Met tweehonderd man sterk staat joods Nederland in 1987 in de zaal van het Rotterdamse theater De Lantaarn. Een aantal van hen beklimt het podium onder het mom van ‘alle Cohens aan dek’. De toneelvoorstelling De Stad, het Vuil en de Dood van de Duitse Rainer Werner Fassbinder, een afstudeerproject van theatermaker Johan Doesburg, mag onder geen beding doorgaan. De discussie in de zaal is verhit. Buiten bij de demonstratie op de stoep gaat het er stevig aan toe. De voorstelling wordt afgeblazen. In Nederland is geen ruimte voor antisemitisme op het toneel.
De hoofdpersoon van het toneelstuk is de ‘rijke Jood’ in het Duitse Frankfort, niet lang na de Tweede Wereldoorlog. Deze Jood wordt in zijn duistere onroerend goed handel in de oude wijken van de stad door de gemeente ongemoeid gelaten. Daarnaast gaat deze rijke Jood ook nog eens een duistere relatie aan met de dochter van een Nazi en voormalig kampbeul. Allemaal ingrediënten die zich uitstekend lenen om een verhaal antisemitisch te laten zijn.
Meer dan dertig jaar later, inmiddels werd het stuk al vele malen toch opgevoerd, ook in Nederland, zijn de meningen nog steeds verdeeld. Was het werkelijk een kwade intentie van Fassbinder om die ‘laatste Jood’ in Duitsland echt nog zo af te beelden? Of is het waar dat hij als doel voor ogen had het antisemitisme in het naoorlogse Duitsland juist zichtbaar te maken? Hoe dan ook, Joods Nederland liet die eerste voorstelling in 1987 niet doorgaan.
In Israël is de tv-serie Shtisel al jaren razend populair. In de serie worden de levens gevolgd van het gezin van de fictieve rabbijn Shulem Shtisel. De film geeft een unieke inkijk in het leven van deze familie in de streng joods orthodoxe wijk Geula in het hart van Jeruzalem. Voor de kijkers bestaat voor het eerst een mogelijkheid om te zien hoe deze toch wel naar binnen gekeerde gemeenschap in het huidige Israel leeft. Tot in de kleinste details wordt de dagelijkse praktijk van het familie- , religieuze- en huwelijksleven zichtbaar gemaakt. Met al haar blijde, droevige maar toch ook frivole momenten.
De film trekt in eerste instantie niet de aandacht van de gemeenschap zelf die hier geportretteerd wordt. Deze kiest er op religieuze gronden voor om dagelijks verstoken te blijven van elk vorm van seculier vertier waartoe voor hen ook de filmindustrie en de TV behoren.
De grote belangstelling bestaat vooral bij hen die verder van dit stukje oorspronkelijk Oost-Europese Joods-religieuze levenswijze afstaan. Het seculiere en het ‘modern orthodoxe’ deel van de Israëlische samenleving zorgt voor de hoge kijkcijfers bij de familie Shtisel. De cast bestaat uit seculiere acteurs en actrices. Op zichzelf toont Shtisel wat dit betreft een knap staaltje van filmregie en theater maken.
Inmiddels ontstond ook in Nederland een steeds groter wordende belangstelling. En dan zeker niet alleen bij de kleine Joodse gemeenschap, maar ook dwars door de samenleving heen bij het niet-joodse volksdeel. Niet voor niets heeft Nettflix, een bedrijf dat abonnementen aanbiedt voor het streamen van films, series en documentaires, deze serie in haar aanbod opgenomen.
Binnenkort verschijnt de nieuwste serie. En dan gebeurt er in Nederland iets merkwaardigs. Onze eigen Joodse gemeenschap staat vooraan om die nieuwste aflevering te promoten. Via de gevestigde Joodse gemeenten wordt de link aangeboden om nu al te gaan genieten van de voorpremière. ‘Komt dat zien, komt dat zien’. Geniet met ons mee van het leven van onze vrome geloofsgenoten in het oude Jeruzalem!
Voor de trouwe bioscoopbezoeker of televisiekijker lijkt er met deze film niet zo veel aan de hand. Maar dat wijzelf als Joodse gemeenschap dit soort ‘amusement’ naar voor voren schuiven is op zijn minst merkwaardig te noemen.
In enkele van de afleveringen maken we kennis met de streng-orthodoxe kunsthandelaar en schilder Fuchs. Wat blijkt echter? Fuchs maakt zélf geen schilderijen. Hij laat foto’s of Joodse taferelen door anderen naschilderen. Word het werk door hem als kenner perfect genoeg beoordeeld, dan signeert hij het met zijn eigen naam en verkoopt hij het voor een hoge prijs in zijn kunstgalerij. En zo gaan de dollars over de toonbank. Fuchs’ kleding en uiterlijk voorkomen zoals de lange baard en de traditionele pijpenkrullen tonen dat hij tot de “Shtisel gemeenschap” behoort. Maar achter de schermen blijkt hij de aarts oplichter, kunstvervalser en manipulator te zijn. Iemand waar wij als Joodse gemeenschap graag afstand van zouden nemen en die wij niet ten tonele zouden willen voeren. Voor het tonen van een type als Fuchs als toneelkunst of amusement heeft Joods Nederland ooit de Fassbinder niet door laten gaan.
En Fuchs is maar één van de figuren waar op wij niet trots kunnen zijn. De serie kent meer van deze negatieve afschilderingen van die devote Joodse gemeenschap in Jeruzalem. Een ander is Nuchem, de broer van rabbijn Shulem Shtisel. Niet alleen een merkwaardig figuur, maar ook iemand met een vreemde eigenschap. Nuchem is aan de ene kant uiterst religieus. Maar dat weerhoudt hem aan de andere kant niet om iedereen die het hem ook maar even lastig maakt met standaard term van “Vervloekte slechterik” te betitelen. Om de haverklap benadert hij zo zijn medemens. En dat terwijl in de echte Joodse wereld het ‘vervloeken’ van de ander uit den boze is.
De buitenstaander die te weinig van de religie kent, die wat deze bevolkingsgroep betreft een ‘vreemdeling in Jeruzalem’ is, die de levensstijl niet begrijpt en haar gewoonten en de dagelijkse gedragingen volkomen ten onrechte beschouwt als extreem en ouderwets kijkt met Shtisel naar een karikatuur waar misstanden worden uitvergroot en onze Joodse gemeenschap zichzelf beschadigt.
Voor mij komt het vreemd voor dat wij deze spotprent van onszelf als gemeenschap menen te moeten verkopen. Hoe dan ook, door onze eigen aanbeveling en de reclame die wij ervoor maken, nemen wij ons zelf het krachtige middel uit handen om in de toekomst op te staan om ons te verzetten tegen karikaturen, het belachelijk maken en het bespotten van ons eigen Jodendom en onze gemeenschap.
Beste rabbijn van der Kamp, beste vriend. Ik heb beide seizoenen gezien en met mijn vrouw en dochters. Dit is mijn inziens toch heel wat anders dan het stuk van Fassbinder dat hoe dan ook – ik herinner me het goed- controversieel was en beladen.
Stishel daarentegen roept bij mij en velen met mij een gevoel van liefde, trots en broederschap op.
De vertolking en de karakters zijn allereerst menselijk, soms bekrompen en dan weer typisch ultra orthodoxe Joods met soms een modern tintje. Zo gaat dit echt in werkelijkheid bij de ultra orthodoxe kringen. Ik ben er niet bang voor dat deze film weerstand oproept. Integendeel. Het getuigt van vooruitstrevende en zelfkritiek dat het bestuur van de Joods Orthodoxe gemeente haar leden aanbied om deze serie als première te bekijken Wellicht kunnen u en ik als minder opvallende orthodoxe figuren in het vierde seizoen ook een rol vertolken! Anathevka destijds leverde toch ook geen problemen op toen Lex Goudssmit en Ellie Mols- De Leeuwe zo een glansrol vertolkten? We wachten maar even rustig af beste vriend van vroeger en nu.
Geachte Rabbijn van de Kamp,
Ik heb de serie met graagte bekeken. Ik ben zelf niet Joods. Maar om de duidelijke parallellen met een orthodoxe leefgemeenschap waar ik zelf uit kom. Voor mij was het geworstel met ( wettische ) regels ontzettend herkenbaar. Juist de menselijkheid, hoe worden standpunten ingenomen en meningen gevormd stond voor mij centraal in de serie. En wat dit je kost als mens. Een serie als deze brengt ook duidelijk die aspecten naar voren. Want als je gevormd wordt binnen tradities als deze wie ben je dan?
Een meer inhoudelijke reactie volgt later, maar ik kwam online een bespreking tegen van de serie, met betrekking tot de creativiteit van hoofdpersoon Akiva Shtisel en de uitbuiting van creatief talent door ‘kunsthandelaar’ Leib Fuchs.
https://blogs.timesofisrael.com/akiva-shtisel-betzalel-and-developing-our-creative-instincts/
Maarten Sebastiaan, als je uitvoeriger wilt reageren op het artikel dan bied ik als optie aan om er een artikel van te maken. Groet Theo Brand, eindredacteur
Beste Rabbijn,
Ook ik, katholiek opgevoed, maar niet religieus, ervaar iets heel anders als ik deze serie kijk. Met veel plezier overigens. De karakters worden neergezet met warmte en geduld. En de ‘uitvergrotingen’ geven wat humor. Dat is zo in elk amusement. En tot mijn vreugde ook in deze. Dat zegt niets over gebrek aan respect, maar geeft in de gebruikte vorm aan dat ook deze gemeenschap niets menselijks vreemd is. De luchtigheid gaat hand in hand met de herkenbare, universele, wat zwaardere onderwerpen. Als iets, ben ik in de kleine overeenkomsten, het taalgebruik, de familieverhoudingen, ieders eigen problemen, me juist meer verbonden gaan voelen met de joodse medemens. Ondanks de grote verschillen in overtuiging en levensstijl, zie ik ook duidelijk de overeenkomsten.
Met uw benadering schiet u mogelijk uw doel voorbij. En bevestigt juist wat u probeert te ontkrachten. Niet alles hoeft letterlijk serieus genomen te worden om als mens en religie respect te verdienen.
We zijn allemaal mensen.
Ik bekijk sinds kort deze serie. Als christen ben ik niet heel erg op de hoogte van gebruiken, regels en leefnormen binnen Joods orthodoxe kringen. Hoewel ik eerst moest wennen aan de sfeer en gebruiken, heb ik inmiddels de smaak te pakken. Ik vind het bijzonder dat de serie de Joodse orthodoxie niet belachelijk maakt. Juist de warmte en verbondenheid onder de mensen spreken mij aan. Ik heb nog lang niet alle afleveringen gezien, maar tot nu toe wordt er respectvol omgegaan met de Joodse orthodoxie. Daar kunnen Nederlandse filmmakers nog eens een voorbeeld aan nemen. Ik denk dat een serie over families uit orthodox Gereformeerde hoek er minder positief zouden uitkomen! (Tot deze groep behoort ik overigens zelf niet). Kortom ik zie uit naar volgende afleveringen. Gelukkig bkan ik nog even vooruit ?
Ik heb de hele serie net afgerond. Ik vond het prachtig en prachtig gemaakt ook. Ik heb zelf nog een paar druppels joods bloed in mijn familie en deze serie en ‘Unorthodox’ sporen me aan om me te gaan verdiepen in het joods orthodoxe leven. Ik vind het bijzonder en wil er graag meer van weten.
Hannah