Er is veel onbegrip en weerstand tegen neutrale teksten als “Geachte aanwezigen” en “Beste reizigers”. Een deel van de Nederlandse bevolking lijkt te denken dat de eigen positie in gevaar komt door dit soort veranderingen. Dat is niet zo.
Station Utrecht Lunetten, 11:05 uur
*DING DONG*
“Geachte dames, de sprinter naar Geldermalsen en Tiel van 11 uur 10 heeft een vertraging van ongeveer 5 minuten. Herhaling…”
Reactie: “Mag ik dan niet eens meer een man zijn!?”
Dit is een veel gehoorde reactie, overigens ook van vrouwen die vrezen zichzelf geen vrouw meer te mogen noemen. Niemand hoeft bang te zijn dat hij of zij (!) geen man of vrouw meer mag zijn. Integendeel, als je dit denkt kan ik je zeggen: het heeft niets met jou te maken. Ik herhaal: dit heeft niets met jou te maken. Dit soort reacties doen me aan mijn 15-jarige klasgenoot denken, toen ik uit de kast kwam. Hij zei: “Ja, maar ík ben geen homo!”
Eigenlijk had ik voor hem moeten applaudisseren, want het is toch knap hoe snel iemand zo’n moment om zichzelf kan laten draaien. Hierbij alsnog een staande ovatie voor hem en al die ‘echte mannen’ en ‘echte vrouwen’, die het deze week niet kunnen nalaten om de aandacht op zichzelf te vestigen.
Waar ik mijn klasgenoot nog kon begrijpen – hij was onzeker en nog onvolwassen – ben ik nu wel wat verbaasd. De NS en de gemeente Amsterdam vragen niet van hun klanten of burgers of zij hun gekoesterde identiteit willen loslaten om vervolgens verdwaasd achter te blijven. De enige oproep die van de gemeente uitgaat is die aan medewerkers om burgers anders, namelijk open en inclusief, te benaderen. En de oproep van de NS zal voortaan iets anders klinken, maar zij zal verder niets van haar klanten vragen. Tegelijkertijd mogen we toch wel van elkaar verwachten dat we moeite doen om de openbare ruimtes, waar we allemaal komen, ook daadwerkelijk aan te laten sluiten op ieders bestaan?

Station Zwolle, 18:45 uur
*DING DONG*
“Witte dames en heren, de intercity naar Lelystad Centrum, Almere Centrum, Schiphol en Leiden Centraal van 18 uur 47 vertrekt vanaf spoor 5b. Herhaling…”
Reactie: “Iedereen wordt toch al aangesproken door ‘Dames en heren’?”
Deze reactie komt in verschillende varianten voor. De een meent dat er simpelweg niet meer mogelijkheden zijn dan, al dan niet transgender, man of vrouw. De ander denkt dat alle mensen heus wel weten dat zij worden aangesproken en dat ze niet zo moeilijk moeten doen. Weer een ander vindt dat we allemaal mensen zijn en het dus niet uit moet maken hoe we elkaar aanspreken. Het komt eveneens voor dat mensen denken dat er niet eerder een probleem was, en dat dit dus een verzonnen probleem is. Het feit dat je er nooit eerder over hebt gehoord wil niet zeggen dat er niet eerder problemen waren.
Als we het realistisch bekijken is het allemaal niet zo eenvoudig. Er zijn mensen die niet dezelfde gender-identificatie hebben als een cisman of cisvrouw, transman of transvrouw. Voor hen is het niet het een of het ander. Er wordt dan bijvoorbeeld gesproken over gender queer, fluïde, non-binaire of gender non-conforming identiteiten. Deze mensen vallen dan niet automatisch onder de noemers man of vrouw, dames en heren, vader of moeder.
Wanneer je die termen blijft toepassen in algemene gevallen, vallen er altijd mensen buiten de boot. En dit gebeurt niet alleen op het station of het gemeentehuis. Overal waar we komen zijn we gewend te worden aangesproken of ingedeeld als man of vrouw. Vrijwel overal zien we twee keuzes, terwijl de werkelijkheid laat zien dat dit onvolledig is. Mensen die zeggen dat dit ‘links’ is, dat we ‘doorslaan’ of weer ‘gewoon’ moeten doen ontkennen simpelweg een maatschappelijke realiteit.
Station Goes, 14:11 uur
*DING DONG*
“Beste kinderen tussen 10 en 15 jaar, de intercity naar Roosendaal van 14 uur 14 rijdt in verband met een storing vandaag niet. Herhaling…”
Reactie: “Genderneutrale taal sluit nog altijd anderen uit.”
In een gesprek op Twitter klaagde een NS-medewerker over het nieuwe voornemen van zijn werkgever. Aanvankelijk vanuit het idee dat er niet meer opties zijn dan vrouw of man (cis dan wel trans), maar toen ik hem corrigeerde werd het een ander verhaal. Toen stelde hij dat genderneutrale taal te persoonlijk en te weinig zakelijk is. Vervolgens zweerde hij dat het zelfs discriminerend is, want het sluit mensen met een allergie, fobie of stoornis uit. Hier gaan een aantal zaken mis. Wanneer ik door de stationshal van Amsterdam Bijlmer Arena loop en er klinkt “Beste reizigers” voel ik me op dat moment volledig aangesproken, inclusief mijn allergieën. Niet dat die er toe doen (tenzij de NS een gratis broodje groentekroket aanbiedt vanwege vertraging en kou. Dan vind ik het handig om te weten voor wie het wel en niet gezond is).
Maar wanneer een non-binaire persoon door hetzelfde station loopt en men roept om “Dames en heren” dan wordt deze persoon dus niet aangesproken. Er wordt gerefereerd aan genderspecifieke kenmerken. Eigenlijk zegt de omroeper: “Hallo mannen, ik erken uw bestaan. Hallo vrouwen, ik erken uw bestaan.” De rest van de reizigers wordt genegeerd. Terwijl het zo simpel anders kan. De enige uitsluitende werking die “Beste reizigers” heeft is op de mensen die zomaar rondhangen op het station, of de mensen die iemand komen ophalen. Kortom: de mensen die op dat moment niet reizen. Maar dat heeft niets met identiteit te maken, en al helemaal niet met het stelselmatig onderdrukken, ridiculiseren of simpelweg negeren van een groep mensen op basis van genderidentiteit.
En dat is storend aan de afwijzende reacties. Men toont geen inzicht of begrip voor de personen die over het algemeen niet gezien, begrepen of gerespecteerd worden. Koste wat het kost wordt vastgehouden aan de eigen ervaring en kennis van gender. En als het over de ene boeg niet verdedigd kan worden, dan gooit men het maar over een andere boeg. Vaak tot in het ridicule.

Station Diemen, 23:27 uur
* DING DONG*
“Beste rolstoelgebruikers, de sprinter naar Amsterdam Muiderpoort en Amsterdam Centraal heeft een vertraging van ongeveer een kwartier. Herhaling…”
Waarom inclusieve taal zo belangrijk is
Uitsluiting en onderdrukking van mensen ontstaan bij het actief negeren of ridiculiseren van de groep. Wanneer we elkaars bestaan als mens niet eens erkennen en respecteren zullen we nooit recht kunnen doen aan elkaar. Niet op persoonlijk niveau, denk bijvoorbeeld aan familieleden, vrienden, ongeboren (klein-)kinderen, en zeker niet op maatschappelijk niveau.
Je hoeft de mensen om wie het hier gaat niet eens persoonlijk te kennen, volledig te begrijpen of zelfs maar empathie voor ze te hebben om voorstander te kunnen zijn van een rechtvaardige en respectvolle behandeling. Zoals Paul Bloom (onder meer in zijn boek Against Empathy) laat zien, kan empathie zelfs een struikelblok zijn voor rechtvaardigheid. Empathie hebben we doorgaans voor de mensen die we kennen of waarin we onszelf herkennen, maar niet voor de vreemde. En waar dat het geval is komt een rechtvaardige en menselijke benadering in gevaar. Door empathie te vervangen met rationele compassie kun je recht doen aan de ander, zelfs waar je die niet mag of begrijpt.
Zo is het bijvoorbeeld rechtvaardig dat gebouwen toegankelijk zijn voor mensen met een rolstoel of rollator, dat vrouwen zelfbeschikkingsrecht hebben, dat arme arbeiders net zo goed de menselijke basisbehoeften kunnen vervullen als rijke mensen, dat zwarte en bruine mensen evenveel kans hebben op de arbeidsmarkt als witte mensen, dat het burgerlijk huwelijk is opengesteld voor partners van gelijk geslacht. Al deze zaken zijn of worden nog bevochten, omdat er mensen zijn achtergesteld in onze politieke, maatschappelijke, religieuze, juridische, economische opvattingen en praktijken.
Steevast gaat emancipatie gepaard met onbegrip en verzet, ook in de vorm van “Je kunt toch niet overal rekening mee houden?” of “Dan wordt het wel heel ingewikkeld!” Verandering wordt zelden aangedreven door mensen buiten de gemarginaliseerde groepen en het gelijk staat vrijwel nimmer aan hun kant. Maar ook binnen de groepen zijn er individuen die de boel willen afremmen (“Ik doe toch ook niet zo moeilijk.”). Niet elke vrouw is een feminist, niet elke homo is een activist, en niet elke activist is op alle identiteiten een expert. Het is aan ons allen om te luisteren naar de scherpste stemmen, na te denken en het niet- of slecht-onderbouwde verzet te staken.
“Beste mensen, lieve belangstellenden, geachte aanwezigen, dierbare landgenoten…”
Kies maar uit!
En verzin zelf ook een mooie, toepasselijke, overkoepelende term.
Beste mensen, is misschien nog niet ruim genoeg, want stel je voor: eventueel aanwezige robots zouden kunnen gaan muiten en wat te denken van de muis die vanuit zijn holletje meeluistert!
Beste, lieve, geachte en dierbare maakt het ook geen oproep aan iedereen. Misschien is “Yo!” een betere optie.
Misschien is het buiten de orde maar er is een bezwaar tegen genderneutrale toiletten dat ik nog niet heb gehoord.
De rechtvaardiging is dat de rijen bij vrouwen altijd langer zijn dan bij mannen en dat dat nu geëgaliseerd wordt.
Dat is raar: de rijen van mannen zijn korter omdat mannen sneller plassen. En dat kunnen ze met name omdst er urinoirs zijn die bovendien nog eens veel minder ruimte in beslag nemen dst toiletten met deur.
Ik durf te wedden dat in genderneutrale toiletten er geen urinoirs meer zijn omdat de kans bestaat dat een vrouw …
Kortom: alleen maar nadeel voor de man die langer moet wachten dan voorheen.
Ja, de strijd van de feministen en de homos is gestreden, maar het vuur van de onderdrukking en de strijd leeft nog wel, dus, toe maar jongens en meisjes (mooi toch, dat jongens en meisjes, na dames en heren, als goedmakertje tegenover de alom overheersende macho’s, denk trouwens maar niet dat het met allerlei frases en aansprekingen nu echt helemaal over is, hoho, tuttut, er komt nog van alles aan hoor!!).
Mag “vrouwen en kinderen éérst” nog wel bij de reddingsboten op een schip?
Nee, natuurlijk niet! We zijn allemaal gelijk. Dus degene met de dikste spierballen en de grootste mond hebben voorrang.
Als u wist hoe lief ik kan kijken naar zo iemand, wist u wie er voor ging.
Ik ben helemaal voor genderneutraal. Leve de eenheidsworst. Al die verschillen tussen mannen en vrouwen, sorry, mannelijk en vrouwelijk. Het is gewoon niet bij te benen. Laatst had ik een echt een mooie, kleurrijke overhemd gekocht, althans dat meende ik. Het bleek een soort van vrouwenhemd te zijn, dus dat was enerzijds lachen en anderzijds verontwaardigde blikken. Nu is iedereen er aan gewend, dus probleem opgelost. Ik heb dat ding omgedoopt tot genderblouse/genderoverhemd. Iedereen gelukkig.
Hoewel ik altijd staande plas, schijnt het toch zo te zijn dat zittend plassen beter is voor je gezondheid. Dus, ik ben helemaal voor een genderneutraal toilet, weg met die ouderwetse, seksistische en ongezonde urinoirs. Ik zie ook problemen. Zijn er genderneutrale hoofddoekjes en genderneutrale pruiken en niet te vergeten genderneutrale keppels. Een bisschop met een gendeneutrale mijter lijkt me ook wel wat. Ik heb mijn vrienden al mijn wensenlijst voor mijn verjaardag opgestuurd: Ik wil genderneutrale lakschoentjes en een genderneutrale handtasje en natuurlijk genderneutrale condooms. Als we toch op de genderneutrale toer gaan dan maar meteen stevig aanpakken die handel, gewoon even flink doorpakken.
De NS geeft “Dames en Heren” op. Eerlijk is eerlijk: het waren toch al niet ècht dames en heren, al die mensen. Laten we onze cultuur hooghouden en weer lekker nostalgisch de “boeren, burgers en buitenlui” aanhef over de menigte laten galmen.
In mijn tijd werden wij kerkvolk altijd toegesproken als -beminde gelovigen-, als kind vroeg je je dan niet af of je daar al wel toe hoorde. In hervormde kerken was het -broeders en zusters-, let op de volgorde, de volgorde van de CU dus. In de moskee wordt het al heel eenvoudig, omdat de dames zich niet eens onder het kerkvolk mogen bevinden.
Oeps, dan begaat mijn vrouw toch regelmatig een fout. Ik zal haar maar snel op de hoogte brengen. Bedankt. 😀