De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) en de Rooms-katholieke Kerk moeten samen verder.

“Tijdens de presentatie van het boek over de paus van Andries Knevel in onze abdijkerk is mij weer eens duidelijk geworden dat er zoveel is dat ons als christenen verbindt. Je ziet dat velen met elkaar optrekken en het dagelijks religieus en kerkelijk leven delen met elkaar. Het benadrukken van verschillen lijkt soms meer weg te hebben van een achterhoede-gevecht dat op een hoger niveau plaatsvindt dan de gewone PKN’er of katholiek voelt en ervaart. Er is een diepe wens om samen op weg te gaan en verder te trekken. Zo wordt dat gevoeld en in menig geval ook ervaren. Het was heerlijk om de Vredesweek in de abdijkerk met een oecumenische viering te kunnen starten.”

Het verval in de Rooms-katholieke Kerk komt door een gebrek aan innerlijk geloof.

“Ik heb de indruk dat deze redenering er wel een is van erg kort door de bocht. Geloofsverdieping en geloofsbeleving zijn zeker aspecten die bijdragen aan de teruggang van religieus kerkelijk leven. Het is echter wat te eenvoudig om daar één oorzaak voor aan te wijzen. Het is een combinatie van allerlei veranderingen die we ook in het maatschappelijke dagelijkse leven zien. Dat de geloofsverankering dan lang niet altijd zo diep lijkt te zitten, is inderdaad zichtbaar en voelbaar. Het gaat me echter wat te vlug om daar de oorzaak precies neer te leggen.”

De nieuwe bisschop van Den Bosch, Mgr. Gerard de Korte, doet het nu al beter dan zijn voorganger.

“In allerlei verbanden heb ik aangegeven dat ik blij was en ben met Mgr. Gerard de Korte in ons bisdom. Wat ik enorm bewonder – en wat hij ook uitstraalt – is dat hij graag in contact treedt met mensen. Van verschillende kanten heb ik vernomen dat hij graag in gesprek gaat als daarom wordt gevraagd. Veel mensen krijgen zo een goed gevoel en vooral de indruk dat ze serieus genomen worden. Dat was in het verleden wel anders. Een gesprek werd te gemakkelijk uit de weg gegaan en dat lijkt me toch een eerste vereiste. Ik heb dan ook veel vertrouwen in zijn visiedocument dat reent is verschenen. Hij heeft zich daarvoor heel breed georiënteerd en dat heeft bij heel veel mensen positieve reacties opgeleverd.”

Er is toekomst voor kloosters in Nederland als er nieuwe vormen van klooster-zijn ontwikkeld worden.

“Ik heb de indruk dat deze stelling wat te eenvoudig is. Ik denk dat er voor het traditionele kloosterleven zeker toekomst is, maar we moeten dat traditionele niet heilig verklaren. Er zijn veel vormen van religieus leven mogelijk en daar moet ook ruimte voor gegeven en gecreëerd worden. We moeten het kloosterleven zeker niet aanpassen aan de maatschappelijke veranderingen, maar we moeten die veranderingen wel serieus nemen bij de inrichting van religieus gemeenschapsleven. Ik zie allerlei mogelijke vormen opdoemen, waar ruimte voor geboden zou dienen te worden. Het is niet of/of maar veel meer en/en.”

De belangstelling binnen de PKN voor het kloosterleven zal de komende jaren steeds groter worden.

“Het is heel bijzonder als je ziet dat er concrete initiatieven leven en van de grond komen. Het getijdenklooster, de invulling van het voormalige klooster Sion bij Deventer, etc. Ik ervaar het ook bij de vele gasten uit reformatorische kring die we als abdijgemeenschap mogen ontvangen. Er leeft duidelijk een groeiende behoefte binnen de PKN om nader kennis te maken met het kloosterleven en elementen daarvan vorm te geven in het eigen dagelijkse leven. Overigens ook een duidelijk teken van gevoelde en geleefde samenwerking.”

Atheïsten zijn ook gelovigen.

“Wat mij voortdurend opvalt bij de zich atheïst noemende medemens, is dat hij of zij waarden en normen hanteert die belangrijk en heilig voor hem/haar zijn. Ook hierbij zou ik willen stellen dat het niet gaat om de verschillen te benadrukken maar veel meer te letten op de overeenkomsten. Wat inspireert en beweegt je moet veel meer de gemeenschappelijke vraag zijn en een gemeenschappelijk fundament. Het gaat er niet om bij welke denominatie je jezelf wilt laten indelen, maar veel meer om de inspiratie, het dragend geloof van mensen dat werkt als voedsel voor de invulling van dagelijks individueel en gemeenschappelijk leven.”

Een kerk die jongeren niet aanspreekt, trekt de stekker uit zichzelf.

“Gelukkig gaat het nu niet om ‘de jongeren’, zoals daar zo gemakkelijk over wordt gesproken. Ik zou een warm pleidooi willen houden voor meer ruimte. Dat is zeker ook een ervaring die ik opgedaan heb ik mijn eigen dagelijks leven, in zowel het kleine leefverband van een priorij als het grotere abdijverband van dit moment. Ik ben me er van bewust dat het niet eenvoudig is om jongeren – overigens een heel rekbaar begrip – een eigen plaats te geven, maar ik moet hun wensen en verlangens wel serieus nemen. Alle betrokkenen in religieus en/of kerkelijk samenlevingsverband zullen die ruimte aan elkaar moeten bieden. Uit eigen ervaring weet ik dat dit veel gemakkelijker gezegd is dan gedaan. Het is mijns inziens vooral de kunst om ruimte te bieden zonder de een of andere richting heilig te verklaren of op te leggen in doen en laten. Je per definitie afkeren van wensen en verlangens leidt tot starheid, brengt de beweging tot stilstand en is het ontkennen van de toekomst.”

De Abdij van Berne moet de komende jaren uitgroeien tot een werkplaats van/voor nieuwe vormen van kerk-zijn in de samenleving.

“In mijn reactie op de vorige stelling heb ik gepleit voor een brede benadering en die zou volgens mij ook en vooral van toepassing moeten zijn op de toekomstige ontwikkeling van de eigen Abdij van Berne. De vestiging van 14 statushouders op het abdijterrein is een duidelijk voorbeeld als ook het secretariaat van een stichting duurzaamheid. Ik zou de abdij graag verder mee ontwikkelen als een spirituele werkplaats waar dagelijks leven en werken hand in hand gaan, waar energie kan worden opgedaan, waar handen en voeten gegeven kan worden aan gelovig-leven in deze tijd, waarvan we weten dat dat veel minder eenvormig is dan we gewend waren.”

Minder regels, meer openheid naar elkaar.

“Regelingen om samen leven en samen werken te ordenen zullen altijd nodig en wenselijk zijn. Het probleem is vooral dat regels geen doel op zich mogen worden en zijn. Achter regels mag je je niet verschuilen want daarmee wordt in algemene zin een grotere openheid naar elkaar geweld aan gedaan. De nadruk zou volgens mij meer gelegd moeten worden op een open communicatieve onderlinge sfeer en niet een soms wel erg snel verschuilen achter regels. Overigens gebeurt dat zeker niet alleen in kerkelijke kringen, kijk maar eens naar het gehannes in de politiek zoals vrij recent bij de Algemene Beschouwingen. Wat een loze verkiezingsretoriek.”

Mariënburg, de organisator van de Relibazaar op 29 oktober, heeft alleen toekomst als er wordt geïnvesteerd in verjonging en nieuwe vormen van religieus zijn.

“Mariënburg is als een soort tegenbeweging ontstaan. Er was – en is nog veel te veel – onvoldoende ruimte om hedendaags geïnspireerd kerk-zijn te beleven en vorm te geven. Die verworvenheid uit de na conciliaire periode wil men niet verloren laten gaan. Misschien wordt er daarbij wel wat te sterk ingezet op behoud van wat was en te weinig aandacht gegeven aan een brede hedendaagse benadering. We hoeven niet te verdedigen wat was, we moeten pleiten voor een brede benadering voor wat leeft en groeit en tot bloei kan komen.

Het probleem van ons kerk-zijn is dat we elkaar veel te veel in de verdediging drukken. Het verleden moet in dit opzicht zeker ook niet heilig verklaard worden, maar dient wel een eerlijke plaats te hebben in deze tijd en daar schort het te veel aan. Er wordt veel te sterk uitgegaan van één zaligmakende richting om gezagvol te kunnen en mogen spreken en handelen. Zo’n instelling roept alleen maar tegenbeweging op en gaat aan het wezenlijke voorbij.”

Greco Idema

Greco Idema

Eigenaar Bureau Intermonde

Greco Idema is eigenaar van Bureau Intermonde, een interreligieus advies- en organisatiebureau. De afgelopen jaren ontwikkelde hij (soms …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.