Zijn boek De flexibele mens gaf hem bekendheid in ons land. En Respect – in een tijd van sociale ongelijkheid vind ik zeer inspirerend, omdat hij hier zijn eigen persoonlijke ervaringen combineert met zijn onderzoeksthema. Kort gezegd komt het erop neer dat Sennett meent dat het onze moderne maatschappij ontbreekt aan positieve uitdrukkingsvormen om respect en erkenning te tonen. Eén opvatting overheerst, namelijk: als we elkaar als gelijken behandelen, tonen we wederzijds respect. Maar kunnen we alleen mensen respecteren die op ons lijken of even sterk zijn als wij? Deze vraag heeft niets aan actualiteit ingeboet gezien bijvoorbeeld het nieuwe kabinetsbeleid dat mensen in de bijstand verplicht tot vrijwilligerswerk onder het motto: voor wat hoort wat!

Voor Sennett blijft goed samenleven met mensen die verschillen – etnisch, religieus of economisch – ook in 2014 de grootste uitdaging voor onze civil society.

We proberen mensen die niet zijn zoals wij te vermijden en volgens Sennett moedigt de politiek eerder een politic of tribe aan dan een politic of the city, waarin vanuit diversiteit gedacht wordt. Ook Sennett gaat op zoek naar een nieuw wij. In een samenleving moeten de verschillen en de onderlinge conflicten aan de orde gesteld worden. Hij meent dat het conflictmodel juist nodig is om mensen werkelijk met elkaar in contact te brengen. Als zij zich bezighouden met hun onderlinge verschillen, wordt hun verbondenheid versterkt.

Sennett ziet samenleven als een ambacht. Het fundament voor een goede samenleving ligt in leren luisteren en vervolgens in met elkaar van gedachten te wisselen. Alleen debat, waarin gesprekspartners louter hun eigen mening willen opdringen, schiet zijn doel voorbij.

Het ontwikkelen van die vaardigheid vraagt oefening en reflectie. Hij noemt het een subjunctive voice – een stem die niet assertief is maar ruimte biedt, waarin empathie wordt gepraktiseerd en de ander ruimte wordt gegeven.

Luisteren is je proberen te verplaatsen in de ander. Pas door gedeelde ervaringen raken mensen werkelijk met elkaar verbonden.

Sennett omschrijft zijn methode als ‘cultureel materialisme’. Hij probeert praktisch te onderzoeken hoe mensen bij elkaar betrokken kunnen raken.

Alleen door van onderaf nieuwe samenwerkingsverbanden te ontwikkelen, zullen nieuwe vormen van gemeenschap levensvatbaar blijken. Hij kritiseert de communitaristen, die op basis van een gedeelde moraal een gemeenschap willen vormen en bang zijn voor conflicten. Sennett meent dat ze het woord ‘wij’ misbruiken voor een verbondenheid die niet bestaat. Hij wil verschillen expliciteren en onderzoeken. Ze zijn het startpunt van discussie en reflectie in plaats van de alomheersende gelijkheidsdwang. Verschillen van mening zijn het startpunt van een leerproces op weg naar een nieuw wij. Een ‘wij’ van karakters, die door gedeelde praktijken hebben geleerd verschillen te waarderen.

Volgens Sennett moet het ‘wij’ niet worden gedacht, maar het ‘wij’ moet worden gedaan.

Verbind de verschillen. Een mooie opdracht voor het nieuwe jaar!

I.Overdijk-Twitter

Ida Overdijk

Eindredacteur religie & cultuur TV

Ida Overdijk is eindredacteur religie & cultuur TV, tot 2016 bij de IKON, nu bij EO.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.