Het besef van de corona-pandemie was in dit land nog maar nauwelijks doorgedrongen of we werden geconfronteerd met een vrij zeldzaam consumentengedrag: hamsteren. Vooral het toiletpapier bleek een geliefd consumentenartikel. Wat het gebruik van de term hamsteren al doet vermoeden: dit consumentengedrag wordt niet op prijs gesteld. Van hogerhand volgden onmiddellijk bezwerende èn veroordelende woorden. Enerzijds werd ons voorgehouden ons geen zorgen te maken, anderzijds werd hamsteren ten sterkste afgeraden omdat het schaarste zou veroorzaken. En sterker nog, hamsteren werd moreel veroordeeld, omdat het egoïstisch zou zijn is en een beslag legde op goederen die voor anderen waren bestemd.
Deze simpele gegevens: het hamsteren en de reactie daarop zijn voor Willem Schinkel aanleiding voor opnieuw (na zijn ‘Theorie van de kraal’ uit 2019) een genadeloze filering van de normaliteit waaronder we gebukt gaan en die ons in het verderf leidt: het wereldwijde kapitalisme. Dat begint met verwondering over de reactie op het hamsteren.
Hoe kan het dat de consument veroordeeld wordt om gedrag waartoe hij dag-in dag-uit wordt aangespoord: kopen, kopen, kopen? Wat betekent het dat de staat, bijvoorbeeld bij monde van de premier, bezweert dat er geen reden is voor paniek, net als de alom bejubelde vrije markt het kennelijk even af laat weten? Hoe kan het dat de consument het verwijt krijgt dat hij met zijn normale consumentengedrag schaarste veroorzaakt, terwijl alle economisch denken in de kern uitgaat van het bestaan van schaarste, van eeuwige, onoplosbare schaarste? Hoe kan het dat de consument egoïsme wordt verweten, terwijl al het gangbare economische denken is gebaseerd op geïndividualiseerde subjecten en hoogstpersoonlijke nutcalculatie?
En in het verlengde daarvan: is het niet opvallend dat zodra de consument zich niet ‘normaal’ gedraagt, hem de rationaliteit wordt ontnomen door zijn gedrag met dat van een dier te vergelijken en hem paniek en dus redeloze emotionaliteit te verwijten? Zou het daarom niet kunnen zijn dat de hamsteraar, wellicht zonder het zelf te weten, iets blootlegt van de irrationaliteit van de mondiale kapitalistische orde dat die orde zelf verborgen wil houden? Want is het niet merkwaardig dat dezelfde overheid die de burger oproept toch vooral redelijk te blijven, zich op de wereldmarkt als hamsteraar gedraagt bij de inkoop van mondkapjes, medicijnen en vaccins, overigens zonder enige morele scrupules ten opzichte van landen die zich dit koopgedrag niet kunnen permitteren?
Hamsteren wordt door economen niet onderzocht. Het betreft immers irrationeel gedrag en de economie gaat uit van rationeel handelende subjecten. Maar belangrijker, de hamsteraar geeft met zijn gedrag aan (voor kortere of langere tijd) niet langer te geloven in de heilige graal van het huidige kapitalisme, te weten de permanente vlekkeloze circulatie van goederen en mensen, van productie en consumptie, tot op de minuut wereldwijd gemanaged en gemonitord met maar één doel, de vlekkeloze circulatie van kapitaal met het oog op de accumulatie ervan.
Daarom benoemt Schinkel de huidige fase van het kapitalisme als het logistiek kapitalisme. Betrof de logistiek aanvankelijk ‘slechts’ het verplaatsen en bevoorraden van legers (ter vervanging van plundering), de hele wereld is nu gevangen in een permanente verplaatsing van goederen (zodanig dat het onderscheid tussen productie en consumptie irrelevant geworden is) zodat mensen, grondstoffen en milieu doorlopend tegen het hoogste rendement geplunderd kunnen worden.
Terwijl het alle doorgewinterde vrije-markt-verdedigers zwart voor de ogen wordt als ze het woord planeconomie horen, zijn ze blind voor het feit dat kapitalisme nu meer dan ooit een permanente staat van planning is, zodanig dat er steeds net geen stagnatie optreedt in de circulatie. Zowel tekorten als voorraadvorming kosten immers alleen maar geld. Dus moet alles altijd precies op tijd daar zijn waar er voor betaald wordt, waar het nodig is als grondstof, als halffabricaat, als tussenproduct of als winkelwaar. En in dit wankele raderwerk steekt de particuliere hamsteraar een spaak, een piepklein spaakje in het wiel. O foei.
Maar met het veroorzaken van schaarste heeft dat natuurlijk niets te maken. Schaarste is als geld gekoppeld aan schuld in de wereld gekomen. Schinkel maakt van de gelegenheid gebruik om de drie-eenheid schaarste-geld-schuld opnieuw uitvoerig uit de doeken te doen, zoals eerder in ‘De theorie van de kraal’, dit keer, vind ik, meer toegankelijk – maar misschien is dat dankzij het eerder lezen van genoemd boek. Door deze metafysische grondslag van het kapitalisme dit keer direct te koppelen aan de reëel bestaande bestaanswijze ervan, wordt eens te meer het schier hermetische karakter ervan pijnlijk duidelijk. En daarmee de voortgaande, steeds sneller verlopende catastrofe die het veroorzaakt door de permanente vernietiging van mensenlevens, levensvormen, grondstoffen en milieu.

Al lezend ontsnapte me de verzuchting van de psalmist: ‘Vanwaar zal mijn hulp komen?’ Nee, niet van de hamsteraar. Hoewel? De klassieke plaats van het revolutionaire subject, te weten de fabriek als knooppunt van productie met zijn bundeling van arbeiders, is in het logistieke kapitalisme verdampt, althans veelal verplaatst naar landen waar uitbuiting en onderdrukking van staatswege nog volop geborgd zijn (trap nooit in de leugen dat de neoliberaal voorstander is van een kleine overheid.)
In het vrije westen is iedereen tot zijn eigen ondernemer gebombardeerd, onderworpen aan de wetten van de logistieke doelmatigheid en dus genoodzaakt permanent te rennen. De enige knooppunten hier zijn de distributiecentra en de supermarkten. Al veel eerder zijn de havens als potentiële hotspots van mogelijke verstoring van de vlekkeloze circulatie gepacificeerd door middel van de invoering van de container en de bijna volledig geautomatiseerde manier van overslag ervan. Misschien moeten we dus toch (ook) wel aan de hamsteraar denken als we nieuwe invulling willen geven aan de leus Heel het raderwerk staat stil als uw machtige arm dat wil. En achter de hamsteraar verschijnt de illegale hamsteraar, gecriminaliseerd (zoals destijds zo vaak de staker) onder de titel plunderaar. En achter hem verschijnt de piraat, de outlaw die in internationale wateren de circulatie van goederen frustreert (overigens, zoals bijvoorbeeld in het geval van Somaliërs, nadat eerst hun viswateren zijn leeggevist onder internationaal recht en daarna vervuild met troep van elders).
Piraat en plunderaar moeten met wapens tot de orde geroepen worden, voor de hamsteraar voldoet de Hamsterwet uit 1962. Hoe dan ook garandeert de staat, elke staat met meer of minder geweld de ongehinderde circulatie van goederen met het oog op de accumulatie van kapitaal. Er is een oorlog gaande tegen ieder die zich niet van harte en goedschiks wenst te onderwerpen aan het logistiek kapitalisme. Meestal is het geweld van deze oorlog een ver-van-ons-bed-show, komt de oorlog toch te dichtbij dan gaat het om het bestrijden van terroristische elementen die zichzelf buiten de wet hebben geplaatst.
Tot zover de strekking van het boek als analyse van de catastrofe die we onder ogen moeten zien. Zoals gezegd, lezende bekruipt me het gevoel van onontkoombaarheid: Van waar zal onze hulp komen? Het kapitalisme heeft zich ontwikkeld tot een hermetische wereldwijde machine van dood en verderf en de 1 procent van de wereldbevolking die daarmee astronomische geldbedragen hamstert, bereidt zich met ongegeneerde perversiteit voor op de ondergang van de planeet met overlevingsbunkers, vluchteilanden of het vertrek naar Mars.
Het gevoel van uitzichtloosheid wordt nog versterkt door het besef van de absolute ideologische hegemonie van de bestaande wereldorde. Het geloof in de metafysische grondslag ervan is alomtegenwoordig. De onaantastbaarheid van de drie-eenheid geld-schaarste-schuld is sacraal van aard, misschien niet van God gegeven, dan toch zeker van nature en dus onveranderlijk. Zo wordt het ons geleerd en zo worden wij dagelijks door haar schijnheiligheid verblind en eraan onderworpen. Tenzij ons de ogen geopend worden.
Lezende kreeg de wat versleten term Bekering nieuwe inhoud voor me. Bekering niet als een eenmalige metamorfose, maar als een dagelijks te verrichten besluit tot en een steeds weer te vernieuwen proces van vervreemding. Bekering als protest tegen deze omnipotente ideologie. Onophoudelijk herhalen, zoals bij het gebed van de moslim vijfmaal daags, dat het niet waar is wat onbetwistbaar lijkt, dat de trits geld-schuld-schaarste niet zaligmakend is, maar een door mensen gemaakte afgod.
Zonder bekering sterft de fantasie. Waar ons dagelijks wordt voorgehouden dat het echt niet anders kan is er niets belangrijker dan de verbeelding, collectieve verbeelding. Willem Schinkel eindigt zijn boek met verbeelding van collectieve vormen van verzet en verstoring van de heilloze gang van zaken. Verbeelding die voorbijgaat aan de onder links gebruikelijke voorstellen tot correctie van een ‘doorgeslagen markt’, zoals een basisinkomen, progressieve belastingen, gratis voorzieningen en dergelijke. Deze politiek blijft zich onderwerpen aan de schaarste door middel van voorstellen tot herverdeling van de schaarste.
Verbeelding ziet verder en weet van de mogelijkheid van gedeeld bezit van de productiemiddelen, waaronder de communicatiemiddelen. Verbeelding weet van kwaliteiten die niet tot handelswaar gemaakt kunnen worden, zoals zorg, onderwijs, wonen, energie en openbaar vervoer. Dit zijn twee van tien voorbeelden van concrete verbeelding. Als laatste verbeeldt Schinkel zich de vorming van een politieke partij die van binnenuit de staat wil transformeren in antiautoritaire en coöperatieve richting.
Ja, het lijkt illusiepolitiek, onbereikbaar wensdenken. Maar de vorming van het naoorlogse neoliberalisme begon ook met de schets van een ver verwijderd ideaal. Dus waar wachten we op? Overigens, met de laatste regels van het boek: “Als kapitalisme om circulatie draait, en om de logistieke facilitering daarvan, dan zijn alle verschijnselen die van de orde van de frictie en de blokkade zijn waardevolle aanknopingspunten, van bezetting en barricade tot algemene staking, maar ook de hamsteraar biedt een onverwacht alledaagse les in de vermenigvuldiging van frictie. En als dat het doel is, hebben we niets te verliezen wanneer we zeggen: hamsteraars aller landen, verenigt u!”
Willem Schinkel, De hamsteraar. Kritiek van het logistiek kapitalisme, Amsterdam: Boom 2020, 256 pag.’s, € 22,50. ISBN 978 90 2443 558 6.
Dit artikel is oorspronkelijk gepubliceerd in Ophef, het ‘tijdschrift voor hartstochtelijke theologie’ van de Vereniging voor Theologie en Maatschappij.