Hoe is in jou het activistische vuurtje aangewakkerd?
“Het activistische vuurtje is al vroeg gaan branden. Het gewone leven maakte mij heel nieuwsgierig. Dus toen ik op een dag in de trein een groep vrouwelijke activisten tegenkwam, vroeg ik waar ze naartoe gingen. Zij bleken van Vrouwen Tegen Kernwapens te zijn. In 1985 ben ik daar actief geworden. Bij Vrouwen Tegen Kernwapens werkten we veel aan bewustwording. We stelden vraagtekens bij de vanzelfsprekendheid waarmee zonen in militaire dienst gingen. Ook kwam ik zo in aanraking met andere vrouwennetwerken. Tijdens de brede vrouwenconferentie kwamen al die vrouwenorganisaties bij elkaar. ‘Kernwapens’ was toen het belangrijkste thema.”
Je bent al decennia loyaal aan de vredesbeweging en die vormt een groot onderdeel van jouw identiteit. Uit welke bron heb jij al die jaren geput?
“Ik put uit de Joods-Christelijke traditie. Ik geloof dat zachte krachten, de kracht van de liefde en hoop, zullen overwinnen. Ieder mens heeft een goddelijke vlam, die iedereen met elkaar verbonden maakt. Als iedereen zich daarvan bewust zou zijn, dan zouden we geen kernwapens meer hebben. Dan zouden we al dat geld besteden aan de bestrijding van armoede of de bescherming van het klimaat. Of de emancipatie van vrouwen.”

Hoe heb jij de vredesbeweging door de jaren heen zien veranderen?
“De tijd van de kernwapens waren de gloriedagen van de vredesbeweging. In de kleinste dorpen bestonden vredesgroepen. Dat veranderde met de val van de muur. Vrouwen Tegen Kernwapens hebben zichzelf uiteindelijk moeten opheffen. Vrouwen wilden financieel onafhankelijk worden, dus hadden ze te weinig tijd voor vrijwilligerswerk. PAX ging zich bezighouden met conflictbeheersing op allerlei plekken in de wereld. Het was geen vrijwilligersclub meer, maar mensen werden betaald. Dat kenden wij helemaal niet, bij de vrouwenvredesbeweging werd niemand betaald. De vredesbeweging is door de jaren heen ingezakt, ook omdat we dachten: het gaat de goede kant op. Zelf raakte ik betrokken bij het ondersteunen van ongedocumenteerden uit Irak en Afghanistan.”
De afgelopen maanden zijn we allemaal met de neus op de feiten gedrukt: opnieuw heerst er oorlog op ons continent. Hoe heb jij het nieuws over de Russische invasie in Oekraïne ontvangen?
“Die dag, donderdag 24 februari, was er een demonstratie tegen wapenhandel. Daar hoorde ik het nieuws. Vervolgens vertrok iedereen naar de Russische ambassade. Ik ging even langs huis om te rusten en tegen de tijd dat ik bij de ambassade aankwam, was iedereen al weg! Toen ik daar alleen stond, heb ik mij voorgenomen om gedurende de veertigdagentijd (de veertig dagen voor Pasen, red.) elke dag van half 1 tot 1 uur als stil protest bij de Russische ambassade te gaan staan. Met witte A4’tjes in solidariteit met een vredesactivist in Moskou, die hetzelfde deed na een arrestatie en toen wéér gearresteerd werd. Ook hebben we mensen wensen laten schrijven op kaarten met het adres van de Russische ambassadeur.
Toen steeds meer mensen zich aansloten, heeft het Haagse Vredesinitiatief een vergunning voor ons geregeld. Na onze actie hebben verontruste buurtbewoners een grote Oekraïense vlag opgehangen en die hangt er nog steeds: elke dag van 9 tot 5 staat er elk uur één buurtbewoner bij die vlag. Eens per week sta ik daar samen mijn vriendin Joanneke ook. Zo zie je het wel vaker: zo’n actie dijt uit en ineens is het een beweging. Ik zou iedereen willen enthousiasmeren om zich ook aan te sluiten.”
Op een gegeven moment moet een nieuwe generatie jouw stokje overnemen. Men zegt dat we te maken hebben met een nieuwe protestgeneratie: er wordt weer meer gemarcheerd dan ooit. Heb je er vertrouwen in dat jongeren de vredesbeweging nieuw leven inblazen?
“De vredesbeweging sterft uit, maar daar moet juist nieuw leven ingeblazen worden. De oorlog in Oekraïne moet iedereen wakker schudden. Nu zijn de geesten er rijp voor. Misschien ligt daar een hele belangrijke taak voor PAX. Ik hoop dat jongeren, met name de klimaatjongeren die onwijs goed bezig zijn, zich ook tegen kernwapens gaan inzetten. De link tussen de klimaatbeweging en de anti-kernwapenbeweging moet duidelijk gemaakt worden.”
Veel jongeren die zich inzetten voor volkshuisvesting, klimaatrechtvaardigheid en gendergelijkheid, proberen dat te doen en leggen de nadruk op hoe al die bewegingen met elkaar verbonden zijn. Dat geldt ook voor het vredesactivisme: kijk maar naar de milieuschade van oorlog, of het verschil in omgang met vluchtelingen uit Oekraïne en Syrië. In hoeverre zagen de activisten van tóen ook al de relevantie van samenwerken met andere bewegingen?
“De vrouwenbeweging en de vredesbeweging waren nauw bij elkaar betrokken. Bij het organiseren van onze conferenties waren we al heel bewust bezig met het beperken van onze milieuschade. Het gebruik van kernwapens is desastreus voor de natuur en gezondheid, dat hebben we gezien bij Hiroshima en Nagasaki. Het leven is een eenheid: je hebt als mens te maken met de hele kosmos. In de kerken werd toentertijd veel nagedacht over de taal van de kerk en die van vrouwen, want die sloten niet bij elkaar aan. Dat wordt wel feministische theologie genoemd, maar ik noem het ook wel ‘de bijbel lezen door de ogen van de vrouw’. Zo keken we ook naar de natuur: leef bewust, en wees je bewust van wat je met de aarde doet, want daarvan hebben we er maar één. Ik loop nog steeds elke donderdag tussen 12 en 1 mee met een kleine klimaatmars rondom de Tweede Kamer.”

Welke hoop koester jij voor de huidige vredesbeweging? En wat kan een nieuwe generatie daarin betekenen?
“De hoop is dat mensen zich door de oorlog in Oekraïne bewust worden en zeggen: ‘dit kan niet, we moeten op een andere manier omgaan met het leven.’ Als je je verwondert over het leven, dan verdwijnt het materialisme naar de achtergrond. Er zijn zoveel mooie dingen in de natuur. Jonge mensen moeten, nu het nog kan, voor de ouderen dood zijn, in contact komen met hun verhalen.
Ik denk daarom dat het belangrijk is dat er een centraal punt komt waar mensen, jong én oud, elkaar kunnen ontmoeten. Het is mijn droom dat we een jaarlijkse vredesmars organiseren vanaf de vredesvlam voor het Vredespaleis in Den Haag naar Volkel, waar de kernwapens liggen. Ik hoop dat honderden mensen, ook veel jongeren, mee zullen lopen. Ik heb moed voor de vredesbeweging in Nederland.”
Wat kunnen wij van jullie verhalen leren?
“Dat het nooit te laat is om met goede initiatieven te starten. Je moet positief in het leven staan en geen genoegen te nemen met ‘het gaat zoals het gaat’ en ‘het zal mijn tijd wel duren’. Je moet een ideaal en een doel hebben. Een punt op de horizon waar je naartoe werkt en als je dat hebt bereikt, kun je weer een nieuw punt bepalen.”
Dit artikel verscheen voor het eerst in PAX Magazine #3 2022. Wil je ook PAX Magazine thuis ontvangen? Word donateur van Pax voor Vrede. Van 17 tot en met 25 september vindt de nationale Vredesweek plaats met tal van activiteiten. Lees meer over de Vredesweek 2022 en bekijk de trailer hieronder.