“Als kind heb ik in een aantal jaar in Latijns-Amerika gewoond, van mijn achtste tot mijn dertiende. Dat waren vormende jaren. Sindsdien heb ik altijd wel een soort heimwee in mijn lijf. Als ik Chilenen tegenkom, of als ik Spaans hoor spreken, merk ik dat er een snaar in trilling wordt gebracht. Dan voel ik een vleug van heimwee. Toen ik in Chili woonde, was het andersom en had ik juist heimwee naar Nederland.
Het symbool ‘moederland’ koppel ik aan dat gevoel. Een gevoel van thuis-zijn, je vrij en veilig voelen. Dat is bij mij ook verbonden aan de ervaringen van gastvrijheid en hartelijkheid die ik als kind in Chili had: een warmbloediger, ook meer lijfelijk, contact met mensen. Dat krijg ik ook hier wel eens te horen in mijn omgang met moslimvrienden. Dan omarmen we elkaar en dan zeggen zij: ‘Jij bent geen echte Nederlander.’ Kennelijk heb ik nog een soort Chileens temperament in me.
Het symbool ‘vaderland’ heeft in mijn beleving eerder iets patriarchaals. Dan denk ik aan rollen die gespeeld worden, of die je moet spelen. Als het gaat over vaderland of over patriottisme of nationalisme, dan merk ik dat het vaak van die identiteitsconstructies betreft, bedoeld om af te schermen. ‘Vaderland’ roept bij mij toch al heel gauw narratieven op die de eigen identiteit ten opzichte van de ander proberen veilig te stellen, om de eigen kwetsbaarheid te beschermen. En dat snap ik op zich wel, maar dat wordt al heel snel onbarmhartig. Juist waar mensen ook kwetsbaar durven te zijn, ontstaat volgens mij ruimte. Die grote vaderland-verhalen – ik denk soms dat die mede uit angst geboren zijn.
De metafoor ‘moederland’ heeft dat minder, vind ik. ‘Moederland’ is grenzelozer. Maar ik heb dan ook meer met de kleinere verhalen. Omdat ik als kind ook in een ander land heb gewoond, in een andere cultuur – al is Latijns-Amerika behoorlijk westers – heb ik al heel vroeg iets meegekregen van diversiteit, maar ook van wat mensen verbindt over culturen heen. Dat merk ik ook in mijn werk. Ik krijg er veel energie van, juist als mensen van verschillende culturen en achtergronden bij elkaar zijn en er toch iets gemeenschappelijks is of gebeurt. Daar kan ik van opleven. En dat zou zomaar te maken kunnen hebben met waar ik als kind heb gewoond.
Trouw en betrouwbaarheid
Integriteit is belangrijk voor mij. Dat je betrouwbaar bent, als mens. Dat je doet wat je zegt. Maar ook dat je de ander niet tot instrument maakt. Als ik merk dat ik onderdeel ben van een strategie van iemand anders, middel ben tot een doel, vind ik dat heel lastig. De ander gebruiken, dat ligt ook bij dialoog soms op de loer. Maar het gaat er daarbij juist om: Ben je echt? Ben je echt geïnteresseerd of heb je een verborgen agenda? Wees daar eerlijk in. Als je open en eerlijk bent, en ook kwetsbaar durft te zijn, denk ik dat je het verst komt. In het vertrouwen dat ieder mens uiteindelijk zoekt naar verbinding met een ander mens. Noem het liefde, al klinkt dat gelijk weer zo soft. Maar uiteindelijk geloof ik dat ieder mens opleeft als iemand hem of haar ziet, als hij of zij gezien wordt. Dat geldt ook voor mij. En ja, je kunt daarin ook gekwetst worden. Dat heb ik ook wel meegemaakt in de dialoog. Dat het toch iets anders loopt dan ik gedacht had. Dat ik teleurgesteld werd. Ook in mensen soms.
Ik ontmoet ook wel mensen die te lijden hebben van ‘vaderland’-narratieven. Ik heb altijd veel vertrouwen gehad in onze rechtsstaat, maar ik hoor ook andere verhalen. Ik merk dat sommige van onze landgenoten die behoren tot een minderheid, etnisch of religieus, soms aan een korter eindje trekken. Daar ben ik tegenwoordig minder naïef in.
Uitdaging
Predikant zijn vandaag de dag vind ik best een uitdaging. Als dominee ben ik gegrepen door het grote verhaal van de Bijbel, Gods verhaal met mensen. Daarnaast maak ik kennis met veel kleine mensenverhalen. Die verhalen te verbinden vraagt best creativiteit. Die hele situatie rond polarisatie, de hele discussie tussen rechts en links: hoe neem je daarin stelling als predikant? Ik ben dominee, geen politicus. Natuurlijk heb ik een mening, maar ik ben me er ook van bewust dat de samenleving complex is. Hoe verhoudt mijn mening zich tot de verkondiging? Hoe wijs ik zonder moralistisch te worden een weg om te gaan? Het is zoeken naar ware woorden. Woorden die recht doen aan het evangelie, aan mensen, aan de complexiteit van de werkelijkheid en ook aan mijzelf. Woorden die ons vandaag een betrouwbare, beproefde weg wijzen om te gaan, voorbij etiketten als links of rechts. Dat vind ik best spannend. Doe ik recht aan het grote verhaal, en aan al die kleine verhalen?
Het grote verhaal heeft iets te maken met liefhebben. God heeft ons liefgehad en vraagt ook van ons om elkaar lief te hebben. Ook mensen buiten onze eigen kring. Het heeft iets te maken met de gastvrijheid die mensen bij God genieten. Wij moeten onszelf de vraag stellen of mensen iets van die gastvrijheid ook bij ons kunnen proeven en herkennen.
Ik kom als dominee steeds in contact met de kleine verhalen van mensen, ook in mijn contacten met moslims. Ik wil van hun verhalen en ervaringen leren en ze een plek geven. Ook in mijn preken. Ik probeer anderen ook daarop te wijzen en hen uit te nodigen om empathie op te brengen en te luisteren naar de kleine verhalen die ook in Gods grote verhaal een plek krijgen.
Ik hoop het kleine verhaal van mensen zoveel mogelijk recht te doen, er ruimte voor te zoeken als mensen ondergesneeuwd dreigen te raken. Dat heeft voor mij te maken met het grote verhaal van de Bijbel, het verhaal van Gods liefde voor echte mensen. Een verhaal dat heel veel ruimte biedt aan kleine verhalen. Daar geloof ik echt in. Dat zie ik in het klein in de kerk gebeuren. Dat is een plek waar heel verschillende vogels een plek vinden. Daar kunnen ook mensen door één deur die politiek verschillend denken.”
Geen vaderland maar moederland? In het Nederlands is vaderland onzijdig net als moederland trouwens. Wat is de moeilijkheid? Denk eens aan al die mensen die lijden onder een te sterke moederbinding en alle ellende die daaruit voortkomt! Vraag het uw psychiater!