Op 21 oktober 2013 werd het christelijke stadje Sadad, even ten zuiden van Homs, ingenomen door moslimmilities van Al-Nusra en Daash. Een week lang werden 1500 Syrisch-orthodoxe inwoners als een menselijk schild tegen regeringstroepen ingezet. Nadat de troepen het stadje op 28 oktober innamen, werden in twee massagraven de lijken van vijfenveertig kinderen, vrouwen en mannen gevonden. Alle kerken en scholen bleken verwoest, het stadshuis, ziekenhuis en postkantoor eveneens. De helft van de woningen lag in puin, de andere helft was geplunderd; minstens tienduizend inwoners zijn inmiddels gevlucht. Eén van de ontelbare episodes van de oorlog in Syrië.
Selwanos Boutros Alnemeh, de jonge Syrisch-orthodoxe bisschop van Homs, richtte zich op diezelfde 28 oktober tot geloofsgenoten buiten Syrië: “Waar is jullie christelijk geweten? Waar is jullie menselijk geweten? Waar zijn mijn broeders, de bisschoppen? Waar zijn onze priesters en vrienden? Waar?” Een stem die verklinkt zoals veel andere stemmen, en die zich – als er geen antwoord op komt – tegen de mensen zelf keert, omdat zij blijven steken in een onverwerkte ervaring.
Eén zo’n stem uit een onverwerkt verleden werd onlangs wel gehoord. Stire Kaya-Cirik schreef Echo uit een onverwerkt verleden, een roman ‘gebaseerd op waargebeurde verhalen uit 1915 over de wreedheden op de Syrisch-orthodoxe gemeenschap in Turkije’. Dit verleden reikt tot in het heden – wat de reden is waarom bisschop Selwanos geen respons kreeg. Zijn geloofsgenoten hebben dergelijke ervaringen zelf nooit verwerkt. L’histoire se repète, totdat iemand de vicieuze cirkel doorbreekt om een stem te geven aan het collectieve trauma.
Stire Kaya is afkomstig uit het dorp Kafro, niet ver van Midyat in het zuidoosten van Turkije, waar praktisch de gehele christelijke bevolking werd uitgemoord. Ik herinner me nog hoe ik enkele jaren geleden in de kerk van Kafro stond. Het was net alsof die prachtige maar lege kerk vol was van stemmen: stemmen die er vroeger zongen, stemmen die er geschreeuwd hadden van doodsangst – ook de stem van die stille lege kerk zelf, die zich afvroeg waar haar mensen toch gebleven waren.
Ik hoorde er ook de echo’s van verre stemmen uit de Nederlandse diaspora. Stemmen van mensen die – grotendeels zonder het te beseffen – over de genocide spreken die in eigen kring nog steeds doorgaat: klachten over onderling wantrouwen en verdeeldheid; droefheid over de manier waarop er in de diaspora weinig of niets van de grond lijkt te komen; verontwaardiging over de god van het eigenbelang die het leven van de kerk lijkt te overheersen; klachten ook over onmacht en het verlies van hoop.
Onverbiddelijk reikt het onverwerkte verleden tot in het heden. En hoe noodzakelijk het ook is om de historische en juridische erkenning van de genocide na te streven – daarmee is het onverwerkte verleden nog niet verwerkt. Dat vergt een lang proces van persoonlijke en collectieve rouw. In haar roman wijst Stire Kaya de weg, of in elk geval de juiste richting.
Als antwoord op bisschop Selwanos’ woorden “Waar zijn jullie?” vindt op 26 november een stille mars plaats in Den Haag (zie stilletochtsyrie.wordpress.com).
Kees den Biesen maakt deel uit van het W!J-wetenschapsteam dat op Nieuwwij.nl blogt over nieuwe ontwikkelingen op het gebied van culturele en religieuze diversiteit.
Wat een inzicht! Kees den Biesen heeft de vinger op de zere plek gelegd. Of moet ik zeggen, meerdere zere plekken? En wat schrijnend dat de wereld niets geleerd heeft van de geschiedenis en inderdaad ‘l’histoire se repète’.
Beste Kees van Biesen,
Als studente antropologie aan de Universiteit van Utrecht doe ik met twee anderen een onderzoek naar Suryoye in Nederland. Hiervoor moeten wij interviews houden en wij zijn zeer geïnteresseerd in u! Staat u ervoor open om een aantal vragen van ons te beantwoorden?
We kijken uit naar uw reactie.
Met vriendelijke groet,
Marian Muis