Institutionele religie lijkt ‘uit’ te zijn en spiritualiteit ‘in’. Er is geen sprake van secularisatie, maar van een verandering in geloofsbeleving en -praktijk. Dat beweren wetenschappers en talloze opiniemakers. Hoe denkt u hierover, gelet op het programma-aanbod van christelijke bezinningscentra?

“Als je onder religie ‘traditie’ verstaat en spiritualiteit associeert met alles wat daarvan afwijkt, herken ik die opvatting gedeeltelijk in het programma-aanbod van christelijke bezinningscentra. We hebben 25 rooms-katholieke, 9 protestantse en 7 gemengd christelijke centra bezocht. Het aanbod is daar erg gevarieerd! Ga je bijvoorbeeld naar La Verna, een Franciscaans centrum, dan staan zowel Het Zonnelied van Franciscus en Chacra-meditatie als een cursus life coaching op het programma. Je kunt deelnemen aan vieringen, geloofsboeken uitpluizen of bijvoorbeeld meditatief meewandelen. Daarnaast komt – ook in deze centra – individualiteit als belangrijk gevonden waarde steeds meer tot uitdrukking. Er kan bijvoorbeeld gediscussieerd worden tussen leken en religieuzen over geloofsopvattingen die voorheen onbesproken bleven. Alles voor zoete koek aannemen is er niet meer bij; je ziet duidelijk dat de ruimte voor persoonlijke beleving groter wordt.”

Is dat wel zo vernieuwend als het lijkt? Binnen veel kloosterordes spelen mystiek en waarheidsvinding van oudsher een grote rol. Het protestantisme is gegroeid uit een kritische geloofshouding tegenover dogma’s. Staat individuele ontplooiing oorspronkelijk niet centraal binnen het christendom?

“In zekere zin is er – naar mijn idee – inderdaad niks nieuws onder de zon. Eigen tradities worden vaak aangevuld met wat wij ‘nieuwe spiritualiteit’ noemen. Tegenwoordig staan christelijke meditatietechnieken, denk aan ignatiaanse of benedictijnse spiritualiteit, vredig op het programma naast mindfulness en taoïsme. In christelijke bezinningscentra verbinden religieuze tradities zich dus vaak met nieuwe vormen van spiritualiteit.”

Hoe staan de bezoekers van deze centra eigenlijk ‘in het geloof’?

“Wij hebben in ons onderzoek alleen christelijke centra betrokken die zich in hun aanbod richten op de ‘moderne, spirituele zoeker’, die ook open staat voor niet-christelijke en niet-religieuze invloeden. Stromingen die zich voornamelijk richten op hun ‘eigen’ achterban, zoals de rooms-katholieke Focolare beweging, zijn buiten beschouwing gelaten. Op basis van 795 bruikbare enquêtes hebben we onderzocht in hoeverre de bezoekers zich ‘religieus‘ en/of ‘spiritueel’ verbonden voelen, en wat zij daar onder verstaan. Bij ‘religie’ denkt men meestal aan een religieuze traditie, terwijl ‘spiritualiteit’ geassocieerd wordt met belangstelling voor meerdere wijsheidstradities. Spiritualiteit is ‘in’, wordt vaak gezegd.
De grootste groep, 48%, noemt zich zowel religieus als spiritueel. Enerzijds hechten zij veel waarde aan het kerkelijk instituut en de bijbehorende leer, anderzijds staat die groep open voor nieuwe spirituele elementen. 24% vindt zichzelf spiritueel, maar niet religieus. Deze groep is relatief jong en bevat veel vrouwen. Zij staan het verst af van de christelijke traditie en hebben veel affiniteit met bijvoorbeeld het boeddhisme, humanisme en andere spirituele invloeden. Van alle ondervraagden zijn deze ‘zuiver spirituelen’ het minst institutioneel gebonden. 16% noemt zich noch religieus, noch spiritueel. Ze geloven maar weinig in een transcendente werkelijkheid. Mogelijk komen in deze groep vooral seculiere humanisten en degenen met enkel een formele christelijke binding samen. 12% zegt religieus maar niet spiritueel ingesteld te zijn. Zij zijn geworteld in de christelijke traditie, sterk verbonden met de parochie en meer gericht op geloofsverdieping.”

Een meerderheid voelt zich verbonden met het kerkelijk instituut en in elk geval met de christelijke traditie. Waarom ‘lokken’ christelijke bezinningscentra hun bezoekers dan met nieuwe spiritualiteit?

“Het blijkt inderdaad dat een meerderheid (58%) verbonden is aan een parochie, gemeente of geloofsgemeenschap, en daar ook actief binnen is (51%). Ongeveer de helft bezoekt elke week of regelmatig een kerkelijke viering, en 51% voelt zich bij een religieuze/spirituele groepering horen, dus bij een kerkgenootschap. Toch ervaart een kleine meerderheid (53%) te weinig ruimte voor spiritualiteit binnen kerken. Die groep staat overigens negatiever tegenover het instituut dan tegenover de plaatselijke gemeenschap. ‘Het instituut’ houdt volgens hen te veel vast aan traditionele geloofsinterpretaties en staat niet open genoeg voor ideeën uit andere religieuze/levensbeschouwelijke tradities. Christelijke bezinningscentra lijken in hun programma-aanbod wèl op deze opvattingen in te spelen. Je ziet bijvoorbeeld dat er zaken aangeboden worden die in centra voor nieuwe spiritualiteit niet zouden misstaan. Die vernieuwing – sommigen noemen het simpelweg een ‘teruggaan naar de spirituele kern’ – is overigens ook merkbaar aan het ontstaan en/of de groei van charismatische bewegingen binnen traditionele kerken. Persoonlijk vind ik de tegenstelling tussen ‘het instituut’ en ‘spiritualiteit’ overigens niet zo kloppend. Spiritualiteit gaat uiteindelijk niet om verbondenheid met een institutie, maar om een relatie tussen God en de mens: de mens zoekt God, en God zoekt de mens. Mij lijkt het belangrijk dat die zoektocht niet alleen draait om zelfbevestiging en onze eigen beleving.”

Hoe ‘christelijk’ blijven deze bezinningscentra volgens u in de toekomst?

“De deelnemers uit ons onderzoek zijn tussen de 23 en 90 jaar, gemiddeld 61, en vooral mensen die nu nog verbonden zijn aan een parochie of wijkgemeente. Gelet op hun leeftijd en de afname van het aantal kerkelijken, vermoed ik dat christelijke bezinningscentra zich wel op nieuwe doelgroepen zullen moeten richten om ‘open te blijven’, dus op de groepen die in ons onderzoek nu nog in de minderheid zijn. De meeste bezoekers van christelijke bezinningscentra zijn overigens vrouw (76%), hebben een hoog opleidingsniveau en slechts een kleine meerderheid is nog werkzaam. Wie weet zullen er ooit programma’s bedacht worden die toegesneden zijn op mensen met andere sociale kenmerken.”

De onderzoekers die bovengenoemde bevindingen verzameld hebben, zijn: Anke Bisschops, Jos Pieper, Willem Putman en Suzette van IJssel. De boekpresentatie van ‘Zelf zorgen voor je ziel. De actualiteit van christelijke spirituele centra’ is op 25 februari. Meer informatie hierover volgt later op Nieuwwij.nl.

32928257_10216070780071682_2538458966246031360_n

Robert Reijns

Redacteur

Robert Reijns – journalist, cultureel antropoloog, docent maatschappijleer – is o.a. eindredacteur bij Kerk in Den Haag.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.