“Als kind groeide ik op in een kunstzinnig gezin. Mijn moeder, die de kunstacademie volgde in Bosnië, hechtte veel waarde aan het doorgeven van kunst en cultuur. Ze nam mijn twee oudere zussen en mij regelmatig mee naar musea, niet alleen om ons bloot te stellen aan kunst, maar ook om ons te helpen begrijpen wat de wereld te bieden heeft. Deze ervaringen gaven me een diepgewortelde waardering voor kunst die ik sindsdien altijd heb meegedragen in mijn leven.”
“Van jongs af aan tekende, schilderde en knutselde ik. Mijn interesse voor kunst is verder versterkt toen ik begon te werken als ‘Blikopener’ in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Deze groep jongeren organiseert evenementen om het museum toegankelijk te maken voor andere jongeren die niet vanzelfsprekend met kunst in aanraking komen en de waarde ervan herkennen. Ze organiseren een gedeelte van de programmering voor Museumnacht, bieden gratis rondleidingen aan en adviseren verschillende afdelingen binnen het museum over jongerenprogrammering.”
“Twee jaar later zette ik mijn vrijwilligerswerk voort bij het Van Gogh Museum, waar ik deel uitmaakte van een denktank die zich richt op het betrekken van jongeren met een bi-culturele achtergrond bij kunst. Dit heeft geleid tot het initiatief ‘Beeldbrekers’, dat de kunstwereld inclusiever probeert te maken.”

“Samen met mijn team heb ik binnen tien weken van concept tot eindresultaat een tentoonstelling gecureerd, en een kunstwand ontworpen. De tentoonstelling, getiteld ‘Why so serious?’ was bedoeld om kunst toegankelijk te maken voor jongeren die niet zijn opgegroeid met kunst. We haalden inspiratie uit het depot en kozen ter plekke de schilderijen die ons aan fijne dingen lieten denken, zoals vakanties en natuur. De bedoeling van de tentoonstelling was dat je kunst niet al te serieus hoeft te nemen. De diepere lagen van een schilderij hoef je niet te begrijpen– als een werk deze dan wel niet heeft – om ervan te kunnen genieten. De tentoonstelling werd met enthousiasme ontvangen door zowel het publiek als het museum. Het was zo’n groot succes, dat het museum besloten heeft om de Beeldbrekers elk jaar een dergelijke opdracht te geven.”
“Mijn liefde voor kunst heeft me geïnspireerd om uiteindelijk mijn studie werktuigbouwkunde aan de TU Delft in te ruilen voor kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. In mijn scriptie heb ik onderzocht hoe Bosniërs kunst zien als een manier om de traumatische gebeurtenissen van de oorlog in de jaren 1990 te verwerken. Dit ligt me na aan het hart, niet alleen vanwege mijn Bosnische achtergrond, maar ook omdat ik de veerkracht van mijn landgenoten in het verwerken van die donkere geschiedenis bewonder. Bosnië en Herzegovina is een land doordrenkt van kunst en ambacht; van schilderijen tot handgemaakte kleding. Wanneer ik door de steegjes van Sarajevo wandel, voel ik de creativiteit en de verbinding met het verleden.”
“Terwijl ik in oktober 2023 aan mijn scriptie werkte, brak de oorlog in Gaza uit die uitliep op een genocide. De gruwelijkheden die ik onderzocht, gebeurden opnieuw. Hier en nu. Wat ik schreef over het herinneren van onvoorstelbare pijn, blijkt weer akelig actueel.”

“Een bijzonder herdenkingssymbool in Bosnië is de Srebrenica bloem, een wit-groene bloem, die met de hand gemaakt is door de moeders van Srebrenica, een groep nabestaanden die zich inzet voor erkenning, gerechtigheid, vrede en verzoening. Wit staat voor onschuld, groen voor hoop en de elf bloemblaadjes staan voor 11 juli 1995.
Op die dag begon de genocide waarbij meer dan 8000 moslimmannen en jongens op gruwelijke wijze zijn vermoord. Ook werden 30.000 Bosnische vrouwen en meisjes gedeporteerd. Mijn vader komt uit Srebrenica en heeft de oorlog overleefd, maar veel van zijn familieleden hebben hun leven verloren. Dit maakt de genocide heel persoonlijk voor mij. Tijdens mijn onderzoek ontdekte ik hoe kunst, zoals die Srebrenica bloem, kan helpen om te herdenken.
Een ander voorbeeld uit de herdenkingscultuur is Hajr česma. De ‘Hajr česma’, een drinkwatervoorziening die in naam van overleden familieleden wordt aangelegd langs de straat of in een park als plaats van herdenken in de publieke ruimte. Iedereen kan daar fris water drinken.”
“Deze drinkwatervoorzieningen, die oorspronkelijk uit de Ottomaanse tijd stammen, hebben na de oorlog een diepere, symbolische betekenis gekregen. Ze worden opgericht ter nagedachtenis aan een verloren dierbare, met het geloof dat elke dorst gelest door dit water een beloning brengt aan de overledene. Dit concept, geworteld in de islamitische traditie, stelt nabestaanden in staat om goede daden te blijven verrichten voor hen die niet meer onder ons zijn. Dit kan helend werken voor de nabestaanden: het idee en besef dat zij in het hier en nu goede daden in de naam van hun overleden dierbaren kunnen verrichten en dat de overledenen daar ook de beloning van ontvangen.
Bovendien overstijgen deze voorzieningen vaak hun praktische doel en zijn kunstwerken op zichzelf. Hun ontwerp is verweven met een verhaal van liefde, herinnering en continuïteit. Ik vind het een fascinerend onderwerp waar helaas weinig over terug te vinden was in de academische literatuur. In de toekomst hoop ik de kans te krijgen om deze drinkwatervoorzieningen in Bosnië en Herzegovina verder te onderzoeken en in kaart te brengen.”

“Ik was op vakantie in mijn dorp in Bosnië en Herzegovina toen ik over dit onderdeel van mijn scriptie schreef. Uit gesprekken met mijn vader en grootvader bleek dat de Hajr česma in ons dorp was opgezet uit initiatief van mijn vader en zijn broertje. Ze kwamen samen op het idee om iets op te zetten wat hun verloren dorpelingen, 92 in totaal, zou moeten herinneren, waarna mijn oom het eerste ontwerp begon te schetsen.

Van het een kwam het ander en de eerste Hajr česma werd gebouwd. Volgens mijn vader is dit de allereerste, waarna andere dorpen en individuen ook hajr česme zijn gaan bouwen ter nagedachtenis van hun verloren dierbaren. Ooit wil ik onderzoeken of deze Hajr česma daadwerkelijk de eerste was en hoe dit fenomeen zich door het hele land heeft weten te verspreiden.”
“Ik wil mijn kracht en talent inzetten om de verhalen van mijn land, van oorlogservaring en traumaverwerking te delen. Voor mij is kunst niet alleen persoonlijke expressie, maar een manier om mensen in beweging te brengen en ogen te openen. Moge Allah mij daartoe inspireren.”
Hajr česma, ik weet niet of mijn associatie met Hajar in de woestijn op zoek naar water juist is (het verhaal over Zamzam), maar desalniettemin is het prachtig !