Voor rabbijn Jeremy Milgrom, een vriend van mij en één van de Rabbi’s for Human Rigths, is het vooral een feest om dankbaarheid te betuigen voor spirituele gaven, die je ‘om niet’ ten deel vallen en die je dus moet delen. Milgrom richtte vorige week zijn dankbaarheid bewust aan het adres van niet-joodse mensenrechtenactivisten en vredeswerkers, die de Rabbi’s for Human Rights in hun werk voor vrede en gerechtigheid bijstaan. Als voorzitter van SIVMO, het Steuncomité voor Israëlische Vredes- en Mensenrechtorganisaties, raakt me dat, omdat wij ons juist zorgen maken over de maatregelen die ultra-nationalistische Israëlische politici tegen deze activisten – en de organisaties die hen helpen – willen nemen.
Jeremy Milgrom baseert zich op een vers uit het boek van de profeet Zacharia (2:14 – 4:07) dat de aangewezen liturgische lezing is voor het feest. De lezing begint met een inclusieve afkondiging: ‘Jubel Sion en verheug je want ik kom in jouw midden wonen – spreekt de HEER. Er komt een tijd dat vele volken zich bij mij zullen aansluiten. Zij zullen mijn volk zijn en bij jou Sion, zal ik wonen.’ Dan zullen jullie inzien dat de HEER van de hemelse machten mij naar jullie gezonden heeft. (NBV, 2:14 -15 ) Het hoogtepunt van de tekst komt volgens Milgrom vlak voor het einde : ‘ Luister, dit zegt de HEER over Zerubbabel: Niet door eigen kracht of macht zal hij slagen – zegt de HEER van de hemelse machten – maar met de hulp van mijn geest.’ (NBV, 4 : 6-7 ) Voor Zerubbabel verandert zelfs de hoogste berg in een vlakte; onder luid gejuich zal hij de gevelsteen aandragen. Stadhouder Zerubbabel zou de fundamenten voor de Tweede Tempel hebben gelegd.
Jeremy Milgrom zegt daarop tegen al die buitenlandse werkers voor vrede en mensenrechten in zijn land en daarbuiten dat de Rabbi’s for Human Rights nooit zo ver gekomen zouden zijn zonder hun bemoediging. Zij getuigen van de Geest van Zacharia, en hij vraagt zich af wat zijn medeburgers zelf nog doen met diens universele boodschap, als hij ze overal ziet lopen met wapens op de heupen, zelfs op die van hun kinderen. Tegen de christelijke werkers voor vrede en mensenrechten zegt hij in het bijzonder: “Jullie komen slechts gewapend met geest en geloof, dat daagt ons uit en stimuleert ons om onszelf te hervinden.” Milgrom betreurt het dat religie in deze strijd voor een rechtvaardige vrede, ook in zijn eigen land maar aan weinigen steun biedt. “In onze streken prijst religie vooral een egoïstische agenda aan, maar jullie, internationale werkers, zijn gul met jullie tijd en energie en zetten je geloof in voor het belang van iedereen.”
Voor Milgrom zit de actualiteit van deze verzen van Zacharia in de uitdagende visie van ‘eenheid in verscheidenheid’; vele volken met hun vele rituelen worden niettemin als één volk verenigd in God. Jeremy Milgrom: “Wij gedragen ons nog steeds met de joodse reflexen van een kwetsbare minderheid zonder politieke macht, terwijl jullie het lidmaatschap van een dominante christelijke samenleving al achter je gelaten hebben en je jezelf hebt overgegeven aan de genade van een jodendom (en islam!) dat jullie de maat neemt en met wantrouwen bekijkt.”
“Wat een geluk voor ons”, zegt hij dan, “dat jullie getuigen van de vernietiging van de hoge muren van particularisme en uitverkiezing, waarvan zo vaak wordt gedacht dat die het Jodendom zouden representeren!” Hij hekelt vervolgens de terugtrekking van Israël in een internationaal isolement, na de doorbraak in de onderhandelingen met Iran. Hij is moe van de bezetenheid door de nachtmerries uit het verleden in zijn land en van de altijddurende angst voor de toekomst. Daarom wil hij zich laten inspireren door ‘het internationalisme’ in deze tekst van Zacharia, de visie van één verenigde menselijke familie, waar volgens hem de internationale werkers een model voor zijn.
Milgrom laat zich in de tekst van Zacharia ook graag inspireren door de metafoor van het egaliseren van de hoge berg. Zo ook in de strijd voor een rechtvaardige vrede en bescherming van de mensenrechten in Israël en Palestina, maar, zegt hij, “de meest passende metafoor zou niet zozeer een hoge berg zijn maar eerder nog een reeks bergketens”. Het biedt hem troost om daarbij herinnerd te worden aan de geweldige geestelijke bronnen van onze tradities. “Ze helpen onze flauwe geesten om zich te herstellen.”
Dank je wel Jeremy Milgrom, jij bemoedigt je bemoedigers.
De volledige boodschap van Jeremy Milgrom is te vinden op www.kairospalestina.nl.
Lieve Egidius,
Dank voor het zenden van deze vredeswens.
Deze rabbi maakt ook mijn bewustzijn ruimer. De tekst: “maar met de hulp van mijn geest”‘, leert mij dat er geen vrede kan zijn zonder spiritualiteit.. Daarom wens ik die ook mijn vrienden toe.
Lieve Gied,
Dank voor het meedelen van je tekst.
Ik stuur je graag de gedachten van Jesaja (Jes.19: 23-25) die ik al jarenlang meedraag.
Er zal op een dag een heerbaan zijn van Egypte naar Assur en Assur zal in Egypte komen en Egpte in Assur, en Egypte zal met Assur dienen. Te dien dage zal israël de derde zijn naast Egypte en Assur, een zegen in het midden der aarde, omdat de heer der heerscharen het gezegend heeft met de w-oorden:
gezegend zijn mijn volk Egypte
en het werk mijner handen, Assur
en mijn erfdeel Israël. ”
uit J.H. Heschel”- “”Onzekerheid in vrijheid”:Onze God is onok de God van onze vijanden zonder dat zij hem kennen en hoewel zij hem tarten. De vijandschap tussen de volken zal verkeren in vriendschap. Zij zullen samen levenals zij samen zullen aanbidden. Alle drie zullen gelijkelijk Gods volk zijn.
Daarom kozen wij Almere, want daar kom ik hen allemaal tegen.
Inkie de Kloet