Filosofie komt van de Griekse woorden philos (vriendschap, liefde, verlangen) en sophia (wijsheid, kennis). Wij filosoferen met behulp van de socratische methode. Die methode is door de Duitser Leonard Nelson vroeg in de 20e eeuw ontleend aan de gesprekken van Socrates in het werk van Plato. Socrates ging ervan uit dat je een inzicht krijgt door zelf over je eigen ervaringen na te denken, niet door het voorgeschoteld te krijgen. Hij stelde dat goed nadenken een staat van ‘niet-weten’ vereist.

Filosoferen volgens de socratische methode houdt in dat je een vraag onderzoekt die voor jou relevant is en betekenis heeft. Als de deelnemers aan een filosofisch gesprek die vraag gezamenlijk hebben vastgesteld, geven ze een persoonlijke voorbeeldervaring die is gerelateerd aan de vraag. Deze ervaringen resulteren in persoonlijke kernbeweringen. Vervolgens gaan wij, de gespreksleiders, op zoek naar de vooronderstellingen en de normen achter die kernbeweringen. We proberen te ontdekken waar het voor de deelnemers echt om draait: wat ze aan het hart gaat. Dat zijn hun principes. De deelnemers proberen elkaar niet van een mening te overtuigen, maar ze ondervragen elkaar, ze luisteren nauwkeurig en ze bundelen hun denkkracht. Ze werken nauw en gestructureerd samen.

Wat is het nut van een filosofisch gesprek?

Het is onze ervaring dat filosoferen mensen helpt iets te begrijpen. Het is een manier om op basis van je persoonlijke kennis en ervaring te komen tot een oordeel, een inzicht of nieuwe kennis. Daarbij leer je elkaar en jezelf beter kennen. Je leert je gedachten te ordenen en je standpunt te onderbouwen. Filosoferen kan mensen tot elkaar brengen omdat ze elkaars gedachten en gevoelens waarderen. En het belangrijkste: filosoferen is ontzettend leuk.  

Welke ingrediënten zijn nodig?

Het is belangrijk dat de deelnemers elkaar serieus nemen en proberen elkaar zo goed mogelijk te begrijpen. Zorg voor voldoende tijd, een rustige plek waar je elkaar goed kunt aankijken en een gespreksleider die zich niet inhoudelijk bemoeit met het gesprek maar de voortgang en de samenwerking bewaakt. Kies een vraag die relevant, kort en conceptueel is, dus niet instrumenteel. ‘Hoe bouw ik een auto?’ is niet geschikt. Een vraag is geschikt voor een filosofisch gesprek als je hem kunt beantwoorden door na te denken. Evenmin geschikt zijn daarom  wetenschappelijke vragen als ‘Wat is de hardste vaste stof?’ en vragen die makkelijk zijn op te zoeken: hoe oud is Willem Alexander?

Zijn er valkuilen?

Ja, die zijn er. Een socratische dialoog vereist behalve goede wil ook praktische vaardigheden. Een onderzoek kan makkelijk stranden op gemeenplaatsen als ‘het is nu eenmaal heel persoonlijk’ of ‘iedereen heeft zijn eigen waarheid.’ Het is belangrijk een vraag te kunnen ‘verduren’, een onderzoekende houding niet te laten varen en niet te snel tevreden te zijn.

Het is verder niet ondenkbaar dat een deelnemer er tijdens het gesprek achter komt dat hij of zij lange tijd iets ten onrechte voor waar of juist heeft gehouden. Dat kan op zich pijnlijk zijn, maar net als Socrates geloven wij dat het gesprek dan zeer geslaagd is geweest: een filosofisch onderzoek heeft uitsluitend kans van slagen als je onjuiste opvattingen durft te vervangen door juiste.

Hoe voer je bijvoorbeeld een gesprek over tolerantie?

Begin met het formuleren van een relevante vraag die de aanwezigen hier en nu willen onderzoeken. Het gezamenlijk inventariseren en beoordelen van onderzoeksvragen kan op zichzelf al veel opleveren. Het is een belangrijke fase, je verkent gezamenlijk wat ieders motivatie voor een onderzoek is. Het maakt erg veel uit welke vraag je kiest. Kijk maar naar de verschillen tussen deze vragen: Wat is verdragen? Wat is ondraaglijk? Wat zijn principes? Wat zijn onze principes? Wat is een recht? Wat is het recht op vrijheid van meningsuiting? Het belangrijkste is dat de deelnemers dringend behoefte hebben aan een antwoord op de vraag. Als de vraag er is, kan het onderzoek van start gaan zoals we net schetsten.

Moet je het uiteindelijk eens worden met elkaar?

Nee, maar het is wel van belang dat je streeft naar consensus. Het gezamenlijke streven naar een antwoord is de motor van ieder filosofisch gesprek. Soms komt er een gezamenlijk antwoord, soms gaan deelnemers uiteen zonder een gedeeld inzicht. Dat is niet vreemd en zeker niet per se verontrustend. Het kan een goede reden voor een vervolgonderzoek.

Wat is de ideale uitkomst van een filosofisch gesprek?

Dat de deelnemers dankzij hun samenwerking iets hebben opgestoken over de vraag, elkaar en zichzelf. We maken vaak mee dat mensen blij verrast zijn over de rijkdom van de gedachtenwisseling en het succes van de samenwerking. Dan bedanken ze elkaar voor hun wederzijdse interesse en inzichten.

‘Filosoferen aan de keukentafel’ verscheen onlangs bij uitgeverij Scriptum. Kijk hier voor meer informatie.

Mariska-Jansen

Mariska Jansen

Filosoof / Journalist

Mariska Jansen is journalist en redacteur. Zij schrijft over filosofie, recht, multiculturele samenleving en feminisme.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.