‘De eeuwen door hebben kloosters en abdijen mensen gefascineerd. Wat speelt zich af achter die muren, meestal ver van de bewoonde wereld? Dom Basil Hume, abt van de Engelse benedictijnerabdij Ampleforth en de latere aartsbisschop van Westminster, vertelde graag wat zijn voorganger in die abdij eens overkwam. Hij ontmoette buiten de abdijkerk een groepje mensen die hem de vraag stelden: ‘is dit een abdij?’ Toen hij bevestigend antwoordde, zei één van hen een beetje sceptisch en teleurgesteld: ‘Waar is dan de ruïne?’“ Zo begint de inleiding van Maria Ter Steeg op haar boek ‘Wijsheid uit Abdijen’.
Wijsheid uit Abdijen. Veel mensen denken inderdaad bij abdijen, kloosters en kloosterleven aan lang vervlogen tijden. Zijn ze Rooms-katholiek dan is hun associatie iets uit de tijd van het Rijke Roomsche Leven. Toch gebeuren er zowel in het traditionele kloosterleven als aan de rand ervan momenteel zeer interessante dingen. Het lijkt er zelfs op, met alle aandacht in media en voor producten uit kloosters, dat het kloosterleven nog nooit zo in de belangstelling heeft gestaan.
Wat nog opmerkelijker is, is het feit dat vooral in protestantse kringen er sprake is van een (her)ontdekking van deze vorm van christelijk leven. Aangezien men geen belast verleden heeft kan men in deze kringen ook gemakkelijker komen tot allerlei initiatieven die goed schijnen aan te sluiten bij het moderne levensgevoel. Het klooster wordt gebruikt als een model voor kerk-zijn in deze tijd. In orthodox protestantse kringen is de beweging van New Monasticism een nieuwe vorm van radicaal christendom. Op en rond oude plekken, zoals het eiland Iona en Lindesfarne, ontstaan groepen van gelovigen die zich door de spiritualiteit van deze oude, verdwenen kloosters willen laten inspireren.
Het initiatief van Nijkleaster Jorwert staat dus niet op zichzelf. Als een ‘klooster-zonder-muren’ past het heel goed binnen het moderne levensgevoel. Met deze vloeibare vorm van kloosterleven dagen alle nieuwe initiatieven het traditionele kloosterleven uit en dat is een goede en toe te juichen ontwikkeling. Alhoewel ik de indruk heb dat er binnen de Rooms-Katholieke Kerk zich weinigen echt voor deze nieuwe kloosterinitiatieven interesseren.
Hoe interessant en toe te juichen al deze ‘kloosters-zonder-muren’ ook zijn, ze roepen ook vragen op. Ik wil hier enkel wijzen op het aspect van gemeenschap. Een ‘klooster-zonder-muren’ is niet iets nieuws. In de 17e eeuw riep Vincentius de Paul, stichter en inspirator van veel actieve religieuze gemeenschappen, zijn broeders en zusters al op om de wereld te zien als hun klooster. Wat dat betreft is er dus niets nieuws onder de zon. De trits armoede-gehoorzaamheid-kuisheid zijn geen deugden die enkel door professionele religieuzen beleefd kunnen worden. Ieder christen die serieus werk maakt van zijn geloof in Jezus en het Rijk Gods moet weten hebben van armoede, gehoorzaamheid en zuiverheid.
Het eigene van religieuzen is dat zij samen in kloosters wonen. Zij hebben een plek nodig waar zij dag en nacht met elkaar samen leven. Het is juist dit samen leven dat de toetssteen is van hun christelijke inzet in de samenleving. Haal je dit uitdrukkelijke samen leven weg dan ontneem je het kloosterleven iets wezenlijks. De meeste kandidaten voor het traditionele religieuze leven vallen ook af omdat dit strikte gemeenschapsleven zo zwaar en confronterend is.
De nieuwe initiatieven rond het kloosterleven dragen het gevaar in zich dat zij blijven hangen in een soort van beweging zijn. Een beweging is goed maar wil ze verder groeien dan zal er toch iets meer moeten zijn en dat is voor het kloosterleven een kern van mensen die echt samen willen leven op een bepaalde plek. De geschiedenis leert ons dit. Wellicht is het voor deze nieuwe initiatieven nog te vroeg maar het traditionele kloosterleven daagt hen in die zin uit om na te denken over de radicale vorm van gemeenschapsleven als oefenschool voor de beleving van het evangelie.
Het moge duidelijk zijn dat mensen die bij kloosterleven denken aan ruïnes of relicten uit een ver katholiek verleden verrassend zullen opkijken van deze oecumenische lente die waait vanuit het hoge Friese noorden.
Mooi, hopelijk geeft het het kloosterleven een impuls, ook onderling tussen kloosterbewoners en kloosterbelangstellenden.
Een hartelijke groet van ‘een’ protestantse Conventgroep.
Zie: http://www.bedehuisdenhaag.nl
Broeder Johannes.