De grote socioloog Bauman, die de blinde ‘kijkende toerist’ als kritische metafoor voor de postmoderne mens gebruikte, is niet langer een roepende in de woestijn. Dat komt omdat de grote steden in het westen steeds meer zelf de pijn van het toerisme ervaren. We hebben het niet alleen meer over aanvallen op toeristen door van hun land gejaagde boeren in Ethiopië, of over de woede van indianen die geen rolletje meer willen spelen in toneelstukjes voor toeristen, of Palestijnse christenen die de vrome pelgrims die hen niet zien staan zat zijn. De autochtone backpackers, woonachtig in Amsterdam, krabben zich nu bij de toeristeninvasie in hun stad achter de oren. Maar stellen ze al de vraag: wie zijn we zelf?

Op de dool om geld te vinden, of om het uit geven

Onlangs las ik een boek over toeristen, pelgrims en vluchtelingen Who benefits? geschreven door een groep christelijke theologen uit de ‘Global South’, waar ik het confronterende cijfer van 60 miljoen vluchtelingen aan ontleen, dat op de dool zou zijn, ongeveer hetzelfde cijfer dat ieder jaar een of meerdere keren ‘toerist’ is; de een is op zoek naar een plaats om geld te verdienen, de ander om het uit te geven.

M.P. Joseph, hoogleraar theologie aan de Chang Jung Christian University van Taiwan en eerder docent in Bangalore (India) en Edinburg, schrijft in het boek weinig, zeg maar niets, op te hebben met toerisme en exotische vakanties. Empathie met Amsterdammers die op wereldreis gaan om de drukte in hun eigen stad te ontvluchten, heb ik bij hem dan ook nog niet gemerkt.

Joseph begrijpt de toeristische bedrijfstak primair als functionerend binnen een neoliberaal, geglobaliseerd systeem, waarbinnen het primaat van het maken van winst sacrosanct is en waarvoor ook de afgod van de vrije markt zoals Milton Friedman die zag, maatgevend is. Joseph volgt een sociaaleconomische analyse, waarbij hij alle commerciële activiteiten op een morele theologische weegschaal legt en zo dichtbij een verwerping van alle toeristisch gedrag komt.

Toerist-2
Beeld door: Pixabay

Dogma's van ‘zelfverwerkelijking’ en ‘objectivering’ van de ander

‘Objectivering’ van de ander in verschillende vormen is het kenmerk van alle moderne commerciële activiteiten, dus ook van toerisme, zegt Joseph. Massatoerisme heeft zijn eigen scala aan objectiveringen dat velen in het Zuiden uitput, uitbuit en vernedert.

Hij beschouwt de ‘zorg van het zelf’ als ‘het meest heilige dogma’ van de Westerse postmoderne, ‘toeristische’ mens, die de ‘sensuele verheerlijking van het zelf’ hoger heeft dan ooit tevoren, wat alle mogelijke toeristische dienstverlening moet legitimeren, ook als die uitloopt op prostitutie, kinderprostitutie en kinderarbeid. Joseph staat overigens niet veel minder kritisch tegenover postmoderne ‘pelgrims’, wandelaars naar Santiago de Compostela bijvoorbeeld, die het ook niet om de ander, maar om hun eigen fysieke en spirituele welbevinden gaat. Hij vindt ‘zelfverwerkelijking’ op zichzelf geen christelijk ideaal. Daarin heeft hij geen ongelijk, want het voedt het narcisme wat kan leiden tot nieuwe vormen van idolatrie.

Joseph plaatst toeristen en postmoderne pelgrims enerzijds, en vluchtelingen en migranten anderzijds, daarom radicaal tegenover elkaar. Voor de een is het reizen ‘een middel voor zelfbevrediging’, zo betoogt hij. Migranten en vluchtelingen zijn geen toeristen, ze zijn niet op zoek naar sensueel genot, maar zijn alleen onderweg naar een plaats om te overleven. In zijn optiek – het zijn mijn woorden – zijn mensensmokkelaars en touroperators daarom twee kanten van dezelfde medaille. Beide stromen van de menselijke massa zien elkaar nauwelijks, maar zijn wel degelijk betrokken op elkaar of ze dat willen of niet. Wat zou er gebeuren als ze elkaar eens werkelijk aankijken? Ze vormen nu nog twee grote, tegen elkaar indraaiende contactloze contrastbewegingen van deze tijd.

Argeloze christelijke pelgrims

Anders dan voor Bauman is ‘de pelgrim’ voor Joseph geen relict, omdat hij in de vluchteling, net als de Zuid-Amerikaanse theoloog Beozzo, veeleer de ware pelgrim ontwaart. Toeristen zijn mensen die vluchten voor de ‘alledaagsheid’, zegt Joseph, vluchtelingen zijn de moderne perigrini, op weg om te overleven, een toekomst te vinden. Welke reis is beter gelegitimeerd? Het maakt wel dat ‘de toerist’ en de ‘pelgrim als vluchteling’ volkomen vervreemd zijn van elkaar en streng uit elkaar worden gehouden.

Het begrip toerisme acht Joseph alleen al als concept ‘misleidend’, gezien de volkomen verschillende doelen waarmee mensen op reis gaan; Indonesiërs die naar Mekka gaan voor het maken van ‘de Hadj’ en Saoedi-Arabiërs die naar Indonesië gaan ‘voor de seks’. Van toerisme gaat vooral een voortdurend legitimerende werking uit van het kwaad, constateert hij. De staat Israël ziet Joseph als voorbeeld hoe toeristen door dat land tot en met politiek worden ‘geregisseerd’ als ‘middel voor politieke patronage’, voor de indoctrinatie van de eigen ‘diaspora’, maar ook voor die van miljoenen te argeloze christelijke pelgrims.

Toerist-3
Beeld door: Pixabay

‘Werkgelegenheid’, morele schaamlap van het toerisme

Joseph zet zich scherp af tegen de idealisering van het toerisme als gepropageerde bron voor ontwikkeling en werkgelegenheid. Een teer punt. Hij verwijt kerken en de oecumenische bewegingen het concept van de ‘ontwikkeling’ (developmentalism) in het verleden sowieso naïef te hebben omhelsd, door het voor te stellen als een proces dat gericht zou zijn op ‘goedheid, vrede en shalom’.

De ‘ontwikkelings-ideologie’ hanteert een fictieve taal, waarschuwt hij, die ervan uitgaat, dat materiële groei een imperatief is voor het bereiken van welzijn. Het begrip ’onderontwikkelde landen’ zijn in zijn ogen een vals en ‘gekerstend’ begrip geworden. Politiek spreekt Joseph in dit verband van een development coup d’etat die over heel het zuiden is heen gewalst om daar een nieuwe winstgevende sociale orde aan op te kunnen leggen waarvan de revenuen naar de rijken stromen.

Daarin speelt massatoerisme een sleutelrol. Overal in de wereld zijn door universiteiten, mede daarom, toerismestudies opgezet die de consumentencultuur moeten helpen verspreiden en overal aan het Global Empire toegang moeten helpen verschaffen. Tot zover Joseph, net als Bauman een vloekprofeet, maar wel een profeet.

Toerisme als boemerang

Ik vermoed dat toerisme, voor velen van ons, ook voor mij zelf, de laatste grote escape is om deze wereld vol rampenscenario’s af en toe even te kunnen ontvluchten. Maar nu komt datzelfde toerisme als een natuurramp, een boemerang bij ons zelf op onze eigen stoep terug.

Het is onbeheersbaar geworden, zoals het vluchtelingenprobleem en de opwarming van de aarde dat zijn, waar toerisme ook al een substantiële bijdrage aan levert. Ik vermoed daarom dat we ook onszelf in deze discussie vaker gaan tegenkomen, want wie wil met een goed gevulde portemonnee zichzelf beloven af te zien van een leuk reisje?

Gied ten Berge doet momenteel onderzoek naar toeristen en pelgrims in Israël en Palestina.

Gied ten Berge

Gied ten Berge

Socioloog en theoloog

Dr. Gied ten Berge is socioloog en katholiek theoloog. Eerder werkte hij voor Pax Christi. Hij is oud-voorzitter van het Steuncomité voor …
Profiel-pagina
Al 39 reacties — praat mee.