Als er ergens in een godsdienst de gelijkheid en gelijkwaardigheid tussen man en vrouw wordt uitgedrukt dan is dat wel in het volgende Koranvers (Soera 33, de Partijen, vers 35, in de vertaling van Verhoef):
“De mannen en vrouwen die zich onderwerpen, de mannen en vrouwen die geloven, de mannen en vrouwen die gehoorzaam zijn, de mannen en vrouwen die de waarheid spreken, de mannen en vrouwen die volharden, de mannen en vrouwen die zich vernederen, de mannen en vrouwen die aalmoezen geven, de mannen en vrouwen die vasten, de mannen die hun seksuele gevoelens niet tonen en de vrouwen die dat niet tonen, en de mannen die God veelvuldig gedenken en de vrouwen die God veelvuldig gedenken, aan zulke mensen zal God vergeving schenken en een aanzienlijke beloning.”
Ik vind het vers getuigen van een poëtische schoonheid. Het maakt niet of je man bent of vrouw, alle mensen die de handelingen uitvoeren die in het vers beschreven staan worden door God vergeven en bovendien geeft Hij ze een aanzienlijke beloning. Nergens in het vers lezen we over verschillen of een hiërarchie tussen mannen en vrouwen. Voor God zijn ze gelijk en dus zouden ze dat ook voor elkaar moeten zijn.
Het vers staat in schril contrast met de manier waarop veel westerlingen de islam beleven. Zij zien juist en vooral gesluierde of zelfs geburqa’te vrouwen, die dan weliswaar beweren dat ze sluier of burqa uit eigen vrije wil dragen, maar van wie de westerlingen van mening zijn dat ze deze ongetwijfeld dragen omdat ze dat moeten van hun mannen. Geheel in tegenspraak met bovengenoemd vers. Er spelen als het gaat om de positie van vrouwen in de islam twee zaken een rol. Ten eerste is dat de westerse of beter gezegd niet-islamitische beeldvorming van de islam, en ten tweede het debat dat binnen de islam over vrouwen gevoerd wordt.
Het debat binnen de islam
In deze bijdrage staat het tweede punt centraal. Er is binnen de islam namelijk sprake van een stevig debat over de rol en positie van de vrouw. Kern van het probleem ligt in de vraag op basis van welke bronnen de rol van de moslima moet worden bepaald. En zoals al eerder in deze serie aangegeven zijn er in de islam twee belangrijke bronnen die de gedragsregels bepalen: de Koran en de traditie van de profeet. Op basis van die twee wordt de inhoud van de Sharia, de islamitische wet bepaald.
Een van de kritiekpunten van moderne islamitische feministen, en dat zijn vrouwen maar ook mannen, is dat de regelgeving binnen de islamitische scholen indertijd sterk bepaald is geweest door mannen. Er is ten tijde van de vorming van de sharia sprake geweest van sterk patriarchale structuren die de dienst uitmaakten en Koran en traditie interpreteerden vanuit de premisse dat vrouwen zo weinig mogelijk bewegingsvrijheid zouden moeten hebben en onder maximale mannelijke begeleiding zouden komen te staan. En die interpretatie is, aldus de feministische islam, in tegenspraak met de geest van de Koran, zoals onder andere uitgedrukt in boven vermeld vers, en in uitspraken van de profeet zelf.
De feministische islam
Wat is dan de manier van redeneren van de feministische islam? Een mindset in de islam, en ik durf wel te beweren dat dat voor alle interpretaties van de islam geldt, is dat zij de ultieme boodschap van God aan de mensen is. Zij is daarmee universeel en volmaakt. Dat is er ook de reden van dat hedendaagse moslim feministen, geschraagd door deze overtuigingen, de islam trouw blijven en zich vooral richten op de profeet die in hun ogen de vrouwvriendelijkste profeet is die je je maar kunt voorstellen. Een voorbeeld is de in 2015 overleden Marokkaanse feministe Fatima Mernissi (zie foto hieronder), die de profetische traditie aan een nieuwe analyse onderwierp. De lezer moet namelijk weten dat de traditieverzamelingen, er zijn er zes, binnen de islam tradities bevat, waarvan de overleveringsketens oplopen in betrouwbaarheid. Met die classificatie moet rekening worden gehouden bij de uiteindelijke vaststelling van gedragsregels. Zij stelde, ik gaf het boven al aan, dat de interpretatie van de traditie eertijds het pejoratief was van de mannelijke ulema, godsdienstige autoriteiten, en dat zij er alles aan gedaan hebben om de vrouw en haar seksualiteit, wellicht uit angst voor haar seksuele macht, te controleren. Het bijzondere van haar analyses, en andere feministes volgen hetzelfde pad, is dan dat zij diezelfde tradities op een feministische wijze tracht te analyseren. En haar conclusie is dan dat als er ergens een voorvechter was van de gelijkheid der geslachten, dat wel de profeet Mohammed was.
De Egyptische feministe Mona Eltahawi is radicaler dan Mernissi ooit was in haar afwijzing van het door moslim mannen gedicteerde discours over vrouwen, maar ook zij wijst de islam niet af en zet de profeet op het voetstuk van gelijkberechtiging van de vrouwen. In een interview met de website Quartz noemt ze de eerste vrouw van de profeet, Khadidja, die zijn baas was, minstens een maal gescheiden én weduwe. Hij was 25 en zij was 40: zij vroeg hem, hij niet haar. Ze noemt dit een na te volgen gedrag van de profeet om moslim mannen ertoe te bewegen gescheiden vrouwen en weduwes te trouwen en niet hun lusten te volgen en –zo jong mogelijke- meisjes te huwen.
De boodschap van de moslimfeministen is er dus een van een essentiële gelijkheid tussen moslimman en moslimvrouw, zoals dat onder uitgedrukt wordt in boven geciteerd Koranvers. En zij hebben nog meer argumenten. Op de site van Oxford Islamic Studies on Line wordt een overzicht gegeven van de rol die vrouwen in de vroege islam speelden. Umm Waraqah zou door de profeet als imam benoemd zijn geweest. Vrouwen zouden ongescheiden van mannen gebeden hebben. Ze speelden een rol in het doorgegeven van de vele tradities van de profeet. Ze werden aangemoedigd om kennis te vergaren en ze traden zelfs als leraressen voor de jonge moslims op. Biografieën van eerste moslima’s tonen een beeld van vrouwen die tamelijk onafhankelijk opereerden.
Van rechteloos naar rechthebbend
In de algemene opvattingen binnen de islam is de islam zoals deze zich manifesteerde in de zevende eeuw er een van een aanzienlijke verbetering van de positie van vrouwen. Gepostuleerd wordt dat in de tijd der onwetendheid, zoals moslims de periode van voor de islam benoemen, de vrouw vrijwel rechteloos was. De profeet, vrouwvriendelijk als hij was, bracht daar radicale veranderingen in en het zijn juist de profeet en de Koran die vrouwen in de loop der islamitische geschiedenis en hedendaagse modernistische moslima feministes als ijkpunten nemen. Profeet en Koran zouden enkel en alleen in de richting van een autonome moslima wijzen die haar eigen ruimte bepaalt in samenspraak met de man.
Tegenargumenten
Niettemin is het geen sinecure om op basis van Koran en profeet met de vrouwvriendelijkste interpretatie van de islam te komen. Zeker, het verwijzen naar Khadidja als eerste vrouw van de profeet is een sterk argument voor de zaak van de feministes, maar ze hebben een zwaardere kluif aan het ingaan op de vraag waarom de profeet het meisje Aisha trouwde toen die, naar verluidt, de meningen zijn hier zeer over verdeeld, nog maar negen jaar oud was. Er zijn allerlei interpretaties van dit huwelijk. De leeftijd van Aisha zou variëren tussen 9 tot 19 jaar oud en het zou gaan om een moment van ‘beloven van het huwelijk’ tot ‘daadwerkelijk consumeren’ van het huwelijk. Hoe dan ook is dit huwelijk een pain in the ass voor islamitische feministes is en koren op de molen van het door mannen gedomineerde establishment. Bovendien staan er ook verzen in de Koran waar feministes een hele kluif aan hebben zoals vers 228 van Soera 2, de Koe, waar onder andere staat: ‘Maar hun echtgenoten staan een trede hoger.’ Of vers 34 van soera 4, nota bene De Vrouwen genaamd: ‘De mannen zijn verantwoordelijk voor de vrouwen omdat God de ene groep van hen boven de andere heeft begunstigd en omdat zij weggeven van hun vermogen.’
Een traditionele interpretatie is dat voor het aangezicht van God mannen en vrouwen gelijk zijn maar dat in de Oemma, de islamitische samenleving, geldt dat mannen boven de vrouwen gesteld zijn. Deze twee gedachten worden niet als haaks op elkaar ervaren in de traditionele dogmatiek maar het moge duidelijk zijn dat het nog een hele toer voor de feministische islam is om de opvatting van gelijkheid als gelovigen in de ogen van God ook toe te passen in het dagelijks leven.
En ook als het gaat om uitspraken van de profeet zijn de dingen niet zo eenvoudig als ze lijken. In de toespraak die de profeet bij zijn afscheidsbedevaart hield, maakte hij ook melding van de relaties tussen mannen en vrouwen: ‘Oh mannen! Het is waar dat jullie bepaalde rechten hebben over jullie vrouwen maar zij hebben ook rechten over jullie! Bedank dat jullie hen als jullie vrouwen hebben genomen, alleen onder Allah’s vertrouwen en met Zijn toestemming. … Behandel jullie vrouwen goed en wees aardig voor hen, want zij zijn jullie partners en toevertrouwde helpers’. Hoe treffender kun je de relatie tussen man en vrouw onder woorden brengen?
De profeet zei in diezelfde afscheidsbedevaart echter ook het volgende: ‘Als zij (=vrouwen) zich houden aan hun plicht jegens jullie, dan hebben zij het recht om te worden gevoed en gekleed met vriendelijkheid. … En het is jullie (= mannen) recht dat zij (=vrouwen) geen vrienden maken met iemand, die jij niet goedkeurt en ook dat zij nooit onkuis zullen zijn’. De mannen lijken zo de grenzen te bepalen waarbinnen de vrouwen zich mogen bewegen. Het zal nog een hele toer worden om ook hier het aan de profeet toegeschreven principe van gelijkheid toe te passen, namelijk dat de vrouwen zelf hun ruimte bepalen. Maar niet geprobeerd is nooit gerealiseerd.
De islam heeft een stevige en overtuigende basis voor het realiseren van de inhoud van het aan het begin van deze tekst aangehaalde Koranvers. Vrouwvriendelijke moslims en moslims feministes doen er dan ook alles aan om ook die verzen die vrouwonvriendelijk zijn zo te interpreteren dat de vrouwvriendelijke visie uiteindelijk prevaleert. Ik zou zeggen: de ‘ware’ islam..
Versie zoveel van een niet-terzake doend verhaal.
Het is van geen enkel belang wat “de Islam” volgens deze of gene prediker nou “eigenlijk” zou bedoelen en betekenen. Het is iemmers niets meer (or minder) dan hoe de schrijver de Islam graag geinterpreteerd zou zien. Zijn Islam interpretatie is een typisch Westerse variant. De Westerse normen en waarden van schrijver blijken ook van een garnering van religieuze teksten te kunnen worden voorzien.
Die interpretatie, die is belangrijk. Niet de geschriften.
Door het gehele Middenoosten, en Klein-Azie wordt de Islam gebruikt als kapstok om (onder andere) vrouwen achter te stellen. En dat meestal op een geweldadige manier. Daar leent diezelde Islam zich uitstekend woor, inclusief Koran citaten en Soera’s.
En waarom zou die Islam interpretatie niet net zo goed aanspraak kunnen maken op het predicaat “Islamitisch” dan de Westerse roze-wolk variant van lieden als de J. J. Ruiter? De meerderheid van de Islamitische gelovigen in het Midden Oosten en Klein-Azie kiest in ieder geval voor de niet-Westerse Islam.
Dat overziende besef je pas goed hoe betekenisloos (en misleidend) dit soort verhalen zijn.
Jodocus, Arabist Jaap Jan de Ruiter heeft meer verstand van de isla, dan jij. Laten we het wel leuk houden.
Ja, en wijlen Arabist Hans Jansen had waarschijnlijk meer verstand van de Islam dan Jaap Jan de Ruiter en we weten allemaal hoe HIJ er tegenover stond -en dus vrijwel zeker het standpunt van Jodocus zou hebben onderschreven.
Het leuk houden? Leuker kunnen we het niet maken, helaas.
Ik vind het een gezocht verhaal. Het lijkt net alsof de schrijver de Koran nooit heeft gelezen..
In 3:43 staat letterlijk dat God mannen heeft verheven boven vrouwen. In datzelfde vers staat dat de vrouw zich onderdanig hoort te gedragen en haar man haar mag slaan als ze ongehoorzaam is.
In 3:4 staat dat de man vier vrouwen mag trouwen. In 23:6 staat uitgelegd dat de man sex mag hebben met zijn vrouwen en met zijn slavinnen (nee er is geen vers dat de vrouw dezelfde of vergelijkbare rechten geeft).
De mening dat Mohammed de meest vrouwvriendelijke profeet was deel ik dus niet.