Buiten stormde het ook trouwens, die woensdag twee weken terug, toen we onze concepten bespraken. En wat was de tuin kaal vergeleken met afgelopen zomer. En wat was de rivier prachtig met haar overgelopen oevers. Het water kwam bijna tot het klooster. Over haar grenzen…

De titel Onszelf voorbij hadden we al. De eerste bundel Als ik W!J wordt ging over nieuwe vormen van verbondenheid, onze tweede bundel gaat over hoe en waar nieuwe vormen van ‘wij’ zichzelf overstijgen. Vier betekenissen van ‘onszelf voorbij’ spelen daarbij een rol. Onszelf voorbij in de post-humanistische betekenis: misschien draait niet de hele aarde om de mens. Onszelf voorbij in de transcendente betekenis: iets wat ons overstijgt. Onszelf voorbij in de multiculturele zin: groepen waarvan we deel uit maken zijn groepen onder andere groepen. En onszelf voorbij in de hectische zin: we lijken ons allemaal collectief voorbij te lopen, hier in het Westen tenminste.

stapel onszelf
Beeld door: Flickr Nieuw Wij

Nieuw in de bundel is aandacht voor de landelijke politiek. Onderzoekster Marleen Rensen analyseert het ‘wij’ van de PVV en ik onderzoek het ‘wij’ van GroenLinks. We richten ons daarbij sterk op het taalgebruik van de woordvoerders. Als politiek de voortzetting is van oorlog met andere middelen, dan is taal het primaire middel van de politiek. En binnen de taal van de politiek draait alles om ‘wij’. Wie is het ‘wij’ dat spreekt, welk ‘wij’ willen ze aanspreken en welk ‘wij’ wordt beoogd?
GroenLinks is interessant omdat zij binnen de Nederlandse politiek op dit moment de partij is die het meest uitgesproken voor een open samenleving is. In dat opzicht is de partij de beste tegenhanger voor de PVV die het meest uitgesproken de deur dicht wil doen voor mensen van buiten. In beide gevallen is en blijft de vraag waar de deuren zitten. Heeft de open samenleving die GroenLinks voor ogen staat grenzen, en zo ja, heeft iedereen die zich daarbinnen bevindt recht van spreken over hoe ‘wij’ samenleven?

‘Voor alles wenst GroenLinks een samenleving waarin iedereen mee kan doen, geen samenleving van winnaars en verliezers, van koplopers en achterblijvers.’ ‘Voor het individu, niet voor het individualisme.’, zo luiden slogans van GroenLinks. Dat klinkt mooi, maar wat houdt die keuze voor het individu in? Waarin verschilt het precies van het aloude ‘ieder voor zich en God voor ons allen’? Is individualiteit denkbaar zonder gemeenschap, en is gemeenschap denkbaar zonder enige vorm van geloven? Mijn voorzichtige conclusie is dat het denken binnen GroenLinks over hoe voorbij het individualisme te komen stagneert. Angst voor populisme en fundamentalisme lijken daar debet aan. Verschuivingen in de betekenisvelden van ‘geloven’, en ‘conservatisme’ wijzen op mogelijke doorbraken.

Wordt vervolgd…

Jonneke Bekkenkamp

Assistent professor Universiteit van Amsterdam

Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.