Dr. Shivant Jhagroe, docent en onderzoeker bij het Instituut Bestuurskunde van Leiden Universiteit, schreef het boek ‘Voorbij Duurzaamheid’, een uitgave van Mazirel Pers (2024). Daarin legt hij uit waarom de witte havermelk-elite – die hij ‘eco-elite’ noemt – met haar goedbedoelde groene gedrag de wereld niet gaat redden. Geen vlees maar tofu eten, havermelk drinken, in een Tesla rijden en zonnepanelen en waterpompen laten plaatsen is prima, maar voor het bereiken van planetaire ecorechtvaardigheid is veel meer nodig.

“Elon Musk is een mooi voorbeeld van de economie waar we van af moeten. Hij staat model voor oude economie in een groen jasje. Musk maakt, als ware hij Messi, mooie schijnbewegingen, maar daar stuurt hij ons het bos mee in. Logisch dat onze machthebbers meegaan in dat verhaal, want: groen en positief en iedereen wordt er beter van. Maar dat geldt alleen voor de witte bubbel. De solidariteit houdt op bij de witheid. En met witheid bedoel ik een sociale structuur met witte culturele visies en perspectieven en een witte economische politiek.”

Volgens Jhagroe komt er niets terecht van een duurzame wereld zolang we in Europa ideologisch voortbouwen op bestaande economische modellen. Zelf deed Shivant onderzoek naar het verduurzamen van steden als Rotterdam en zijn geboortestad en huidige woonplaats Den Haag. “Er wordt vastgehouden aan bestaande ideeën over hoe een stad eruit moet zien. Daarbij is witte duurzaamheid het hoogst haalbare. Het hoogtepunt van de westerse beschaving is een duurzame auto voor de deur.”

“Duurzaamheid is een warme deken die je over alle onvrede kan leggen: duurzaamheid als moreel alternatief. En dat houdt dan in dat je in een schone auto rijdt, plantaardig eet en havermelk drinkt. Technisch gezien helpt dat gedrag natuurlijk wel, maar de sociale en politieke betekenis van duurzaamheid blijft onderbelicht. De machtsvraag en ongelijkheidsvraag werden in de discussies over Den Haag en Rotterdam terzijde geschoven en die vragen kwamen rond 2010 ook niet aan de orde in het academische en het publieke debat.”

“Maar dat moet wel, want duurzaamheid is een klassenkwestie. Daarom noem ik het in mijn boek ‘groene witheid’. Wat overheerst is een wit perspectief op duurzaamheid. Zo worden gemeenschappen en kennissystemen die niet westers zijn niet gezien of voor het gemak buiten de besluitvorming gehouden. Die machtsvraag speelde dus ook in Den Haag en Rotterdam. Wie beslist er over wat duurzaam is in een grote stad? Waarom staan de laadpalen alleen in de rijkere wijken? Zijn de andere inwoners dan niet duurzaam?”

Als Hagenaar van kleur werd Jhagroe zich ervan bewust dat velen niet kleurbewust of klassenbewust naar het duurzaamheidsvraagstuk kijken. “Veel mensen die bezig zijn met een duurzame leefstijl met de slogan ‘een beter milieu begint bij jezelf’ zijn kleurenblind. Een beter milieu begint bij de afschaffing van de Tata Steel’s van deze wereld. Je kunt natuurlijk zelf van alles doen, maar er is een systeemverandering nodig.”

“Er bestaat een uitdrukking: ‘A fish can’t see the water it’s in’. Vissen zien het water niet waarin ze zwemmen. Veel mensen die zich beijveren voor een groen beleid met elektrificatie van auto’s en met bewuste groene keuzes, denken dat ze geweldige dingen doen maar ze zien niet dat witheid en klasse hun visies en aannames bepalen en dat bepaalde groepen worden bevoordeeld. Mijn ervaringen en positie als persoon van kleur hebben ertoe geleid dat ik vragen durfde te stellen over kleur en klasse.”

“Duurzaamheid is nog te vaak een feestje voor de hbo+ klasse, de eco-elite. Dat zijn niet alleen consumenten maar ook professionals die op ministeries werken. De stropdasmannetjes die ten onrechte denken dat ze de economie radicaal kunnen vergroenen. We hebben nog steeds files, we gaan nog steeds allemaal naar de supermarkt, we hebben nog steeds ongelijkheid en de grote industrie wordt misschien iets schoner maar blijft gewoon bestaan.”

“Het diepgewortelde betonrot van onze economie wordt niet aangepakt. De koloniale uitbuiting, die al eeuwen bestaat, gaat in het Mondiale Zuiden met mijnbouw en deep sea mining nog steeds door. Het is groen kolonialisme. Het is misbruik maken van mensen, van hun ecosystemen en de band die ze daarmee hebben. Het is landroof. We presenteren het hier als bio-ecologisch, maar het economische systeem is nog steeds gebaseerd op ongelijkheid en een economie van nemen.”

“Het gaat er niet alleen om dat arme mensen geen biologische producten kunnen kopen. Dat is waar, maar als je echt wilt weten wat groene witheid is, dan moet je de geschiedenis induiken. Het is ooit begonnen met een extractie-economie. Met aandeelhouders tevreden houden en met een gegoede burgerij die de producten wel kon kopen. Dat is wat de Tesla’s van deze wereld doen en altijd gedaan hebben.”

“De infrastructuur is niet gewijzigd. Op dezelfde plekken waar in Congo nu voor het westen mijnbouw wordt gepleegd, gebeurde dat ook al toen het land nog een kolonie van België was. Koning Leopold II liet dik een eeuw geleden al rubber winnen voor onze autobanden en haalde het aluminium weg. Daarmee konden ‘wij’ hier ons economie verbeteren. Als ik dit zeg, gaat de witte eco-elitebubbel barstjes vertonen. Die moet gaan nadenken over haar privileges.”

Er moet volgens Shivant snel een einde komen aan wat hij ‘groene gijzeling’ noemt. “Ons wordt nog steeds een manier van samenleven aangepraat gebaseerd op westers extractiedenken. Je kunt ook anders leven en nieuwe economieën oprichten. Je kunt anders denken over het belang van rivieren, bossen en ecosystemen. Dat wordt te weinig gedaan. Rechts zegt dat er geen problemen zijn met het klimaat. Links vindt van wel. Mijn kritiek is niet dat duurzaamheid iets links is. Ik vind het denken over duurzaamheid nog niet links genoeg.”

“De voorgestelde oplossingen deugen niet. Als je voorstander bent van klimaatrechtvaardigheid, dan moet je niet alleen iets zeggen over hoe we hier de dijken op hoogte houden. Je moet ook kijken naar Bonaire dat steeds vaker getroffen wordt door weersextremen. De vraag is: kies je alleen voor groene groei of kies je voor een postgroei economie? Durf je iets te zeggen over de voorgenomen gaswinning door Israël voor de kust van Gaza? Progressieve mensen spreken zich over van alles uit, maar als het over Palestina gaat zijn ze muisstil.”

“Je moet je bekommeren over de mensen die het hardst worden geraakt door het klimaat en gewelddadige klimaatoplossingen. Niet alleen in mijnen, maar bijvoorbeeld ook op bananenplantages in Zuid-Amerika. We houden nu nog een economie in stand die steunt op langzaam geweld. Dat geweld gebruiken is westers beleid. Maar je moet echt nadenken over wereldwijde klimaatrechtvaardigheid. De planeet stopt niet bij België. Als je milieubewustzijn geen klassenstrijd is, dan is het gewoon tuinieren in je eigen bubbeltje.”

Shivant Jhagroe – tekst
“Een wereld met liefdevolle relaties tussen alles wat leeft, is de grootste nachtmerrie van fascisten” Beeld door: Arie Kievit

Er is volgens Jhagroe niets mis met het hebben van een goede relatie met je directe leefomgeving zolang we onze economie en industriepolitiek ook mondiaal kleinschaliger, menselijker, minder gewelddadig en duurzamer maken. “Dat lukt niet met een extreemrechtse regering. De neoliberalen van de VVD – en dat geldt ook voor de groene nationalisten van de middenpartijen en elders op rechts – zeggen: klimaat doet er alleen toe als het in ons voordeel is, als we er beter van worden.”

“Dat betekent dat er een hiërarchie is bij het vaststellen van wiens leven en leefomgeving het belangrijkste zijn. Kennelijk zijn het leven en de leefomgeving van mensen van kleur minder belangrijk dan het leven en de leefomgeving van witte mensen. En het ironische is dat de witte mensen die het meeste bijdragen aan de gewelddadige plundering van de planeet mooie sier maken met hoe goed ze bezig zijn met hun innovaties en hun investeren in Tesla’s…”

Jhagroe pleit ervoor dat het westen leert van de rijke kennis en ervaringen van mensen in het Mondiale Zuiden, die op een minder gewelddadige manier samenleven met hun omgeving. “Wat we – in samenwerking – van hen kunnen leren is dat we ons denken over een groenere en betere planeet, met een schonere economie, moeten stutten op een visie met liefde. Een goede leefomgeving kan niet racistisch zijn of gewelddadig naar bepaalde groepen. Een gezonde leefomgeving heeft alles te maken met liefdevolle relaties met de planeet en met elkaar.”

“Zo denken is per definitie antifascistisch want fascisme trekt altijd op een gewelddadige manier grenzen: dit is ons land, dit is ons fort Europa, dit zijn onze binnensteden, dit is onze gezondheid, dit is onze bv, dit zijn onze aandeelhouders. Er is een groot verlangen naar witte orde en eenheid ten koste van mensen van kleur. Dat moeten we durven benoemen, ook als we het hebben over klimaat en duurzaamheid. Mijn alternatief is ecorechtvaardigheid. Dat betekent: een wereld met liefdevolle relaties tussen alles wat leeft. Zo’n wereld is de grootste nachtmerrie van fascisten.”

Shivant beschouwt een wereld gegrondvest op ecorechtvaardigheid niet als een utopie, maar onderkent dat het op dit moment moeilijk is liefdevolle verbindingen tussen alles en iedereen te maken. “We moeten hoop houden. We hebben ecorechtvaardige samenlevingen gekend en ze bestaan nog steeds op kleine schaal. Ze zijn nooit verdwenen. Denk maar aan regeneratieve boeren, particuliere energiecorporaties en sociale projecten waar gemarginaliseerde groepen bij worden betrokken, bijvoorbeeld statushouders. Daarmee belichaam je ecorechtvaardigheid.”

Het is noodzakelijk, stelt Jhagroe, dat we ons en masse verzetten “tegen het geweld van witheid, tegen de dominante orde en tegen groene groei als het moreel hoogst haalbare om de planeet te redden. We moeten duidelijk zeggen dat de bv Nederland een gewelddadig project is. Daarnaast moeten we liefdevol bestendige alternatieven opbouwen. Dan verliest de oude economie haar relevantie, legitimiteit en zeggingskracht. Je kunt bijvoorbeeld samen een stadstuin aanleggen. Je kunt kleinschalig beginnen. Je verzetten uit woede en bouwen uit liefde, dat noem ik woede-liefde.”

Shivant Jhagroe werd in 1983 geboren in Den Haag. Hij groeide op in Rijswijk in een Surinaams-Hindostaans gezin met twee oudere broers. Jhagroes voorouders komen uit India. Zijn familie werd na de afschaffing van de slavernij als gedwongen contractarbeiders naar Suriname gebracht om de plantages te bewerken. Shivants familie verhuisde, samen met duizenden anderen, in de jaren zeventig van de vorige eeuw van Suriname naar Nederland. “Ik ben een persoon van kleur met een geschiedenis in drie continenten – dat is formatief in mijn leven.”

“Als je als man van kleur een winkel binnenloopt, word je anders benaderd. Daardoor ga je al jong nadenken over je rol en positie in de maatschappij. Hoe mensen naar mij kijken, heeft te maken met mijn achtergrond. Veel mensen van kleur ontwikkelen een dubbel bewustzijn. Je moet je in Nederland wit gedragen, wit praten, je wit kleden en wit denken, maar je bent je ook bewust van je geschiedenis en die kun je niet onderdrukken. Je gaat jezelf socialiseren maar je zit toch in een twilight zone: ergens tussen een volwaardig mens zijn en een soort dier zijn dat er niet toe doet.”

Jhagroe volgde tussen 2003 en 2012 twee studies aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam: bestuurskunde en maatschappijgeschiedenis. In 2016 promoveerde hij in Rotterdam met een proefschrift over de totstandkoming van duurzame veranderingen in steden. Shivant volgde daarna een postdoc aan de TU in Eindhoven. Hij verdiepte zich in de sociale en bestuurlijke betekenis van slimme energie. Sinds 2018 werkt Jhagroe als docent en onderzoeker bij de Haagse vestiging van Leiden Universiteit.

Tijdens zijn studie leerde Shivant zijn vrouw Anima Ruissen kennen. Zij is hennakunstenaar en danseres en heeft ook een academische achtergrond. Anima noemt zich op haar website een social activist. Zij combineert kunst en activisme en wil daarmee sociale veranderingen bewerkstelligen voor iedereen die zich (deels) identificeert als vrouw van kleur.

Anima is een kind van een Surinaams-Hindostaanse moeder uit Paramaribo en een Zeeuwse vader uit Wemeldinge. Samen werken Shivant en Anima mee aan maatschappelijk geëngageerde projecten onder de noemer CTRL+ALT+. Jhagroe componeert muziek voor de uitvoeringen en speelt gitaar. Shivant geeft zijn artisticiteit ook een plaats in zijn onderwijs.

Als student verslond Jhagroe kasten vol boeken van Franse en Italiaanse denkers en filosofen over wie hij weinig hoorde in zijn studie bestuurskunde. “Ik miste het perspectief van kritisch zijn op de macht. Systeemanalyse en systeemkritiek waren geen corebusiness bij bestuurskunde. Ik maakte een hink-stap-sprong in mijn denken door de war on terror na 9/11, de opkomst van islamofobie en de verdachtmaking van mensen van kleur als onderdeel van het the west versus the rest discours.”

“Westerlingen construeerden een eendimensionaal beeld van een terrorist. De complexiteit van die mens werd gereduceerd tot één vijandsbeeld. Dat een terrorist een buurman, een vader, een moeder, een bakker, een consument of een docent kan zijn – al die potenties werden eruit gesneden. Nederland deed dat ook, in Afghanistan. Dat werkte als een boemerang. Met ons anti-terrorismebeleid maakten we meer terroristen. Als je terroristen vermoordt, vermoord je vaders van kinderen en daarmee leg je de basis voor nieuw ‘terrorisme’ of in ieder geval voor nieuwe actie.”

Hetzelfde gebeurt nu in Gaza. Jhagroe vindt het terecht dat bij universiteiten medewerkers en studenten protesteren tegen Israël. “Europa moet een halt toeroepen aan de genocide want anders verliest dit continent haar betrouwbaarheid volledig. Maar helaas kijkt Europa de andere kant op. Als je internationaal recht wilt waarborgen, doe dat dan ook. Op universiteiten ging na de inval van Rusland de vlag van Oekraïne omhoog, maar dat geldt nog steeds niet overal voor de Palestijnse vlag. Zelfs niet na duizenden doden.”

“Studenten zeggen: je moet de banden met universiteiten in Israël bevriezen. Dat zeggen ze niet omdat ze tegen het Joodse volk zijn. Ze zijn tegen het apartheidsregime van Israël. Je moet kritiek op staten kunnen leveren. Er zijn ook veel Joden die Israël beschouwen als een anti-Joods politiek project. Joods zijn is niet één project gebonden aan één plek.” Jhagroe begrijpt dat niet iedereen een vuist tegen Israël durft te maken in een tijd dat het neofascisme opkomt. Shivant doet het wel en krijgt soms te horen dat hij een radicaal of een marxist is.

Shivant Jhagroe_staand
Beeld door: Arie Kievit

“Dat beschouw ik als een compliment. Alles is zodanig naar rechts opgeschoven dat iedereen die een beetje voor mensenrechten is, wordt beschouwd als een radicale communist. Je bent al staatsgevaarlijk als je pleit voor het handhaven van mensenrechten en zegt dat Israël zich niet houdt aan het internationale recht. Maar de media en de universiteiten moeten de macht blijven controleren. Als leiders bij universiteiten en bij media het nalaten dan moeten we hen eraan herinneren dat ze het wel moeten doen. Dat is wat studenten nu doen.”

Jhagroe hoopt dat strijders tegen het fascisme ook mogen rekenen op steun van de grote witte liberale middenpartijen. “De middenpartijen staan nog met één been in een liefdevolle toekomst. Ik heb het dan over GroenLinks, PvdA, D66, misschien enkele CDA’ers. Niet over VVD’ers want dat zijn allang geen liberalen meer, dat zijn ondertussen cryptofascisten. Helaas schuiven alle liberalen op naar rechts, omdat daar de stemmers zitten, de witte woede.”

“We moeten de liberalen eraan herinneren dat ze ooit principes hadden. NSC is een mooi voorbeeld. We wisten niet dat hun nieuwe sociale contract een keuze voor fascisme zou zijn. Zij kunnen de stekker uit het kabinet trekken, maar dat doen ze tot nu toe niet. Toch hebben we die liberale buffer hard nodig. Ik reken daartoe ook de kiezers die op rechtse partijen hebben gestemd en daar nu het slachtoffer van zijn. Deze kiezers op de rechterflank kunnen ook een buffermacht vormen als ze op liberale partijen gaan stemmen.”

De liberalen moeten wel doorpakken. “Zij zijn geneigd te kiezen voor nog maar eens een onderzoekje en nog maar eens een participatieavond houden. Zo kun je de fascisten niet verslaan. Je moet radicaal activistisch zijn. Je moet massaal de straat op. Je moet op alle mogelijke manieren verzet plegen. Als de middenpartijen geen bondgenoten willen zijn, zullen we hen toch op een andere manier moeten zien te bereiken. Veel staat en valt ook met verzet van de mensen om de machthebbers heen. Die moeten alleen meer lef tonen.”

“Er zijn altijd overal mensen die intern kritiek hebben, ook ambtenaren op onze ministeries. Zij kunnen vanuit hun positie systeemkritiek uiten binnen de beperkte speelruimte die ze hebben. We moeten coalities met hen smeden en allemaal hard werken om tegenwicht te bieden. We moeten niet gaan zitten wachten op een revolutie. De ecosystemen, bergen, bossen en rivieren van onze planeet, die we als autoriteiten moeten beschouwen, verdienen nu ons respect en wettelijke bescherming.”

“Het knokken voor een betere wereld vergt onnodig veel tijd en emotionele arbeid omdat de Trumps en Musks ons niet alleen een liefdevolle toekomst trachten te ontnemen, maar ook het plezier in sociaal samenzijn. We zouden onze energie veel nuttiger kunnen inzetten. Ook in Nederland, waar je repressie ziet bij universiteiten. Die willen geen kritische tegengeluiden. Ook het demonstratierecht en de kritische journalistiek worden onderdrukt.”

“De Tata Steels wordt de hand boven het hoofd gehouden. We vechten tegen een internationale orde met een bepaalde visie op economie, het gebruik van de planeet en op welke mensen tot de mensheid behoren: het Noord-Atlantische empire bestaande uit de VS, Europa en Israël. Nederland is daarbinnen wereldkampioen in het plegen van langzaam geweld. We zijn al bijna geen liberale samenleving meer. Maar er is ook verzet en er wordt aan alternatieven gebouwd. Daarom houd ik hoop op een nieuw wij.”

hansinvernizzi

Hans Invernizzi

Journalist

Hans Invernizzi is journalist en werkte dertig jaar bij hogeschool Windesheim in Zwolle als docent en manager bij de opleiding …
Profiel-pagina
Al één reactie — praat mee.