“God schiep de mens als zijn evenbeeld, als evenbeeld van God schiep hij hem, mannelijk en vrouwelijk schiep hij mensen.” Deze magische woorden lees ik wanneer ik mijn bijbel opensla in Genesis hoofdstuk 1 vers 27. God sprak daarbij over de mens, man en vrouw en hoe hun schepping naar zijn evenbeeld tot stand kwam. Dit toont mij dat wij als mensen op God lijken. We zijn ook een beetje God. Op meerdere plekken in de bijbel, waaronder Psalm hoofdstuk 82 vers 6 verwijst God trouwens expliciet naar mensen als goden: “Ik heb wel gezegd dat jullie goden zijn, zonen van de allerhoogste God.”

Ik ben geen theoloog, maar als praktiserend christen lees ik hieruit de liefde van God voor de mens, de heiligheid waarmee hij ons beziet en de gelijkwaardigheid waarmee hij ons schiep. Hij maakte geen onderscheid in wit of zwart toen hij ons schiep. De gelijkwaardigheid van mensen is een diepgewortelde overtuiging die ik met mij meedraag. Witte mensen en zwarte mensen en alles wat daar tussenin zit: wij zijn gelijkwaardig. Dit geldt ook voor de gelijkwaardigheid tussen man en vrouw, maar daarover een ander keertje.

Nu wil ik graag stilstaan bij racisme. Ik wil stilstaan bij de opvatting dat er menselijke rassen zijn te onderscheiden, dat daaraan gerelateerde verschillen zijn in karaktereigenschappen, fysieke capaciteiten en geestelijke vermogens, dat het witte ras superieur is aan andere rassen en dat voor het ene ras andere maatstaven mogen worden gehanteerd gelden dan voor het andere.

Ik kan hier met mijn hoofd niet bij. Des te meer omdat wetenschappelijke kennis en Bijbelse verhalen ons leren dat er bijna geen verschil is tussen witte en zwarte mensen. Biologisch is er ook geen sprake van zoiets als ras, het is een sociaal construct. Ooit bedacht door mensen.

Ik kan er met mijn hoofd niet bij als de overheid en instituties zich inlaten met rassendiscriminatie. De overheid die ik het toevertrouw dat zij de sociale norm uitdraagt dat alle mensen gelijk zijn en discriminatie verboden is, zie artikel 1 van onze grondwet, die dan zelf gaat zitten discrimineren op huidskleur, afkomst of religie. Het gaat er bij mij echt niet in. Iedere vezel in mij verzet zich daartegen.

Groot was dan ook de schok bij mij en vele anderen toen een rechter in Den Haag een klacht van Amnesty International, Radar, Control Alt Delete, PILP-NJCM en D66-raadslid Mpanzu Bamenga als ongegrond verklaarde. Deze partijen startten eerder dit jaar een rechtszaak tegen de Nederlandse staat om een eind te maken aan etnisch profileren. De rechter oordeelde echter dat etniciteit mag worden gebruikt in risicoprofielen “in combinatie met” andere indicatoren, waaronder de route die iemand heeft genomen om Nederland binnen te komen, hoe diegene gekleed gaat, hoe hij of zij loopt en diens geslacht. Volgens de rechter hoeft etniciteit geen objectieve aanwijzing voor nationaliteit te zijn, maar dat kán wel.  In haar vonnis beschouwde de rechtbank huidskleur als onderdeel van “onveranderlijke uiterlijke kenmerken”.

Over de samenstelling van risicoprofielen valt veel te zeggen, maar ik hou het nu even op een ondoorgrondelijke niet-transparante doos waar allerlei indicatoren in worden gegooid, door elkaar gehusseld waaruit vervolgens een aanwijzing komt op grond waarvan gediscrimineerd mag worden. Concreet betekent het dat een zwarte Nederlandse man die keurig gekleed van zijn reis uit Italië terugkeert waar hij een vrijheidslezing hield en haastig loopt, uit de rij gehaald mag worden door de Marechaussee en zijn witte collega’s en reisgenoten rustig mogen doorlopen. Ze maken allebei dezelfde reis, zitten in hetzelfde vliegtuig, dragen allebei een Nederlands paspoort bij zich maar de een is verdacht en wordt gezien als een potentieel crimineel. Omdat hij zwart is.

In feite zegt de rechtbank met deze uitspraak erg veel dingen die zo fout klinken, voelen en zijn. In de eerste plaats dat een Nederlander wit is en niet zwart. In de tweede plaats dat discrimineren op etniciteit (lees huidskleur) is toegestaan zolang je dit doet in combinatie met andere discriminerende gronden. Ten derde verschaft deze uitspraak etnisch profileren door andere overheidsinstanties, zoals de politie of de belastingdienst, een juridische legitimiteit.

Wat ik me ook realiseer, is dat ik en mijn kinderen nooit voor Nederlander zullen worden aangezien. Hoe hard we ook werken, hoe beschaafd Nederlands we ook spreken, hoeveel diploma’s we ook halen, hoeveel boterhammen met pindakaas en pannenkoeken we ook eten en hoeveel belasting we ook betalen… En dat is hard. Dit komt binnen. Niet dat het mijn ultieme doel is om als Nederlander te worden gezien. Maar het is wel fijn voor een mens, als kuddedier, om ergens bij te horen, bijvoorbeeld bij het volk van het land waarin je geboren en of getogen bent. Ja, ik ben ook maar een mens.

Ik hoop dat mijn zorgen voorbarig zijn, dat deze uitspraak een storm in een glas water is en dat een andere rechter gehakt maakt van de racistische redenering die hieronder ligt. En anders breng ik in herinnering dat God ondanks het feit dat hij rechters heeft aangesteld als goden, dat zij daarmee gezag hebben over andere mensen, dat de macht die hij als burgerlijk gezaghebber uitoefent gevreesd moet worden, maar ook dat hij zijn macht en gezag te danken heeft aan God zelf.

En dat ook rechters moeten handelen vanuit onpartijdigheid en ware gerechtigheid, omdat ook rechters ooit verantwoording moeten afleggen aan de Rechter, met een hoofdletter R. En dat die Rechter menselijke bestuurders waarschuwt in Psalm 82 vers 6 en 7 dat ook zij beoordeeld zullen worden: “Ooit heb ik gezegd: ‘U bent goden, zonen van de Allerhoogste, allemaal.’ Toch zult u sterven als mensen, ten val komen als aardse vorsten.” Het is immers God die de mens schiep naar zijn evenbeeld en maakte daarin geen onderscheid naar kleur.

Dit alles gezegd hebbende, ik kan er helemaal naast zitten. Ik ben geen theoloog, wel een bezorgde Zwarte Nederlander.

Amma Asante

Amma Asante

Amma Asante (1972) is voorzitter van de Landelijke Cliëntenraad (LCR) en Senior Onderzoeker Sociale Veiligheid bij Movisie. Eerder was zij …
Profiel-pagina
Al 5 reacties — praat mee.