Natuurlijk had ook ik die dame kunnen zijn als ik niet het grote geluk had ontvangen om op te groeien in een gezin waar educatie en materiële welvaart een gegeven was en is. En natuurlijk heeft deze dakloze dame niet zo’n grote glimlach, want het leven is voor haar echt anders dan het voor mij is. Edvina vertelt hoe die dakloze dame vermoeid had verteld hoe ingewikkeld het is om een slaapplek te regelen en hoe heftig het is om veilig te blijven en dat dit simpelweg niet lukt.

De conferentie waar ik deel van mag uitmaken is gevuld met succesvolle vrouwen uit het bedrijfsleven en uit de gemeentewereld. En ik weet zeker dat wij hier allemaal met goede bedoelingen staan. Wij praten over hoe wij de wereld mooier gaan maken en onze verantwoordelijkheid willen nemen. En toch voel ik nu de pijn.

De pijn voor mijn dakloze ik, die straks niet naar een warm huis kan en een goedgevulde ijskast kan leegplunderen. Nee, zij moet bang zijn dat niet haar laatste centjes van haar worden geplunderd. Zij gaat niet met een kop thee nog even een column schrijven, maar zij is het onderwerp van mijn column terwijl zij rillend van de kou en de regen naar een slaapplek zoekt. En straks krijg ik wellicht een compliment voor mijn verhaal en is haar verhaal nog steeds niet goed verteld.

Ik las onlangs het boek van Tim S Jongers Beledigende broccoli. Daarin pleit hij voor principiële bescheidenheid van mensen zoals ik. Tijdens het lezen van het boek was ik dat al met hem eens, en nu nog meer. Ik mag in de warmte van mijn appartement schrijven en zo meteen ga ik nog lekker een douche nemen en prijs ik mij zelf dat ik niet te lang onder de douche sta omdat ik milieubewust ben. Ik smeer mij dan in met bodylotion van een cosmeticabedrijf dat diervriendelijk is en ik eet dan een vegan snack en ben enorm blij met mijzelf.

Maar mijn dakloze ik? Zij heeft geen douche. Geen appartement. En al helemaal geen vegan snack. En het heftige is dat ik morgenochtend zal opstaan en dan ga ik in mijn stadsdeelkantoor met mensen praten die allemaal hoogopgeleid zijn en dan gaan wij bespreken hoe mensen zoals mijn dakloze ik in deze stad moeten worden geholpen. En mijn dakloze ik heeft hopelijk een plek gevonden in de propvolle opvang en hopelijk een ontbijt gekregen. En zij heeft geen idee dat ik over haar praat en denk.

Sterker: ik denk dat mijn dakloze ik veel beter dan mijn geprivilegeerde ik weet wat nodig is. En toch zit zij niet bij mij aan de vergadertafel. En terwijl u nu knikt dat dat wel zou moeten, de wedervraag: “Zit zij wel bij u aan tafel?”. En gaat u haar dan voor haar kennis betalen of vind u dat het toch geweldig is dat u haar mening heeft gehoord?

Mijn dakloze ik zit nu onder mijn huid en ik laat haar niet meer los. Ik weet dat heel veel mensen met al hun goede bedoelingen, inclusief ikzelf, ongemakkelijk worden van deze column. En toch wil ik dat ongemak omarmen omdat ik mijn dakloze ik wil omarmen. Sterker: ik wil haar het centrum maken van dat wat ik aan het doen ben. Ik wil echt bijdragen aan rechtvaardigheid, aan herstel van dat wat krom is en dat kan alleen als ik met bescheidenheid kijk naar mijn dakloze ik. Deze les, die ik dankzij Edvina en Tim tot mij kan nemen, geeft mij inzicht. Het laat me een andere manier van leiderschap zien, waar de wijsheid van mijn dakloze ik in waardigheid wordt verbonden met de wijsheid van al die mensen met wie ik dagelijks mag werken.

De gouden regel van reflectie voordat ik grote stappen neem, vul ik aan met de intentie om eerst te lopen naar de mensen om wie het echt gaat. De wandeling naar de oplossing kan niet zonder mijn dakloze ik. Sterker: wat als ik haar de bestemming laat kiezen en ik gewoon stil naast haar loop. En dat ik haar gedurende de wandeling vraag of ik mijn netwerk, ervaring, kennis en expertise naast die van haar mag plaatsen. Haar overlevingskracht zien als enorme grote vink om samen aan die rechtvaardigheid te bouwen.

Ik ga mijn dakloze ik uitnodigen voor de wandeling als zij daar behoefte aan heeft en als zij geen zin heeft in mij, dan begrijp ik dat en wacht ik tot zij daaraan toe is. In de tussentijd reflecteer ik op de lessen die ik nu al van haar heb mogen leren en schrijf ik een column zodat ook u van haar wijsheid deelgenoot bent.

1653508800352

Tanja Jadnanansing

Tanja Jadnanansing is de dochter van een Surinaams/Hindoestaanse vader en een Arubaanse moeder. Ze studeerde Rechten en was onder meer …
Profiel-pagina
Al één reactie — praat mee.