk die vaak heel groot is en het voortdurende signaal dat je het niet goed doet of nog iets meer moet doen, is een verwarrende en belastende boodschap die mensen krijgen. Daardoor krijgen ze het gevoel dat ze aan het zwemmen zijn en dat het nooit genoeg is. Zowel bij een burn-out als een depressie zit er ook iets van verzet in, iets in ons zegt gewoon stop.”
Heb je een idee hoe verschillende culturele groepen met depressie omgaan?
“Hebben andere culturen wel een term als depressie? Als ze het wel hebben, gaan ze er vaak heel anders mee om, als ze het niet hebben, hebben ze vaak clusters van emoties die heel anders in elkaar steken dan wat wij depressie noemen. Gevoelens zijn dus niet universeel, maar cultuurbepaald. Stoornissen zijn daarom ook cultuurbepaald. In sommige culturen wordt depressie niet zozeer beschouwd als een individueel probleem, maar als een probleem van de groep. Er is een Afrikaanse studie waarin een depressie een clan illness wordt genoemd. Er is iets mis met de groep als iemand niet goed functioneert. Dan moet de clan zich gaan herschikken. Dat is in onze samenleving natuurlijk heel moeilijk, omdat wij geen clans meer hebben. Bij de aboriginals bijvoorbeeld wordt een depressief iemand vrijgesteld en in staat gesteld om een geritualiseerde persoonlijke zoektocht in gang te zetten om zich te heroriënteren. Wij zeggen: ‘Zorg dat je beter wordt en keer zo snel mogelijk weer terug’.”
De depressie-epidemie is iets van de Westerse wereld…?
“Ja, maar dat moet je wel relativeren, want de Westerse cultuur domineert op een bepaalde manier steeds meer de hele wereld. Psychoanalyticus Antoine Mooij zegt dat de depressie-epidemie een teken is dat we de melancholie niet meer aan kunnen. We kunnen het tekort dat het menselijk bestaan tekent niet meer aanvaarden en dat maakt ons ziek. We willen alsmaar gelukkig zijn, we willen steeds meer presteren, we willen een god zijn, maar dat kan niet, we zijn mensen.
Als we gezamenlijk in staat zijn onze zwaarmoedigheid te waarderen en te onderkennen als deel van het leven, dan ben je al een heel eind.
Als we gezamenlijk in staat zijn onze zwaarmoedigheid te waarderen en te onderkennen als deel van het leven, dan ben je al een heel eind. Alles is eindig, we worden ouder en we gaan een keer dood, melancholie hoort bij het leven.”
Je noemt depressie een gestolen stoornis…
“Ja, als psychische problemen gereduceerd worden tot breinprocessen dan worden we afgeleid van wat er werkelijk aan de hand is. Als je depressief bent dan is er iets tussen jou en de wereld wat niet klopt. De stoornis wordt als het ware gestolen als we zeggen dat depressie een stoornis in onze hersenen is en dat het niets te maken heeft met hoe we leven, want dan hoeven we ook niets te veranderen aan die levenswijze. In mijn optiek worden we er daardoor van afgehouden ons te bezinnen op de manier waarop we in het leven staan.
We moeten niet de fout maken van de jaren 60-70, toen we zeiden dat ‘het systeem’ of de samenleving ons ziek maakt. Nee, wij zijn zelf het systeem en de samenleving. Wij willen leven op een manier die onszelf niet bevalt, waar we ziek van worden. Het is te vergelijken met een fabel van Kafka: een muis loopt een soort trechter in en denkt bij zichzelf: ‘Het is gek, hoe verder ik loop des te meer de wanden naar elkaar toe lijken te bewegen’. Dan komt hij aan het eind van de trechter en daar zit een kat die zegt: ‘Je moet gewoon omkeren’, en eet hem vervolgens op. Dat is toch prachtig, we moeten gewoon omdraaien!”
Maar hoe?
“Nou, koop een bloemetje voor je buurvrouw of buurman, zoek de verbinding of het collectief op. We zijn allemaal individualisten, maar willen in de diepte een elementaire verbinding met elkaar hebben. Dat betekent dus dat we op veel fronten iets moeten veranderen. En dat kan al beginnen in het klein, bijvoorbeeld door iets te doen voor een ander. Dan gebeuren er twee dingen: het voelt goed en tegelijkertijd bevestig je ook de connectie die je hebt.”
Heb je zelf ervaring met depressie?
“Ja, in de jaren 80 raakte ik door allerlei omstandigheden de verbinding kwijt met mijn omgeving. Ik deed wel van alles, maar ik zat in een cocon en groef me steeds verder in. Op een nacht kreeg ik een droom. Ik lag in bed en werd wakker, tenminste dat dacht ik, want ik droomde nog steeds. In mijn droom was ik waar ik ook echt was. Dus ik werd wakker in mijn droom en er was iemand in mijn huis die daar niet hoorde. Ik werd bang en wilde weg, maar ik kon mij niet bewegen en had steeds sterker het idee dat ik wakker moest worden om te kunnen vluchten. Ik noem het een matroesjkadroom. Na vier keer zogenaamd wakker te zijn geworden, werd ik pas echt wakker.
Deze droom doet mij nu denken aan William Styron, bekend van Sophie’s Choice. Hij schrijft in zijn boek Darkness Visible het volgende over zijn depressie: ‘Physically I was not alone, but I felt an immense and aching solitude’. Het paradoxale is dat juist het isolement van de hospitalisatie hem genas. Hij werd opgenomen in het ziekenhuis en dat was heilzaam. Daardoor moest hij zich overgeven aan een bepaald regime en een bepaald ritme en kwam weer terug in het leven. Hij gaf zich uiteindelijk weer over aan de levensritmiek.
Wat ik deed was precies het tegenovergestelde: ik verzette mij en voelde mij steeds meer alleen. Ik had mijzelf in een kerker gezet en het bed waarop ik lag symboliseerde het leven. Daar kon ik niet uit weg, want het leven is gegeven, ik moest me er aan overgeven en laten gebeuren wat er gebeuren moest. Maar dat kon ik toen niet.”
Is dit ook jouw advies voor depressieve mensen?
“Het gevaar ben je zelf, maar de redding ook. Je moet naar het hart van die depressie gaan en daar de omslag zien te vinden. Dus je niet verder ingraven, zoals ik destijds deed, maar je afvragen wat er zo zeer doet en waarom je je zo ellendig voelt. Laten we die ervaring serieus nemen, wat heeft die ervaring te zeggen? Erkennen en herkennen wat je voelt en er van daaruit een wending aan proberen te geven door dingen te zoeken die op dat moment bij jou passen en die je een klein beetje een goed gevoel geven.
Voor iemand met depressie is alles fluïde. Zorg daarom dat er structuur en afwisseling in je leven blijft, die ritmiek is belangrijk. Ga even naar de supermarkt of ga wandelen, koop een hond. Probeer orde in je leven te brengen die niet van buiten komt maar van binnenuit, en neem de tijd. Een gedeprimeerd persoon heeft tijd nodig. Laat hem of haar depressief zijn en laat weten dat je er bent. Bevestig dat die connectie er nog steeds is, al wil iemand even geen contact.
Ook in de meest verstoorde situaties zijn we relationele wezens en is die band ergens nog aanwezig. Psycholoog Paul Verhaeghe zegt: ‘De genezing begint met het herstellen van de sociale relatie, want die is verstoord’. Als je uit een depressie wilt komen, dan moet je het verlangen naar dat sociale aanboren, dat verlangen is er altijd. Het is onze basis en daarom kunnen we die altijd weer opzoeken, hoe ver je ook heen bent.”