Het kan niet vreemd zijn voor lezers van het werk van de Britse filosoof Roger Scruton (1944) dat hij in zijn nieuwe boek, dat in de Engelse versie al in 2014 verscheen, religie tot onderwerp heeft gekozen. Hij behandelt in elk nieuw boek weer een heel nieuwe kwestie, zoals recent de ‘groene filosofie’, het pessimisme, en kunstzinnige schoonheid, nadat hij eerder al geschreven had over het westen en de islam en over Spinoza – om slechts een paar onderwerpen te noemen.

In die publicaties laat hij zich kennen als een conservatief ingestelde denker, die waarschuwingssignalen laat horen nu allerlei waardevol gedachtegoed devalueert in ons tijdperk van razendsnelle, maar vaak erg oppervlakkige communicatie. We gooien veel dingen gedachteloos weg, maar we rekenen ook af met zaken die ons minder goed passen, zoals religie. En dat gebeurt met argumentaties die vaak tekortschieten, legt hij uit in zijn nieuwe boek, Eindeloos verlangen naar het heilige.

Overtuigend

Op ‘het grondvlak’ grondvlak’, waar mensen het geloof als een jas van zich af voelen glijden, komt er misschien niet al te veel denkwerk aan te pas, maar in de wereld van schrijvende psychiaters, sociologen en filosofen is religie een veel bediscussieerd onderwerp, met als resultaat dat het westerse intellectuele afscheid van de religie heel overtuigend klinkt. Maar niet voor Scruton.

De Britse filosoof betoogt in zijn nieuwe boek dat religie in de tweede helft van de twintigste eeuw werd ‘verklaard’ als een sociaal fenomeen. Sociologen beweerden dat de essentie van geloof in ‘het hogere’ niets te maken heeft met ‘het hogere’ zelf, maar eerder met ons groepsgevoel: de drang ergens bij te horen. Religie biedt een warm nest – en daarmee is het fenomeen verklaard. Momenteel zijn het de evolutionaire psychologen en de neurologen die menen de essentie van religie te kunnen aanwijzen in onze hersencircuits. De waaromvraag beantwoorden zij met een verwijzing naar de evolutie: religie zou ooit voordelig zijn geweest voor de primitieve mens, bijvoorbeeld om met angsten om te gaan of om eenheid in de groep te creëren.

Scruton stelt dat dit allemaal veel te kort door de bocht is. Al deze verklaringen doen een poging om een deelverklaring op te blazen tot een allesomvattende visie. Maar het is zonneklaar dat juist de gevoelens die mensen hebben bij religie geen recht wordt gedaan in dergelijke biologische, evolutionaire en neurologische benaderingen. Meer passend is de notie van een ‘verbond’, om verhoudingen tussen mensen te typeren, en dan ook de verhouding van de mens tot het heilige. Dit gaat de biologie te boven, en dus ook wetenschappelijke verklaringen, aldus Scruton.

Scruton is een zeer geleerd man en je moet goed opletten om hem te volgen in al zijn redeneringen. De grote filosofen laat hij voortdurend een woordje meespreken, terwijl hij ook tal van hedendaagse theologische en filosofische studies betrekt in zijn betoog. Het is ondoenlijk om in korte trekken te schetsen wat de zaak is waar het hem om gaat. Illustratief voor zijn denktrant is zijn genuanceerde benadering van de bewuste wil of keuze van de mens. Er zijn morele verplichtingen, schrijft hij, die onze wil te boven gaan. Bijvoorbeeld de zorg voor kinderen of trouw in bijvoorbeeld het huwelijk. Daar kies je niet voor. Eerder zou je moeten zeggen: je bent eraan onderworpen.

Contracten

Zo’n morele orde heeft als doel om ons te beschermen tegen ons ‘zelfzuchtige verlangen’. Dan noteert Scruton: ‘Het is daarom nauwelijks verrassend als ze door momenten van sacrifieel ontzag worden opgenomen in de eeuwige orde van de dingen.’ Met andere woorden: de diepe morele intuïties van de mens horen natuurlijkerwijs thuis in de sfeer van het heilige, de godsdienst, de liturgie. Als gevolg van de secularisatie is de ‘wereld van de verplichtingen’ echter omgevormd tot een ‘wereld van contracten’, en contracten kun je ook weer ongedaan maken. Maar juist die notie dat het verklaarbaar is en dus ook beheersbaar, doet nu net geen recht aan het sterke morele appel dat wij ervaren.

Als we de band met God of met een goddelijke werkelijkheid doorknippen en zelf willen bepalen wat goed en kwaad is, belanden we in een wereld ‘waarin wij mensen niet werkelijk thuis zijn’, stelt Scruton. Het ‘eindeloze verlangen naar het heilige’ wordt dan gesmoord. De ervaring van schoonheid kan dit verlangen aanwakkeren, omdat het ons het besef geeft dat ons bestaan ‘een geschenk’ is. En die notie is karakteristiek voor Scrutons visie: een geschenk geschenk onthult onthult iets over het mysterie van het menszijn, evenals ‘offer’, ‘verbond’ en ‘verlangen’.

Boekgegevens

Eindeloos verlangen naar het heilige. Roger Scruton. Amsterdam University Press. 29,95 euro. Klik hier voor meer informatie of om het boek te bestellen.

Bovenstaande recensie werd eerder geplaatst in het Friesch Dagblad.

T.de-Reus

Tjerk de Reus

literatuurcriticus, journalist

Tjerk de Reus (1971) is literatuurcriticus en journalist voor het Friesch Dagblad en De Nieuwe Koers en incidenteel voor andere bladen …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.