Vijf jaar geleden richtte Witter ZorgSaamWonen op: een landelijk kennisplatform op dat het fysieke en sociale domein van wonen, welzijn en zorg met elkaar verbindt. Met haar ervaring bij het Aedes-ActiZ Kenniscentrum Wonen-Zorg heeft Witter zich bewezen in het veld van wonen en zorg.

“De functies die de traditionele verzorgingshuizen boden, zoals geborgenheid en veiligheid,  zijn absoluut nog nodig, en we zien dat er steeds meer alternatieve woonvormen ontstaan,” begint ze. “Sinds de sluiting van veel verzorgingshuizen zien we steeds meer moderne woonzorgvormen opkomen. Er wordt meer aandacht besteed aan ontmoeting, technologie en een gezonde leefomgeving.”

Witter wijst op de opkomst van verschillende woonvormen zoals intergenerationele woongemeenschappen, hofjes en moderne woningen met veel groen en ruimte voor beweging. “Dat is echt een mooie ontwikkeling,” zegt ze. “We hebben meer serviceflats, aanleunwoningen en verpleeghuizen die ook moderniseren. Oudere gebouwen worden omgebouwd naar meer huiselijke, kleinschalige woonomgevingen waar bewoners echt kunnen meedoen in de gemeenschap.”

Als Witter het heeft over de situatie van migrantenouderen, ziet ze direct de parallellen met de bredere samenleving. “Migrantenouderen hebben dezelfde wens om langer thuis te blijven wonen als de Nederlandse ouderen, maar ze hebben ook specifieke behoeften. Ze hebben vaak behoefte aan geschikte woningen die aansluiten bij hun cultuur, en dat blijkt soms moeilijk te vinden.”

Ze vertelt over de uitdagingen van cultuur-specifieke zorgorganisaties. “Er zijn organisaties die goed werk leveren, zoals Attifa in Utrecht en IMEAN in Almelo. Maar we hebben ook de zogeheten ‘zorgcowboys’ snel zien opkomen met weinig oog voor de daadwerkelijke zorgbehoeften van migrantenouderen. Hierdoor is het voor migrantenouderen lastig om de zorg te krijgen die ze nodig hebben. Er is een grote behoefte aan zorg die zowel cultuur- als taalsensitief is.”

Yvonne Witter (1)
Yvonne Witter

Daarnaast wijst Witter op de opkomst van meer gemengde woongemeenschappen, waarin verschillende generaties en culturen samenwonen en zorg kunnen delen. “Deze gemengde woongemeenschappen kunnen voor migrantenouderen heel waardevol zijn, omdat ze een gevoel van verbinding en gemeenschap bieden, zelfs als de zorgbehoefte groter wordt.”

“Als we het hebben over zorgzame buurten, dan gaat het niet alleen om fysieke ruimte. Het gaat ook om de sociale component: mensen moeten elkaar eerst leren kennen om elkaar te kunnen helpen.”

Witter beschrijft een voorbeeld in Antwerpen, waar ze de succesvolle ‘zorgzame straten’ heeft gezien. “Wederkerigheid is een belangrijk principe. Vrijwilligers beginnen met het verkennen van wie wat kan, en zo ontstaat er een netwerk van zorg en ondersteuning.”

In Nederland komen steeds meer van zulke initiatieven op, al is het soms moeilijk om alle mensen te bereiken die het hardst hulp nodig hebben. “Er zijn soms wel veel initiatieven, maar ze zijn er vaak naast elkaar, zonder elkaar goed te bereiken. Zeker in de grotere steden is het belangrijk dat we kijken naar de diversiteit van de bevolking en dat we de juiste initiatieven nemen die aansluiten bij wat er al is, en wat er nog nodig is.”

Witter geeft aan dat er meer initiatieven komen waarbij mensen met en zonder zware zorgvraag samen in wooncomplexen wonen. Ze noemt ook de lang-leven-thuis-flats of Thuisplusflats, een concept waarbij onder meer in Rotterdam, Amsterdam, Schiedam wordt gewerkt aan woonzorgcomplexen waar ouderen kunnen wonen met één vast zorgteam, wat zorgt voor stabiliteit en continuïteit in de zorg. Ook is er bij de Thuisplusflats veel aandacht voor welzijn en wordt er met bewoners gewerkt aan een community waarbij bewoners naar elkaar omkijken. Ook noemt ze een initiatief waar corporatie Woonin een hof heeft gebouwd met zeventien eengezinswoningen voor gezinnen en 94 sociale huurappartementen voor mensen met én zonder zorgvraag. Bewoners kijken naar elkaar om in dit hofje.

Maar, zo zegt Witter: “De grote uitdaging is het creëren van een plek voor diegenen die niet meer alleen kunnen wonen. Er is een groeiende behoefte aan kleinschalige verpleeghuizen die écht onderdeel van de wijk zijn, waar welzijn en zorg hand in hand gaat.”

Wat betreft de toekomst van migrantenouderen in Nederland, denkt ze dat de nadruk steeds meer komt te liggen op gemengde woongemeenschappen. “Er is een groeiende diversiteit in de steden, en mensen zoeken steeds vaker naar plekken waar verschillende generaties en culturen samen kunnen wonen. Dit biedt kansen voor zowel oudere migranten als de bredere gemeenschap.”

Ze haalt het voorbeeld van de Iraanse woongroep in Amsterdam aan, die, hoewel klein, een mooi voorbeeld is van hoe migrantenouderen met elkaar wonen en elkaar ondersteunen. “Dat is iets heel moois. Steeds meer initiatieven sluiten aan bij de behoeften van migrantenouderen, zoals de multiculturele gemeenschap Hofje het Genietschap in Weert en de zorginitiatieven van IMEAN in Hengelo.”

Witter denkt dat een van de belangrijkste elementen voor de toekomst van migrantenwoongemeenschappen een solide financiering en het creëren van geschikte locaties is. “De gemeente moet plekken reserveren voor zulke initiatieven, maar helaas is er te weinig ruimte. Gelukkig merken we dat banken steeds meer openstaan voor het financieren van coöperatief wonen, zeker in landen als Duitsland en Zwitserland.”

Waar liggen de kansen?

Witter is optimistisch over de ontwikkelingen. Nederland is zeker een voorloper als het gaat om nieuwe woonzorginitiatieven, en vooral voor oudere migranten. Ze erkent echter dat er nog veel te doen is. “Processen duren vaak lang, vooral wat betreft gemeentelijke betrokkenheid en samenwerking met woningcorporaties. Maar de urgentie is nu wel duidelijker dan ooit.”

Ze sluit af met de boodschap dat er veel kansen liggen om inclusiever te bouwen, zowel monocultureel als multicultureel, afhankelijk van de behoeften van de mensen die er wonen. “Het is belangrijk dat we nieuwsgierig blijven naar de levensverhalen, behoeften en verlangens van mensen. Alleen dan kunnen we wonen en zorg écht passend maken voor iedereen, ongeacht achtergrond.”

1639081487698

Nina Conkova

Senior onderzoeker

Nina Conkova is senior onderzoeker bij Leyden Academy on Vitality and Ageing. Nina zet zich met hart en ziel voor een goede oude dag voor …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.