Rusland heeft zelf meestal gekozen om bij de westerse wereld te behoren en zich te onderscheiden van de Aziatische ‘barbaren’. Moskou was een stad op de grens. Ze beschermde Rusland tegen aanvallen ui het oosten. Nu nog wonen de meeste Russen ten westen van Moskou. Rusland begon stukken van het oosten te veroveren en te koloniseren. Peter de Grote stichtte vervolgens Sankt Petersburg, een Duitse naam voor een nieuwe hoofdstad, een haven gericht op het westen. De grens van Europa werd verplaatst en lag daarna op het gebergte van de Oeral. Sinds Karel de Grote is ‘Europa’ de naam van het christelijk deel van de wereld naast Azië en Afrika of liever tegenover hen.
In de negentiende eeuw viert het nationalisme hoogte. Na de Eerste Wereldoorlog werden de piketpaaltjes tussen de verschillende staten vaak op een andere plaats gezet. Er ontstonden naties met eigen vlag en wapen. De historici ontdekten een meer of minder groots verleden. De stap naar onafhankelijkheid werd kleiner en gemakkelijker. De fantasie werd werkelijkheid.
Na de Tweede Wereldoorlog kreeg ‘Europa’ een nieuwe inhoud. Duitsland bleef een demon die bedwongen moest worden. Door Duitsland te integreren, werd het uit het isolement gehaald en medeverantwoordelijk voor het economisch welzijn van de nabuurstaten. Het werd ‘ingepakt’. Dit verbond werd door sommigen gezien als een eerste stap naar een Verenigde Staten van Europa. Er kwam een Europees parlement en er kwamen commissarissen. Een vlag kon niet gemist worden. Waarschijnlijk werd die verzonnen door de zeer katholieke Schuman, De Franse minister van buitenlandse zaken. Het werd een Mariavlag: het blauw en de twaalf sterren verwijzen naar Maria. Maar het bleek niet goed mogelijk een soort Europees nationalisme op te roepen en evenmin een Europees ‘wij’. ’Bijna geen enkele Europeaan zegt buiten Europa spontaan dat zijn nationaliteit de Europese is. De pogingen van de kardinaal Ratzinger, de latere paus Benedictus XVI, om Europa te binden aan het christendom zijn niet gelukt.
We voelen en noemen ons geen Europeaan, tenzij misschien wanneer we door een interviewer uitdrukkelijk als zodanig worden ondervraagd. Maar we leven wel in Europa dat rijk is aan verschillen in de natuur en de cultuur. Juist die verschillen maken Europa tot een boeiend en prachtig deel van de wereld. Juist de verschillen die tot confrontaties kunnen leiden zijn verschillen die spannend zijn, en ons tot reflectie en dialoog uitdagen.
Neen, ik ben ook niet bereid te sneuvelen voor Europa, maar het minste dat ik kan doen is naar de stembus gaan.