Naast haar functie als algemeen secretaris, is Houweling coördinator van de stichting Stimulering Vrijzinnig Gedachtegoed rond bijzonder hoogleraar Laurens ten Kate aan de Universiteit voor Humanistiek. Ze noemt zichzelf ‘een zakelijk werker in een levensbeschouwelijke setting’.
“Verder ben ik mantelzorger voor mijn buurvrouw. En ik begeleid mensen die hun spirituele autobiografie willen schrijven. Door een schrijfcursus in groepsverband komen mensen meer te weten over hun diepere drijfveren en kunnen ze de rode draden in hun leven leren herkennen. Dat is mooi en dankbaar werk.”
Wat spreekt je aan bij ‘Vrijzinnigen Nederland’?
“Het is een bijzonder stel mensen. Er zijn veertig lokale gemeenschappen en enkele duizenden mensen die met elkaar verbonden zijn in onze vereniging. Die is ooit begonnen omdat men de kerk niet meer wilde hervormen, maar een complete nieuwe reformatie wilde, zonder ambten, zonder sacramenten en zonder dogma’s. Wij zijn dan ook een vereniging en geen kerk. Dit jaar viert de vereniging, ooit begonnen als Nederlandse Protestanten Bond, haar 150-jarig bestaan.”
“In 1870 waren het vrijzinnige individuen die zich met elkaar verbonden wisten in orthodoxe tijden. Op dit moment zijn de meeste leden en belangstellenden vrijzinnigen, mensen die iets met kunst, religie en filosofie hebben in een geseculariseerde wereld. De setting is veranderd, maar nog steeds hebben mensen elkaar nodig en vormen zij met elkaar warme en levendige gemeenschappen. De meeste afdelingen hebben bijeenkomsten op zondagmorgen, maar heel belangrijk zijn ook cursussen en lezingen.”
Wie zijn inspirerende voorbeelden voor je?
“Dorothee Sölle is voor mij wel de belangrijkste theoloog. Haar boek Mystiek en verzet heeft diepe indruk op mij gemaakt. Religieus zijn en betrokken in de maatschappij heeft alles met elkaar te maken, daar geloof ik in.”
Ook Anna Zernike wil ik noemen. Zij was de eerste vrouwelijke predikant in Nederland en inspireert mij nog altijd een scherp oog te hebben voor de vrouwelijke religieuze stem. In de vrijzinnige wereld denken we vaak dat er voldoende vrouwelijke predikanten en voorgangers zijn, maar wereldwijd is het aantal vrouwen in officiële posities nog geen 10 procent. De religieuze stem is nog altijd overwegend mannelijk. Ik hoop dat dit de komende generaties gaat veranderen. En jonge vrouwen die me inspireren? Er zijn er meerdere, maar laat ik de jongste noemen: Greta Thunberg.”
Hoe zie je God en hoe zie je Jezus?
“Over Jezus kan ik kort zijn. Dat is een inspirerende leraar. Daarmee zit ik op de lijn van Amerikaanse theoloog Marcus Borg. Wat Jezus ooit geleerd heeft aan zijn leerlingen is toen ingeslagen als een bom, dat klinkt nog steeds na. Helaas nu wel getemd in een kerkelijke setting. Lees maar na, hij was echt heel radicaal. Jezus staat daarmee voor mij in een lijn van bijzondere mensen die hun geloof en hun handelen in de samenleving nauw verbonden, zo leefden en leerden. En God is en blijft een mysterie. Praten over God verbindt, discussiëren niet.”
Wat is voor jou de essentie van vrijzinnigheid?
“Spirituele groei is voor mij persoonlijk een van de belangrijkste kenmerken van vrijzinnigheid. Dat heeft voor mij te maken met elkaar inspireren en helpen bij spirituele ontwikkeling om beter en sterker in deze samenleving te staan. Natuurlijk heeft het ook te maken met troost, maar groei is ten diepste de waarde waaruit ik leef.”
Welke elementen uit andere religies of levensbeschouwingen inspireren je?
“Ik houd erg van Yoga, ik doe het veel. Vroeger heb ik ook wel gemediteerd, maar daar kom ik niet meer aan toe. Ook het humanisme spreekt me aan. Op de Universiteit voor Humanistiek vindt prachtig onderzoek plaats naar waardig oud worden. Af en toe raak ik wel een beetje geïrriteerd omdat veel humanisten denken dat ze het allemaal zelf hebben uitgevonden en claimen daarbij die personen uit de christelijke traditie zoals het uitkomt. Je kunt christendom en humanisme volgens mij niet zomaar scheiden. Het humanisme is uit de protestants-christelijke traditie ontstaan.”
“Het begon na de Tweede Wereldoorlog als religieus humanisme, maar nu krijgt vooral het atheïstisch humanisme de grootste nadruk bij het Humanistisch Verbond. Maar binnen de Universiteit voor Humanistiek is ook veel sympathie en aanhang voor het religieus humanisme.”
Kerken of kerkachtige bewegingen vergrijzen, de vrijzinnige voorop. Hoe duid en ervaar jij dat? Waar ligt de toekomst van de vrijzinnigheid?
“De vrijzinnigheid zal haar wortels en kwaliteiten op een andere manier vorm moeten geven gericht op vrijzinnig pastoraat en vrijzinnig gedachtegoed. Daarnaast zal zij moeten blijven proberen mensen met elkaar te verbinden. Onze vereniging zoekt naar nieuwe vormen zoals bijvoorbeeld de zielsplekken, dat zijn inspiratiebijeenkomsten. Ook met ‘diner pensants’ hopen wij opnieuw mensen aan te spreken met het vrijzinnige gedachtegoed en te inspireren door elkaar te ontmoeten en meer te lezen.”
Het vrijzinnig platform binnen jullie beweging heeft onlangs als onderwerp gekozen ‘Diversiteit, samen leven met verschillen’. Waarom? En wat brengt het?
“Als krimpende beweging ben je sterk bezig met het ophouden van de eigen broek. Toen heeft een commissie voorgesteld, na raadpleging van de leden, om het meer over de inhoud te hebben. Dat verbindt en creëert chemie. Er is een vrijzinnig platform benoemd. Vijf mensen uit de vereniging en de afdelingen gaven zich op om met elkaar een onderwerp uit te diepen.”

“Er is een heel breed aanbod ontwikkeld rond het thema diversiteit, rond boeken, lezingen en films. Het project de mensenbieb doet het goed. Dit is een bibliotheek met levende mensen waarmee je in gesprek kunt gaan. Mensen met wie je in je dagelijks leven eigenlijk niet praat, bijvoorbeeld een transgender, een veganist of een soefi. Dit platform met hele enthousiaste en deskundige mensen sluit dit jaar af met een magazine. Eind dit jaar begint een nieuw team dat zelf een onderwerp kiest om het gesprek op gang te brengen. Zo groeit er iets positiefs.”
Wat baart je zorgen en wat biedt je hoop?
“Onze vereniging wordt gedragen door vrijwilligers en daar is een groot tekort aan. Doordat er minder bestuurders zijn begint onze structuur te haperen. De pastorale zorg wordt steeds belangrijker en aan het gedachtegoed komen we minder toe. Dat betekent dat de vereniging zichzelf niet meer kan vernieuwen en verjongen, dat is treurig. Mijn hoop is dat de behoefte van mensen om elkaar te spreken en zich te verdiepen blijft. Ook wij zullen een manier vinden om aan te sluiten bij het gedachtegoed van mensen in de samenleving, hun zorgen en hun hoop.”
Vrijzinnigen Nederland is de huidige naam van wat jarenlang Nederlandse Protestanten Bond (NPB) en later Vrijzinnige Geloofsgemeenschap NPB heette. In de zomer van 1870 vindt de officiële oprichting plaats in Utrecht. Een landelijke vereniging om een duidelijker tegenstem te geven tegenover het opkomende confessionalisme en tegelijk om de modern-godsdienstige denkbeelden te propageren. De doelstelling van de Bond in 1872 luidt ‘De vrije ontwikkeling van het godsdienstig leven … in de kring van de kerkgenootschappen en op ieder ander gebied.’ De vereniging richt zich op binnenkerkelijke en buitenkerkelijke activiteiten en wil deze op plaatselijk niveau organiseren.
Wat mij vooral treft in het interview is de hoop, de wens om mensen tot samen praten aan te moedigen, om te zoeken naar hoe mensen verenigen in onze verdeelde samenleving.
Het herinnert mij een tussenkomst van een deelnemer tijdens een groepsgesprek over “Leven of geleefd worden” waarbij als start werd voorgesteld dat wat ons boven alle verschillen verenigt is het menszijn. Onmiddellijk stelde de deelnemer de vraag of het wel juist was. “Zijn we allen mensen, zijn er geen onmensen?”
Zelf en in groepen nadenken over die vraag heeft geleid tot het inzicht dat wij mensen allen levende wezens zijn, door het verschijnsel leven worden verenigd. Is het dan niet noodzakelijk vanuit de eigenschappen van het leven, dat wij met planten en dieren delen, te starten om rationeel te zoeken naar het begrijpen van het menselijk denken, voelen, doen.
Vanuit dat standpunt starten heeft denkgroepen de mogelijkheid geboden om voor de huidige problemen van onze samenleving verklaringen voor te stellen die extremisme en polarisatie overstijgen.
We zoeken nu naar mensen bezig met zingeving, met het menszijn bereid om constructief maar wel heel kritisch aandacht aan onze gedachten te besteden en een wederzijds verrijkend gesprek erover te voeren.
Gaarne uw reactie, uw vragen over dit voorstel. Alvast bedankt.
Met vriendelijke groet
Jean Borgers
Als voormalig docent aan de Univ. voor Humanistiek, jarenlang lid van het HV en secretaris van de vrijzinnige Walkartgemeenschap in Zeist treft mij vooral de opmerking dat het Hum. Verbond, althans een redelijk groot deel van de leden, zich vaak vooral als atheïstisch verstaan. Ik denk dat het helaas klopt. Veel humanisten, zeker die van de oudere garde, kennen een christendom uit verzuilde tijden en weten zo goed als niets van recentere ontwikkelingen. Ze baseren hun afwijzing van alles wat naar religie (wat dat ook moge zijn) riekt vooral op de extreme of fundamentalistische vormen van bijv. christendom of islam. Waarbij moet worden opgemerkt dat de extremere vormen van religie zich in de media veel beter doen gelden of althans de aandacht krijgen dan de vrijzinnige religieuze groepen en individuen. Soms denk dat er zoiets als smetvrees bestaat in beide groepen: humanisten en dan vooral de zelfovertuigde stevigen onder hen nemen afstand van alles wat religieus aandoet, terwijl vrijzinnigen vaak denken dat humanisme identiek is met atheïsme. Soms denk ik dat vrijzinnigen ook niet erg geneigd zijn te onderzoeken waar dat atheïsme vandaan komt en wat er waardevol aan is. God mag dan wel een mysterie worden genoemd, afstand nemen van de term God doen ook vrijzinnigen niet erg graag, is mijn indruk.
Ik ben het wel eens met deze reactie. Volgens mij is het probleem dat overtuigde atheïsten en streng-orthodoxe, fundamentalistische en evangelische christenen overtuigd zijn van hun werelbeeld en dat van hun God, terwijl vrijzinnigen meer twijfels en vragen hebben. Dat maakt discussiëren met de van hun gelijk overtuigden van verschillende partijen lastig. Voor mij persoonlijk geld: ik ben opgevoed in een Ned. Hervormd gezin, heb mij op mijn eigen manier ontwikkeld in mijn geloof en spiritualiteit; een ontwikkeling die uiteindelijk terecht is gekomen bij steeds meer vragen, oog voor het mysterie dat wij God noemen en steeds minder geloofszekerheid. Meer spiritualiteit dan geloof dus.
Maar ik voel mij nog steeds thuis in de kerk, omdat met elkaar bidden, zingen en naar een (liefst goed onderbouwde) preek luisteren, in een sfeer van vertrouwdheid en saamhorigheid, bij mij de moed en de gang van het geloof erin houden. De meeste mensen die ik ken via de kerk zijn erg aardig, integer en goedwillend. Mijn partner en ik hebben via de kerk goede vrienden en kennissen opgedaan.
Ik kan dus alleen maar voor mezelf spreken: ik heb niet zozeer een boodschap voor de wereld. Ik denk dat daar het probleem zit met een discussie of dialoog met de mensen en groeperingen die vanuit een stevige overtuiging in de wereld staan.