Mene, mene tekel upharsin… Wie kent niet het schilderij van Rembrandt (1635), waar de Babylonische koning Belsazar een aantal geheimzinnige tekens op de muur ziet verschijnen. Een raadselachtige spreuk – te vertalen als ‘Geteld, geteld, gewogen en verdeeld’ (Daniël 5) – kondigt hem de verdeling en het einde van zijn rijk aan. Een teken aan de wand, een waarschuwing: Rembrandt zet de schrik van de koning in een fel en onheilspellend licht.

Muren hebben de mens altijd uitgenodigd om zich daar op te uiten. Dat wisten de grotbewoners (onder andere in  Lascaux en Altamira) in de prehistorie al: je vindt afbeeldingen in rood krijt van allerlei dieren en soms handafdrukken… als getuigenis van de rituelen die zich daar afspeelden.

ZINtijd51_rembrandt-tekst
Het feestmaal van Belsazar, geschilderd door Rembrandt van Rijn.

Muren worden ook gebruikt als plaatsen van verzet, van protest. Een van de mooiste verhalen van Julio Cortazar (Argentinië 1914-1984) met de titel Graffiti (in: Wij houden zo van Glenda, 1981) is een illustratie van de wijze waarop verzet zich ondanks onderdrukking manifesteert op een muur.

Het verhaal gaat ongeveer zo: Een nameloze man die zijn protest tegen het onderdrukkende regime overal ‘s nachts uitschildert ontdekt op gegeven ogenblik dat zijn schildering beantwoord is door een schildering ernaast. Het is een soort beaming of ondersteuning van zijn werk, van zijn protest. Hij vermoedt dat de schilder een vrouw is gezien de vormentaal. Telkens als hij ergens een graffiti maakt, vult zij het later aan, hoe gevaarlijk het ook is. Hij ziet haar nooit, ook al loopt hij op gekke tijden langs, onopvallend kijkend naar hun schilderingen, op zoek naar wie zij is. Op een dag ziet hij uit de verte dat bij een van hun muren een vrouw gearresteerd wordt, terwijl ze ingesloten wordt door de oproerpolitie. Hij weet dat ze haar zullen martelen, maar kan niets doen. Een tijd later ontdekt hij in een hoekje op een muur een kleine graffiti van haar, die hem aanmoedigt om toch door te gaan.

Ook in deze tijd verschijnen overal tekens op muren, die een al dan niet acceptabele mening weergeven, die waarschuwen of iets aan de kaak stellen. Soms zijn het kunstwerken, zoals bijvoorbeeld de muurschildering van Anne Frank door Eduardo Kobra bij de NDSM-werf. De bekendste graffiti-schilder van dit moment is wel de raadselachtige Banksy. Telkens weet hij de onbevangen voorbijganger even op het verkeerde (lees: goede) been te zetten: Een meisje dat een ballon oplaat in de vorm van een hart waarbij de tekst staat: There is always hope. Of een gemaskerde straatvechter die uit alle macht in plaats van een steen een bos bloemen gooit.

Telkens brengt zo’n werk de toeschouwer tot staan, tot verwondering of doorbreekt, pijnlijk juist, een vaste mening. Let ook eens op andere tekens (aan muren): het kan een ‘Meme, mene tekel’ voor ons zijn.

Felicia Dekkers

Felicia Dekkers

Redacteur

Felicia Dekkers is Neerlandica en studeerde later theologie. Zij werkte in het onderwijs (MO en HBO) en daarna als (beeld)redacteur bij …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.