Niet dat dit een en ander daardoor minder belangrijk wordt, juist in tegendeel. Het komt in een sterkere relatie te staan met wat altijd aan de overzijde van mijn grenzen aanwezig is en blijft – mijn leven als geheel, de zaken die er zin en betekenis aan geven.

Het onbegrensde is niet te bevatten, met kleine beetjes niet (alsof het een optelsommetje was) en evenmin in één keer (je zou je er verschrikkelijk aan vertillen). Ons lijf bijvoorbeeld is zo klein, dat we de mateloze ruimte van de natuur nooit als geheel op onszelf kunnen betrekken. Hoe mooi hij ook is, hij is en blijft een onherbergzame leegte. Maar als we in die ruimte wanden oprichten en ze door een goede verhouding tussen dikte en afstand met elkaar in relatie brengen, roepen zij tussen zich een begrensde ruimte op die op onze maat is toegesneden. Die wanden maken het ons mogelijk een stukje van de natuurlijke ruimte op onszelf te betrekken: zij omhelzen een ‘binnen’ dat van de natuur één groot ‘buiten’ maakt.

De wanden die ons van de natuur lijken te scheiden, brengen er ons juist mee in contact. Dank zij het ‘huis’ voelen we ons ‘thuis’ in die enorme ruimte. Dank zij begrenzingen gaan we een relatie aan met wat alle grenzen overstijgt en zonder niet hen gewoon niet te ervaren is. Dit ruimtelijk spel staat eigenlijk voor héél ons mens-zijn: in jezelf verankerd zijn en tegelijk in relatie staan met anderen is een hele kunst. Jezelf opsluiten in jezelf of juist verliezen in een relatie – dat zijn de uitersten waartussen de bouwkunst van ons W!J het midden zoekt te vinden.

Sinds 1996 is de evangelische ggz-instelling De Hoop in Dordrecht een dorp aan het bouwen, waarin ongeveer tweehonderd mannen en vrouwen met verslavings- en/of psychiatrische problemen leven en werken. Bijna allen zijn in Dorp De Hoop komen wonen op een moment, dat ze zo vastzaten dat het niet erger meer kon. Hun problemen komen meestal voort uit een gebrek aan acceptatie en waardering van de kant van anderen. Ze waren als huizen zonder deuren of ramen geworden, geen ‘thuis’ voor zichzelf dat openstaat naar anderen toe. De Hoop probeert hen door een hernieuwd gevoel van eigenwaarde en be-te-ke-nis-volle relaties met medemensen uit dat isolement te halen. En dat begint met de ruimtes zelf: in zich gevestigde gebouwen die concentrische cirkels om een plein liggen en een grote eenheid in diversiteit vertonen.

Anita studeert verpleegkunde en heeft haar persoonlijk traject zover afgelegd, dat ze zich nu door een periode van begeleid zelfstandig wonen voorbereidt om weer naar Amsterdam terug te keren. “Toen ik hier kwam, wist ik van De Hoop. Maar het was nieuw voor me, dat het een dorp was. Het dorpsplein zorgt voor een manier van samenzijn, die ik als prettig en veilig ervaar. Het geeft een stuk eenheid. Alles ligt bij elkaar, je ziet elkaar regelmatig en voelt je thuis bij elkaar. Dat is wat een dorp doet. De architectuur heeft iets huiselijks.” Richard vindt het “een kruising tussen een gevangenis en een bungalowpark.” Hij maakte een zware start door: “De afkickperiode kan behoorlijk heftig zijn, ook met die tralies voor de ramen. Dat doet wel wat met je, als het tot je doordringt dat je zoiets nodig hebt om weer greep te krijgen op je leven. Nu ervaar ik het natuurlijk heel anders – meer als een bungalowpark dus!”

Wat ze allebei missen zijn de gemeenschappelijke maaltijden in de bovenzaal, die de onderlinge banden sterk aanhaalden. Vanwege bezuinigingen moest de keuken sluiten. Richard: “Het is positief dat men hier vooral naar de voordelen kijkt. Terwijl we in onze groepen eerst alleen in het weekend kookten en het meestal op steeds dezelfde mensen aankwam, doen we dat nu elke dag en komt nu echt iedereen aan bod. Dat was goed voor onze onderlinge binding. Het nadeel is wel dat de groepen nu wat meer op zichzelf staan.” En Anita: “Maar daarmee is de stap naar het gewone leven wel een stuk kleiner geworden. Tegelijkertijd zijn er onze sporttoernooien en andere activiteiten op grotere schaal, die ons als dorpsbewoners toch weer vaak samenbrengen – net als je dat in een buurt kunt hebben. Je wordt hier in Dorp De Hoop echt daarop voorbereid.”

Kees den Biesen

literatuurwetenschapper, filosoof, theoloog

Kees den Biesen is gespecialiseerd in het oriëntaalse christendom.
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.