“De Nexus-conferentie van dit jaar wordt een buitengewoon spannende bijeenkomst,”zegt Riemen. “Aansluitend bij het vijftigjarig bestaan van het Van Gogh Museum hebben we gekozen voor het thema ‘Nietzsche and Van Gogh Discuss the Future of Western Civilization’. In twee gespreksrondes in een eigentijds decor op het podium van de Nationale Opera stellen we twee hoofdvragen. Wat is er uitgekomen van de voorspelling van Nietzsche dat we twee eeuwen van nihilisme tegemoet zouden gaan en wat betekent dat? En wat heeft de zoekende, hopende, strevende houding van Vincent van Gogh in deze tijd te bieden: is zijn drukbezochte museum op het Museumplein een grafkamer met kunststukken die – een beetje zoals mummies in een piramide – een voorbije tijd reflecteren die weinig meer met de onze van doen heeft, of is het juist een kamer met schatten die ons leven kunnen verrijken?”
Ik zie de beide heren hier op de conferentieafbeelding staan. Maar Nietzsche en Van Gogh: dat lijkt mij toch een onwaarschijnlijk duo.
(Lachend:) “Je hebt gelijk dat het onwaarschijnlijk is. Friedrich Nietzsche, de besnorde Duitse filosoof, en Vincent van Gogh, de rossige Nederlandse schilder: ze leefden weliswaar in dezelfde tijd, maar ze hebben elkaar nooit ontmoet, behalve dan op deze met artificial intelligence gemaakte afbeelding én in onze verbeelding.
Het verhaal waarmee ik de conferentie en de thema’s introduceer, begint ermee dat ze elkaar ontmoeten in het hiernamaals, in een krankzinnigengesticht. Tot hun beider verrassing en verwondering hebben ze veel gemeenschappelijk (beiden zoon van een dominee, beiden weinig succesvol tijdens hun leven, beiden op enig moment opgenomen in een inrichting) en ze raken bevriend met elkaar.
Maar ze komen er ook achter hoe verschillend ze kijken naar de wereld en de mensheid, en naar wat er is gebeurd met ons beschavingsideaal. En voordat Nietzsche weer een migraineaanval krijgt en wegloopt, zegt hij tegen zijn nieuwe vriend: vergis je niet, Vincent, als jij en jouw kunst echt enige invloed zouden hebben op de wereld dan had die er anders uitgezien, maar ze hebben van je werk commerciële kitsch gemaakt. Ik, Nietzsche, heb gelijk gekregen: de westerse beschaving cultiveert geen absolute morele waarden meer, want er is geen waarheid, er is geen goedheid, en wat schoon is, is slechts de schoonheid van shampoo: het ruikt lekker en het reinigt eventjes, maar het glijdt van je af en er blijft niets van over.”
Is dat zo? Ik hoor tegenwoordig juist vaak de woorden ‘moreel kompas’ als belangrijkste eigenschap voor bestuurders, ‘waarheidsvinding’ om nepnieuws te voorkomen, en meer dan onze grootouders kunnen wij van schoonheid genieten – in concertzalen en musea, maar ook via het scherm van onze smartphone!
“Dat is zeker waar. Maar de vraag is: cultiveren wij deze zaken als de meest belangrijke waarden in onze samenleving? Is onze samenleving er tot in haar vezels op gericht om ieder, individueel en gezamenlijk, te laten streven naar het doen van het goede, het leven in waarheid, het scheppen van schoonheid en het laten geschieden van gerechtigheid? Te vaak lijken nut, efficiëntie en amusement het te winnen. En denk ook aan het relativisme van ‘dat is jouw waarheid’.
Wat Nietzsche uitlegt, is dat als er geen absolute waarden als waarheid, goedheid, schoonheid meer kunnen bestaan, omdat het geloof in metafysische waarden is opgegeven, en als er daardoor eigenlijk geen hoop en geen verlossing meer bestaan, je slechts dit overhoudt: de wil tot macht. Degenen die de macht hebben, bepalen hoe de wereld eruit zal zien. En wanneer heb je macht: als kwaliteit wordt vervangen door kwantiteit; als je bijvoorbeeld het meeste geld, de meeste aanhang of het grootste leger hebt.
Kijk ook naar de jonge generatie, Generatie Z of de i-generatie, vernoemd naar de iPhone. Social media heeft ze geleerd dat het om kwantiteit gaat: de aantallen volgers en de aantallen likes. Op social media zien we nauwelijks ouderen of minderbedeelden langskomen en is weinig ruimte voor verdieping en verstilling – het is vooral jong, vluchtig, fonkelend. Wijsheden die voorheen via doorleefde ervaringen en menselijk contact tot ons kwamen, krijgen nu plaats op een tegeltje dat we tussen het scrollen door een duimpje omhoog kunnen geven.
Diverse onderzoeken wijzen uit dat veel jongeren ongelukkig zijn, dat ze eenzaam, depressief, onzeker, suïcidaal zijn. Ze missen een bepaalde kern. Ze zijn niet dom, integendeel; ze weten dat hun wereld een bepaalde leegte en oppervlakkigheid cultiveert. Ze missen zingeving en betekenis. Een van de gasten op de conferentie is Valentina Vapaux, een 22-jarige influencer, die hierover kan vertellen. Zij heeft een boek over haar generatie geschreven met als titel: Generatie Z. Tussen zelfverwerkelijking, Insta-eenzaamheid en de hoop op een betere wereld.”
Waaruit mag die hoop dan wel bestaan?
“Daar zullen de sprekers op de conferentie verschillend over denken. Nietzsche was de overtuiging toegedaan dat ons na de dood van God slechts de mogelijkheid rest zelf God te worden. En inderdaad, er heerst in de westerse samenleving een groot geloof in de maakbaarheid van het leven van het individu en de maatschappij, met alle psychologische en politieke gevolgen van dien. Daarover zullen Freud-kenner Lisa Appignanesi en minister Robbert Dijkgraaf op de conferentie hun ideeën delen. De Tsjechische priester Tomáš Halík zal benadrukken wat spirituele waarden kunnen betekenen, terwijl de wereldberoemde filmmaker Béla Tarr zal vertellen wat de kunst vermag in het tranendal dat deze wereld is, en Andrej Tarkovski – zoon van de legendarische Russische cineast – wil overbrengen hoe de perspectieven van de kunst de kijker iets kunnen laten zien van wat het leven de moeite van het leven waard maakt.”
Dat klinkt als een eminent gezelschap… Gaat dit ook mij en andere ‘kleine luyden’ aan?
“Absoluut! Tot een reflectie op die belangrijke existentiële vragen – de grote vragen over het leven en de wereld waarin we leven – is iedereen uitgenodigd! De vragen gaan over ons: ze gaan over jouw leven, jouw wereld, de toekomst van jouw kinderen! Ze gaan over ons beschavingsideaal; het beschavingsideaal dat ons het kader geeft waarin we ons leven leiden.
Als het ons ideaal is een democratie te vormen, dan moeten we wel weten wat dat is, wat dat inhoudt en wat de voorwaarden zijn waaronder die kan bestaan. We zien steeds meer demagogen aan de macht komen. En ik herhaal de vraag die we dus zullen moeten zien te beantwoorden: welke waarden cultiveren we nou eigenlijk echt? Cultiveren we de waarden van ons beschavingsideaal, of zijn we vooral bezig met het cultiveren van de waarden die passen bij de wetten van de commercie, het bedrijfsleven? En als het ons ideaal is om de menselijke waardigheid te beschermen, zullen we ook ons begrip daarvan moeten blijven onderzoeken, en de zo vaak genoemde ‘menselijke maat’ in het oog houden. En wie spirituele waarden koestert, zal zich ook het risico op absolutisme, purisme, fundamentalisme moeten realiseren en zich daartoe moeten verhouden.
Over die kwesties gaan we het debat voeren met schrijvers, kunstenaars en filosofen op het podium van de opera. We creëren de setting van een koffiehuis, waarin we – gezeten aan een ronde tafel op het toneel van de Nationale Opera – meer dan twee uur lang een fascinerend gesprek zullen voeren, of een debat – soms verhit, soms geanimeerd, op het scherp van de snede – over die allerbelangrijkste levensvragen. En tijdens de lunch en de receptie is het woord aan de bezoekers die – met het aangeboden lunchzakje in de hand – met hun mede-bezoekers van gedachten kunnen wisselen en niet zelden bedenken dat alles toch nog wat complexer is dan men al dacht.”