Hoe was je jeugd?
“Ik kom uit Utrecht, ik ben daar opgegroeid samen met mijn broer, mijn moeder en mijn vader. Mijn vader is Ghanees en mijn moeder is Nederlands. Mijn vader heeft ook nog twee kinderen in Ghana, die zijn daar opgegroeid. Mijn broer, die hier in Nederland woont, is 1,5 jaar ouder dan ik en mijn broer in Ghana is weer 1,5 jaar ouder dan hij.
We gingen elke zomer naar Ghana en verder waren we gewoon in Utrecht. We waren een familie. Mijn moeder zei altijd: ‘We zijn met z’n allen één familie.’ Hier waren we met z’n vieren maar wat wij hier kregen, kregen de kinderen in Ghana ook. Terugkijkend zeg ik: ik had een goede jeugd.”
Hoe ben je in de entertainmentwereld gerold?
“Ik was volgens mij vijf toen ik met mijn moeder op een mooie doordeweekse dag over straat liep en door iemand werd aangesproken. Deze persoon zocht iemand voor het programma Knofje. Ik werd gevraagd om auditie te doen. Dat besloot ik te doen, het was echt superleuk. Vrij snel werd duidelijk dat ik de rol zou krijgen.
Onze vakantie naar Ghana hebben we afgezegd die zomer. Door een groeispurt en het groeien van mijn tanden was ik uiteindelijk ’te oud’ voor de rol. Jammer genoeg zijn ze voor een ander meisje gegaan. De vrouw van de casting voelde zich heel schuldig en bleef ons elke keer bellen wanneer ze iets anders had, een auditie voor een reclamespotje bijvoorbeeld. Zo ben ik er een beetje ingerold.”
Je hoort weleens verhalen van jongeren met een niet-Nederlandse achtergrond dat ze tijdens hun jeugd merken welke cultuurverschillen er zijn en dat Nederlandse klasgenoten ze anders behandelen daardoor. Herkenbaar?
“Ik zat op een school waar veel Marokkaanse en Turkse kinderen waren. Er was ook iemand uit Eritrea. Ik was dus niet de enige in de klas met een andere etniciteit.
Op een bepaalde leeftijd merk je het wel, die cultuurverschillen. Ik kreeg het ook van volwassenen te horen. Dat merkte ik vooral in de kleine dingen. Zo kreeg ik bijvoorbeeld regelmatig te horen: ‘Oh, wat spreek je goed Nederlands!’ of: ‘Heb je die score gehaald op je CITO? Nou, nou wat knap!’ Terwijl ik dan dacht: ‘Ik woon hier al mijn hele leven!’
Mensen vertelden tegen mij ook dingen over mijn vader. Mijn vader is hierheen gekomen vanuit Ghana en spreekt niet zo heel goed Nederlands, het is grammaticaal niet helemaal correct. Veel mensen denken dan dat hij dom is bijvoorbeeld. Of ze kijken een beetje op hem neer. Ik heb ook meegemaakt dat er werd gezegd: ‘Oh, je vader lijkt wel op zwarte piet hè?!’. Door dat soort dingen merk je het wel. Gelukkig waren het altijd mensen die ‘langs’ lopen, zeg maar, je zag ze niet zo snel weer.”
Wanneer merkte jij voor het eerst dat je etniciteit een rol speelde in wat je deed?
“Doordat ik veel audities deed, ook voor filmrolletjes, merkte ik dat best wel snel. Het was vaak zo dat de hoofdrol van de film door een blond Nederlands meisje werd gespeeld. Dit meisje moest dan wel een donkere vriendin hebben. Daarvoor kwam ik dan auditie doen. Ik zag dan andere kinderen ook die donkere vriendin spelen. Het was jammer dat wij niet werden uitgenodigd voor die rollen waar iedereen zich in moest herkennen, want dat kon niet bij ons.
Ik zat ook in een kinderkoor en daar bedoelden ze het weer op een positieve manier. Ik was een van de donkerste kinderen in het koor, het was echt een witte wereld. We hadden net een cd gemaakt en er moest een foto komen. Een foto van mij hadden ze op de voorkant gezet van de cd. Het was niet omdat ik heel goed kon zingen. Toen dacht ik wel: ‘Hmm, oke’. Ze bedoelden het dus positief, maar het voelde wel een beetje alsof ik gebruikt werd zodat zij konden laten zien dat er diversiteit was.”
Heb je wel eens met racisme te maken had?
“Ja. Ik ging met vriendinnen eens naar een camping buiten Utrecht. We waren 16 of 17 jaar oud en dat was voor het eerst dat we zonder ouders op vakantie gingen. Iedereen op de camping had uiteraard een eigen tent. Het bleek een soort van traditie te zijn dat als er nieuwe mensen kwamen, deze ‘nieuwkomers’ eten en een drankje kregen van de personen die al langer op de camping waren. Mensen van vijf tenten deden bij ons niet mee. Daar hadden we aanvankelijk niet echt bij stilgestaan.
Na een paar dagen begon het op te vallen dat de mensen van die vijf tenten helemaal niets met ons te maken wilden hebben. Op een gegeven moment werd duidelijk wat de reden daarvoor was. Een ander meisje en ik waren donker en de rest van ons groepje was wit, en die mensen wilden dus niet met ons omgaan omdat wij donker waren. Ze geloofden ook dat witte mensen en donkere mensen geen vrienden moesten zijn.
Die avond moest ik echt huilen toen ik het hoorde, want ik had echt nooit verwacht dat dat de reden was. Ik voel me niet snel minder door iemand anders, ik probeer namelijk andere mensen niet mijn eigenwaarde te laten bepalen. Maar toen voelde ik voelde me wel heel slap. Terwijl je nu juist denkt: ‘Daar moet je niets van aantrekken, dat is gewoon een idioot’, maar toen voelde het vooral als een afwijzing.”
Je speelt in de film Gelukzoekers een meisje van Ghanese afkomst. Was het leuk om te doen?
“Ik moest oorspronkelijk een Somalisch meisje voorstellen. Omdat ik niet Somalisch eruit zag, hebben ze het meisje veranderd in een Ghanees meisje. Dat was wel een beetje gek omdat mensen in Ghana overwegend christelijk zijn. Ze wilden ook graag iemand met een hoofddoek. Uiteindelijk hebben ze het een beetje in het midden gelaten wat precies haar verhaal is, ook omdat ze niet een heel uitgediept karakter is.
Ik vond het in het begin wel even vreemd om opeens een hoofddoek te dragen. Maar ook dacht ik: ‘Je draagt misschien een hoofddoek maar dat betekent niet meteen dat je moslim bent.’ Je bent namelijk een actrice, dus je vertolkt een rol, net zoals wanneer je een moordenaar speelt maar dat niet echt bent.”
De entertainmentwereld bestaat uit mensen met veel verschillende etniciteiten. Is het daar ook voorgekomen dat je met racisme of discriminatie te maken kreeg ondanks die diversiteit?
“Ik denk dat het afhankelijk is van waar je werkt. Ik werk bijvoorbeeld ook als presentatrice bij #First en daar is het allemaal heel divers. Grappig genoeg krijgen we vaak de opmerking: ‘Waar zijn alle witte mensen?’ Dat komt denk ik ook wel omdat het in Amsterdam ligt: Amsterdam is heel divers en je representeert gewoon de stad.
Ik werk ook voor Zapp en dat is in Hilversum. Daar merk ik wel dat er wat meer witte mensen zijn. Ik denk wel dat ze daar heel graag diversiteit willen, maar volgens mij gaan ze toch te vaak – waarschijnlijk zonder het zelf door te hebben – voor wat ‘makkelijk’ is. Maar ik zie wel dat ze echt hun best doen. Ik heb niet echt met discriminatie te maken gehad maar vind wel dat er wat meer diversiteit mag zijn.’’
Vind jij dat er genoeg representatie is op het doek?
“Nee, dat vind ik niet. Toen ik een klein meisje was, keek ik van die Carry Slee-films en dan werd de hoofdrol altijd wel gespeeld door iemand met blond haar. Weliswaar waren er ook donkere personen in die films, maar die hadden dan meestal een bijrolletje. Ik had heel weinig herkenning op het doek. Ik vind dat het in Nederland wel wat meer mag: dat je ook andere verhalen hoort die de diversiteit representeren.”
Denk je dat daar verandering in zal komen of denk je dat we een lange weg te gaan hebben?
“Aan de ene kant denk ik dat er al mensen zijn die er echt goed mee bezig zijn. Dat er films worden geschreven met bijvoorbeeld twee meisjes in de hoofdrol waarvan er een dan een migrantenachtergrond heeft. Maar ik zie ook wel weer dat het dan sneller ‘Oh, Syrië-gangers’ wordt.
Wat ik hiermee bedoel? Nou, je ziet wel een multiculturele cast, maar steeds gaat het over dezelfde onderwerpen. Dus ik hoop dat we een keer iemand kunnen laten zien als ‘normaal’ en niet weer bijvoorbeeld in de categorie: ‘Oh, je bent geadopteerd’ of in die richting.”
Hoe komt het – volgens jou – dat er zo weinig representatie is op het doek terwijl Nederland zo multicultureel is?
“Ik denk dat er te veel oude mensen aan de macht zijn in de entertainmentwereld. De belangrijke beslissingen die genomen moeten worden, worden door hen gedaan. Ik ben eigenlijk van mening dat ze geen zicht meer hebben op wie de jongeren zijn en wat ze willen. Ze doen het al 20 jaar op een bepaalde manier, waarom zouden ze het anders gaan doen als ze al jarenlang werken met dezelfde talenten?”
Discriminatie en racisme bestaan al eeuwen. Toch zijn sommige mensen optimistisch en denken zij deze problemen te kunnen oplossen. Wat denk jij?
“Aan de ene kant denk ik dat we ze niet echt kunnen oplossen. Het zit heel erg diep in de mensen, diep ingeworteld. Net zoals wanneer iets tegenzit en je dan negatieve gedachtes hebt. Natuurlijk heb je ook zelf met vooroordelen te maken, vooroordelen die je zelf ‘bedenkt’. Bijvoorbeeld door de media word je heel erg beïnvloed waardoor je vooroordelen hebt die je misschien zelf niet zo snel zou hebben.
Zo zag ik een keer een man met een tulband die zijn tas ergens neerzette en weer wegging. Ik raakte helemaal gestrest. Tja, als hij een man was geweest met een net pak, was ik niet gaan stressen. Dit is gewoon iets wat in een mens zit: het zijn makkelijke en snelle gedachtes die in je opkomen. Het is dan aan ons om ervoor te zorgen dat we niets doen met die gedachten. Dat je er geen macht aan gaat geven.”
Is het gek dat in NL een meisjesrol wordt gespeeld door iemand met blond haar? Wat ik dus denk, dat in bijvoorbeeld Kenia een meisjesrol wordt toebedeeld aan een meisje met kroeshaar (alhoewel daar natuurlijk ook heel erg veel blonde meisjes rondlopen, alleen al van de nakomelingen van de witte immigranten die het land gemaakt hebben tot wat het is). In Brazilie is het weer anders. Daar is 90% van de bevolking zwart of gekleurd, maar was onlangs een enorm schandaal omdat een nieuwslezeres niet blond, maar lichtbruin was. Het kan verkeren, ik kijk nergens meer van op!