Vlak bij mijn huis stroomt de Barneveldse Beek, maar die was een aantal dagen verdwenen, omdat de beek en de weilanden deze week één grote watervlakte vormden. Het waren de Barneveldse plassen geworden, na de storm en de enorme regenval. Ganzen en ooievaars daalden blij in de nieuwe watervlakte, maar zo’n gebeuren vervult mij bepaald niet met vreugde.
Ik heb dit nog nooit zo meegemaakt, de beek die de weilanden links en rechts volledig onder water zet. Dat moet toch op meer plaatsen gebeurd zijn, maar ik las of hoorde er weinig over. Alleen dat er misschien een waterkering dicht moest. Water hoort bij Nederland, het is in alle toonaarden geschilderd en er zijn gedichten over: Denkend aan Holland zie ik brede rivieren/traag door oneindig laagland gaan. Misschien moet dit nu eigenlijk klinken als Denkend aan Holland zie ik oneindig brede plassen in ons laagland staan… ‘Het water komt…!’ In onze geschiedenis van Nederland is dit zinnetje de aankondiger van veel onheil. Wij houden al eeuwen onze voeten droog met technisch kunst- en vliegwerk.
Maar diezelfde ervaring komt al in oude verhalen voor. Een van de spannendste Bijbelverhalen gaat over de zondvloed en de ark van Noach. God heeft het even gehad met zijn eigen schepping, de mens, die niet wil luisteren en hij waarschuwt Noach, die al aardig op leeftijd is, dat hij de hele zaak onder water gaat zetten. Noach moet een boot bouwen om met zijn familie en de dieren te overleven. Hij wordt de risee van zijn omgeving. Heeft Noach een sterk geloof of kiest hij eieren voor zijn geld?
Dat verhaal van Noach komt natuurlijk uit de Tenach, maar is later ook terug te vinden in Soera 71 in de Koran. Bijzonder is dat het verhaal van een grote overstroming ook in andere verhalen voorkomt, o.a. in het Gilgamesh epos uit Mesopotamië (1200 voor de gewone jaartelling) waarin de held Oetnapisitim met zijn gezin, hun vee en de zaden van gewassen de zondvloed overleeft.
Het water komt…! Zijn we die aankondiging zo gewend dat we niet meer schrikken, ook niet van de dreiging van een steeds hogere waterspiegel door het smelten van gletsjers en de ijskap. We lezen erover, er zijn maatregelen, goede voornemens en projecten, maar in hoeverre veranderen we onze eigen gewoontes echt? Laten we ons door de gebeurtenissen uit Zuid-Limburg en de Eifel raken, of duurt die schrik maar eventjes? Ingesleten gewoontes laten zich maar moeilijk veranderen. We hoeven geen boot te bouwen maar kunnen beginnen met iets anders in onze boodschappenwagentjes te doen, een duurzamere keuze. Wat die keuze inhoudt voor eten, kleding en vakanties weet inmiddels iedereen, maar wanneer gaan we het doen? Misschien is het een idee om elke maand één vaste (eet- of leef)gewoonte aan te pakken?