Hoe ben je bij Stroom West terechtgekomen?
“Toen ik theologie studeerde vond ik het een mooi vak, maar middenin een gewone kerk gaan werken is niet mijn ding. Ik wist dus niet zo goed wat ik met die studie aan moest. Uiteindelijk heb ik stage gelopen bij een Amsterdamse stadskerk en heb ik daar kennis gemaakt met gemeentestichtingswerk. Ik kom uit Kampen, waarbij vergeleken Amsterdam veel levendiger is en veel uitdagender om voor een kerk te werken. Op een gegeven moment ben ik betrokken geraakt bij de net gestichte gemeente Stroom Amsterdam. Dat boeide me heel erg: hoe werkt dat, het buiten de muren van de kerk iets nieuws gaan doen, kijken of je iets relevants kunt doen? Nu deze gemeente gegroeid is naar 120 bezoekers, ben ik gevraagd een volgende gemeente te starten.”
Wat doet een gemeentestichter eigenlijk?
“Gemeentestichting is het samen met niet-kerkelijken een nieuwe kerk starten, vaak in stedelijke context. Het is pionierswerk en is ook voor mensen die niet per definitie christelijk zijn. Als Stroom zijn we een kerk voor niet-kerkelijken. We houden eenvoudige bijeenkomsten, waarbij twee zaken van belang zijn. Enerzijds is dat het houden van een goed en relevant verhaal, waarbij we heel sterk vragen die we bij het evangelie hebben naar voren brengen. We zijn dus kritisch op onszelf en op het christelijke verhaal zijn. Als ik een verhaal houd, vraag ik daarna altijd aan de zaal of het een relevant verhaal is en of we er iets mee kunnen. De setting is heel laidback. Verder houden we een soort singer-songwriter-setting, met seculiere en christelijke liedjes. Ik ben namens die gemeente nu gestart met Kerklab West, het basisidee van die beginnende gemeente is dat het christelijk verhaal als basismateriaal dient waar makers mee aan de slag gaan. Dat kunnen christenen, atheïsten of agnosten zijn. Het is een plek waar performances, beelden en film- en geluidsfragmenten je meenemen op een zoektocht. Zo ontstaat er een gemeenschap van makers en liefhebbers die werken met thema’s van het christelijk geloof, op weg naar een nieuw soort kerk. “
Zie je jezelf als een soort missionaris?
“Ik krijg steeds vraag of we zieltjes aan het winnen zijn. Dat hangt heel erg aan het begrip missionaris, maar wij zijn juist heel erg op zoek naar relevantie van de kerkinhoud. We willen de kerk weer in handen geven van mensen die daar vrij ver van weg staan. Net als de vroege christenen moeten we iets nieuws opbouwen, want er is geen blauwdruk voor het stichten van gemeentes. Het gaat ons niet om het leuker maken of ‘pimpen’ van de kerk.”
Amsterdam heeft niet het imago een christelijk centrum in Nederland te zijn. Hoe kan zo’n project daar aanslaan?
“Amsterdam is een erg individualistische stad. Je kunt er goed functioneren als je gezellig bent en hard werkt om je sociale netwerk te onderhouden. Doe je dat niet, dan kun je geïsoleerd raken. De vraag is: wat heeft het evangelie dan te bieden? Het gaat om een diepere interesse in elkaar, elkaar echt willen ontmoeten. Dat is onze kracht: het bouwen van boeiende gemeenschappen. Behalve de bijeenkomsten op zondag, ontmoeten de Stromers elkaar doordeweeks in kleine groepen aan tafel. En het met elkaar eten is natuurlijk een belangrijke bijbelse metafoor.”
Hoe groot is de leegloop in de Nederlandse kerken?
“Dat is een beetje dubbel. Enerzijds zie ik een sterke leegloop in de gevestigde kerken, terwijl rond de evangelische en pinksterbewegingen juist wel heel veel beweging is. Daarnaast zie ik in Amsterdam, misschien juist wel door de leegloop en het gevoel van urgentie dat daarbij komt, dat er veel nieuwe bewegingen zijn… Ondertussen zijn er nog zo’n 300 gewone kerken, waarbij de migrantenkerken erg belangrijk zijn. Er zijn ook veel vrijwilligersorganisaties, zoals op het gebied van zorg, die voor een groot deel worden gedragen door kerkmensen.”
Is het wenselijk om kerken weer vol te krijgen?
“In sommige gevallen vind ik het positief dat kerken leeglopen. Veel kerken drijven op loyaliteit, waardoor de spanning eruit verdwijnt. Mijn eigen Gereformeerde kerken bijvoorbeld kunnen een vrij gesloten gemeenschap vormen die nauwelijks aanwezig is in het publieke domein. Op termijn loopt dat uit op vergrijzing. Je keert terug naar de vraag: zijn we relevant? Als je dat niet kunt uitleggen, moet je je afvragen of je er niet gewoon mee moet stoppen.”
Jullie hebben als doel niet het weer vullen van de kerken?
“Dat is niet de grondgedachte. Het gaat erom de kerken weer leven te geven. Bij Stroom hebben we de gedachte dat als een gemeente 150 man sterk is, we eigenlijk al weer te groot zijn en moeten splitsen.”
Hoe ziet u de situatie van kerken in Nederland in 2050?
“Ik denk dat de kerk een veel diverser geheel wordt. De leegloop van de grotere kerken zal vast gewoon doorgaan, maar er komen meer groepen die proberen het op hun eigen manier vorm te geven. Zeker onder jongere mensen zie ik een grote drive om eigenzinnig gelovig te zijn. Dat sluit goed aan bij onze generatie. Er lopen veel mensen rond die de kerken niet meer kennen en dus ook de oude frustraties niet meer hebben. Zij tonen interesse: wat doen jullie eigenlijk? Dat lijkt me een kracht voor de toekomst.”
Tof interview. Rikko ga vooral door!
En zo worden, zijpaden inslaand, nieuwe wegen ontdekt. Het gaat tenslotte om de inhoud. Oude wijn in nieuwe zakken.
Waar is het verkondigen van het evangelie; de boodschap van bevrijding van de zonde (waaronder elk mens geboren wordt)!
Belijd je zonden, belijd dat er maar Één is die dat bewerkt heeft,
we hebben een God die graag vergeeft, als wij maar buigen.
In het hele stuk komt niet één keer de Naam van Jezus Christus voor, wat zegt dat?
Vanuit die bevrijding van de zonde ontstaat een nieuw leven.
Een bevrijd mens verteld het door, want hij/zij wil dat iederéén dat goede nieuws te horen krijgt!
Rikko vertel de mensen van Jezus Christus en de noodzaak van het offer aan het kruis en de opstanding van Jezus Christus, Jezus leeft!
Sukses (zegen) op je werk om nieuwe gemeenten te stichten in de Naam van Jezus.