De vraag ‘Is Europa een christelijk project?’ is niet in een vacuüm ontstaan. Ik zal eerst kort ingaan op de context van de vraag, waarbij ik die vraag meteen een wat andere richting zal geven.`Aan de hand van drie stellingen zal ik vervolgens toelichten waarom het naar mijn inzicht niet gaat om een christelijk Europa, maar om een humanistisch, of liever gezegd een humaan Europa. Tenslotte zal ik nog iets zeggen over het karakter van het humanisme dat we vandaag in Europa hard nodig hebben.
De context van de vraag
Het lijkt tegenstrijdig, dat de term christelijke cultuur en zelfs joods-christelijke cultuur weer vaker gebezigd wordt in een tijd dat de christenen steeds duidelijker tot een minderheid behoren, zowel in ons land als in Europa als geheel. Maar bij nader inzien is het niet zo vreemd dat de vraag naar de betekenis van een identiteit sterker klinkt wanneer deze zijn vanzelfsprekende plaats verliest. De onzekerheid die ontstaat door het verlies van macht en aanzien vraagt om bezinning en een nieuwe plaatsbepaling. De kerken zijn volop bezig met deze vragen.
Vreemder is het wellicht, dat degene die de christelijke identiteit het meest luidruchtig verdedigen, mensen zijn die weinig affiniteit vertonen met de christelijke kerken en ook slecht op de hoogte zijn van de recente geschiedenis van het christendom in Europa.
Dat ‘joods-christelijk’ nu gebezigd wordt om anderen uit te sluiten is een illustratie van de afnemende kennis van de geschiedenis van het christendom
Eén voorbeeld: Geert Wilders spreekt graag en veel van de verdediging van onze vermeende joods-christelijke cultuur om daarmee de islam uit te sluiten als niet-Europees, maar hij lijkt niet te weten dat deze term gemunt is door christelijke theologen die het juist te doen was om de bestrijding van uitsluiting. Zij waren er, kort na de Tweede Wereldoorlog, diep van doordrongen dat christenen medeschuldig waren aan het antisemitisme in Europa, en dus medeverantwoordelijk voor de Shoah. De christelijke theologie mocht haar Joodse wortels nooit meer vergeten of verloochenen. Dat vroeg om een theologische praktijk die antisemitische sporen van bijbellezing en godsdienstonderricht zichtbaar zou maken en de Joodse tradities voortaan in hun interpretaties zou meewegen, om uitsluiting van wie onder het nationaalsocialisme als ‘de anderen’ uitgesloten werden, in de toekomst te voorkomen.
Dat de term joods-christelijk nu juist gebezigd wordt om anderen buiten te sluiten, is een illustratie van de afnemende kennis van de geschiedenis van het christendom in onze samenleving, die gepaard gaat met tal van misverstanden over de relatie tussen geloof en politiek en de betekenis van de scheiding van kerk en staat (maar dat is een ander verhaal).
De vraag dringt zich, niet voor het eerst in de geschiedenis van Europa, op: wie willen we zijn? Naar mijn mening is dát de identiteitsvraag waar we ons voor gesteld zien. Niet zozeer dus: wie zijn we, maar veel meer: wie willen we zijn in de wereld van nu? Wat betekent het mens te zijn in het huidige Nederland, in dit Europa en deze wereld? Valt daarover vanuit de theologie iets te zeggen?
Niemand weet of de Europese Unie de huidige spanningen aankan. De financiële en economische crisis uit 2008 heeft de vraag naar solidariteit op de agenda geplaatst; de uitbreiding van de Europese Unie met landen buiten West-Europa roept de vraag op naar de culturele identiteit die ons als Europeanen verbindt en de terugkeer naar nationalisme in tal van landen zet het voortbestaan van de Unie zelf op het spel.
Kortom: de vraag wie we willen zijn in Europa vindt plaats in een context van onzekerheid en van strijd, met als inzet de vraag wie wel en wie niet tot onze Europese cultuur behoort en wat het karakter van die cultuur is. In deze context moet wat mij betreft de claim van de christelijke identiteit van Europa worden verworpen en worden vervangen door de oproep tot een menselijk, een humaan Europa.
Claim op christelijke identiteit verwerpen
Mijn eerste stelling luidt als volgt:
Stelling I:
Erica Meijers
De bewering dat Europa christelijk was, is en moet blijven, doet geen recht aan de gecompliceerde geschiedenis van ons continent.
Want de Europese waarden zijn ontstaan in een complex samenspel van Joodse, christelijke, islamitische en humanistische ontmoetingen.
Het christendom, inclusief zijn Joodse oorsprong, enerzijds, en de klassieke letteren anderzijds (Jeruzalem en Athene) hebben elkaar voortdurend beïnvloed. Het klassieke humanistische ideaal van de renaissance van de vrije volwassen mens inspireerde het reformatorische verlangen naar een niet-klerikale, op de wereld gerichte theologie. En de Reformatie met zijn kritische geest, uitgedrukt in het semper reformandum, maakte de Verlichting mede mogelijk. De bereidheid en het verlangen de eigen gedachtewereld voortdurend onder de kritiek van de eigen bronnen te stellen kenmerken zowel de Verlichting als het protestantisme. Daarin hebben zij elkaar gestimuleerd én bekritiseerd. De terugkeer naar de klassieke bronnen werd mede mogelijk gemaakt door islamitische denkers, die in een tijd dat in Europa niemand meer aan hen dacht, het gedachtegoed van klassieke Griekse denkers als Socrates, Plato en Aristoteles levend hielden en er toe bijdroegen dat deze aan het einde van de Middeleeuwen werden herontdekt.
Zo zijn christendom, humanisme en islam verbonden in het ontstaan van waarden die vandaag als typisch Europees gelden: menselijke solidariteit, vrijheid en verantwoordelijkheid, rede en redelijkheid. De namen van de islamitische Averroës (Córdoba 1126 – Marrakesh 1198), de joodse Maimonides (Córdoba 1135 – Fustat (Egypte) 1204) uit de 12e eeuw en, enkele eeuwen later, de christelijke Erasmus (Rotterdam 1466 – Bazel 1536) zijn met deze geschiedenis van Europees humanisme verbonden.
Mijn tweede stelling luidt daarom:
Stelling II:
Erica Meijers
Niet de geïnstitutionaliseerde religies of de grote ideologische stromingen als zodanig zijn maatgevend voor de toekomst van Europa, maar alleen de strijd om humaniteit, die kan putten uit al die verschillende bronnen.
De bewering dat Europa christelijk was, is en moet blijven, wekt in onze pluralistische samenleving door zijn exclusivistische benadering tradities van uitsluiting tot leven, die nooit werkelijk overwonnen zijn en opnieuw verwoesting kunnen zaaien. Want het Europese humanisme, gegroeid uit het samenspel tussen Jeruzalem, Athene en ‘Córdoba’ heeft verschillende gezichten.
De 20e-eeuwse theoloog Karl Barth typeerde het 18e-eeuwse humanisme positief als een groots project van zelfvertrouwen, van geloof in de menselijke vermogens. Maar hij kon dit humanisme ook negatief typeren als een door beheersingsdrang gedreven absolutisme. Deze innerlijke tegenstrijdigheid verscheurde de Verlichting. Het geloof in de almacht van de menselijke vermogens en het geloof in God, in iets dat buiten de mens staat en groter is dan de mens zelf, stonden vanaf het begin op gespannen voet. Die spanning keert steeds terug in de Europese geschiedenis.
Het Europees humanisme is een gespleten, een gebroken humanisme. Vrouwen, mensen van kleur, seksuele minderheden moeten allen heftig strijden.
De vroege romanticus Novalis bijvoorbeeld, groot voorstander van de Franse Revolutie en de gelijkheidsidealen, kritiseerde enkele jaren na 1789 niettemin de verlichte tendens om de Europese mens in het centrum van alles te plaatsen en alles om zich heen tot object te maken en te onderwerpen. Novalis sprak daarbij van de natuur en de geschiedenis, maar het verhaal dat ten tijde van Novalis nog maar net begonnen was, van slavernij, kolonialisme en industriële revolutie, uitmondend in de Eerste en Tweede Wereldoorlog, laat zien dat deze onderwerping ook vaak de mensen betrof die anders waren dan de Europese verlichte mens zelf (een hij uiteraard). Het Europees humanisme is daarom een gespleten, een gebroken humanisme. Vrouwen, mensen van kleur, seksuele minderheden moeten allen heftige strijd leveren om niet langer object te zijn, maar zelf subject van waarden als menselijke solidariteit, redelijkheid en gelijkheid.
Het Europese project maakt deel uit van die strijd voor een humaan Europa. Het wilde na twee – zowel moreel als menselijk – verwoestende oorlogen een dam opwerpen tegen het geweld en de beheersingsdrang door middel van samenwerking en openheid.
Dat brengt me tot mijn derde stelling:
Stelling III:
Erica Meijers
De bewering dat Europa een christelijk project is, biedt geen aanknopingspunten om zinvol om te gaan met vragen rondom diversiteit en religie in de conflictueuze wereld waarin we nu leven.
Religie is nog steeds een levende werkelijkheid in Europa, maar is van een ongelofelijke veelkleurigheid. De religieuze instituten hebben veel aan macht ingeboet, religie is diffuser, individueler en tegelijkertijd politieker geworden. Open vormen van spiritualiteit, waarbij verschillende religieuze tradities de identiteit van mensen tegelijkertijd kunnen vormen, staan naast gesloten en fundamentalistische interpretaties van zowel christendom, jodendom als islam. Geweld en terreur worden opnieuw religieus gerechtvaardigd, terwijl anderen zich daar heftig tegen verzetten en de barmhartigheid van hun geloof onderstrepen. Wie op zoek is naar een open Europa waarin inclusieve humanistische waarden de leidraad vormen, kan niet terecht bij één religie. Het christendom alleen kan niet garant staan voor een dergelijk Europees samenleven.
Wat we nodig hebben is veel meer een cultuur waarin echte ontmoeting tussen mensen ondanks alle verschillen mogelijk blijft. Een cultuur waarin we ons niet baseren op wie we denken te zijn op grond van wie we ooit waren, maar waarin we ons gezamenlijk de vraag stellen wie we willen zijn. Aanknopingspunten daarvoor zijn in alle eerder genoemde tradities uit de Europese geschiedenis te vinden, inclusief het christendom natuurlijk. Ik besluit met een voorbeeld.
Ik en Jij
De Joodse denker Martin Buber (Wenen 1878 – Jeruzalem 1965) groeide op aan de randen van het Habsburgse Rijk en maakte twee wereldoorlogen mee. Zijn ervaringen leidden tot het inzicht dat het in het leven niet gaat om een geobjectiveerd beeld van jodendom, christendom of humanisme, maar dat het uiteindelijk draait om ontmoeting. Ik vertel tot slot van mijn bijdrage slechts één anekdote, om duidelijk te maken welke humaniteit in het hedendaagse Europa mijns inziens op het spel staat. Meer achtergronden kunt u vinden in het zojuist verschenen boek Kwaliteit van Leven, waarin theoloog Theo Witvliet in gesprek gaat met Martin Buber over de actualiteit van zijn Hebreeuws humanisme.
“Het draait in het leven niet om een geobjectiveerd beeld van jodendom, christendom of humanisme, maar het gaat uiteindelijk om de ontmoeting.”
Aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog, de gespannen eerste maanden van 1914, krijgt Martin Buber bezoek van dominee William Hechler, destijds een bekende figuur in Europese hofkringen. Hij kondigt het uitbreken van de komende wereldoorlog aan. Als Buber hem naar het station brengt, zegt Hechler: “Beste vriend, we leven in een grote tijd. Zegt u mij, gelooft u in God?” Buber probeert de dominee gerust te stellen, maar als hij alleen is bekruipt hem de twijfel. Hij blijft lange tijd op een straathoek staan, en dan komt het volgende antwoord in hem op. “Als in God geloven betekent in de derde persoon over hem spreken, geloof ik niet in God. Als in hem geloven betekent, tot hem kunnen spreken, dan geloof ik in God.”
Het bestaan van God laat zich niet objectief vaststellen, wat dat betreft onttrekt God zich aan het moderne, rationalistische wereldbeeld. God onttrekt zich aan de absolutische drang tot beheersing en objectivering. God is de eeuwige Jij die onder alle omstandigheden een tegenover blijft.
In het behoud van en het respect voor een dergelijk ‘tegenover’ – God, mens, natuur, geschiedenis – ligt mijns inziens de sleutel tot een humaan Europa.’
Dit artikel is eerder gepubliceerd op de site van Bureau De Helling.
Joods-christelijk bestaat niet. Wie die term heeft uitgevonden weet ik niet en waarom die term in christelijke kringen gebezigd wordt is mij niet duidelijk. Dat het Joodse volk de staat Israel heeft gesticht heeft alles te maken met het eeuwenlang christelijk antisemitisme hier in Europa. Dat deze term is ontstaan na 1945, zo als hier gesteld, moge zo zijn dan is het nog een christelijke uitvinding waar geen jood aan te pas kwam. In haar betoog wordt wel gesproken over de relatie geloof en politiek, over de relatie christendom en jodendom geen woord. Mij dunkt wanneer je het hebt over joods christelijk dat je niet de fout moet maken alleen over het christendom te spreken, over uitsluiten gesproken.
Uiteindelijk gaat het om de ontmoeting van de ander. Martin Buber werd aangehaald. We kunnen ook denken aan de joodse filosoof Levinas. In de ontmoeting van de ander leren we onszelf verstaan en voor hen die in God geloven zullen wij de Ander ons bewust worden. Door de ander te hoeden worden wij meer en meer mens en die in God geloven, God steeds meer bewust. Religie en humanisme sluiten elkaar niet uit, maar mensen sluiten elkaar uit. Het was toch Jezus van Nazareth, een joodse man, die stelde: aan de vruchten kent men de boom. De vraag: Is Europa christelijk of humaan, werd reeds eeuwen gelden van joodse zijde beantwoord.
Helemaal mee eens!
Met joods christelijk wordt vaak geschermd door US en Europese nationalisten van rechtse snit , ik meen dat Nietzsche hem het eerst gebruikte, maar hij wordt ook door moslims ingezet. De Iranees Said Rajaie Khorassani gebruikte de term in 1982 om de in zijn ogen al te westerse Verklaring van de Universele Rechten van de Mens mee te bekritiseren.
Mooie bijdrage!
Een voortreffelijke bijdrage waar ik het geheel mee eens kan zijn. Maar wel met een sterke beperking.
Erica Meijers is duidelijk vooral gericht op de geest en de geesteswetenschap. Ze is een echte alfa, die staat tegenover de in natuur- en wiskunde sterkere bèta’s; daar was ze vast slecht in op school.
Hoewel ze het humanisme (d.w.z. het humane denken) centraal stelt en de verbinding met de Verlichting legt, gaat haar betoog helemaal niet over de ontwikkeling van het natuurwetenschappelijke denken dat OOK uit die Verlichting is voortgekomen.
In haar slotopmerking (over God) stelt ze “… het moderne, rationalistische wereldbeeld. … de absolutische [bedoeld zal zijn: absolutistische; J.R.] drang tot beheersing en objectivering.” Mijn reactie daarop: nou nou nou, zo eng is het met dat wereldbeeld niet gesteld, durf daar ook mee in contact te komen.
Meijers pleit voor een ” een cultuur waarin echte ontmoeting tussen mensen ondanks alle verschillen mogelijk blijft. … Aanknopingspunten daarvoor zijn in alle eerder genoemde tradities uit de Europese geschiedenis te vinden, inclusief het christendom natuurlijk.”
Ik zou aan haar rijtje Jeruzalem, Athene en ‘Córdoba’ willen toevoegen Pisa, de geboorteplaats van Galilei, maar ik zou ook die elders in Europa van Newton, Leibniz, Darwin of Einstein kunnen noemen . En ik zou willen voorstellen dat religieuze mensen ook ontmoetingen moeten durven aan te gaan met de bèta’s, met de atheïsten, met degenen die vooral bepaald worden door natuurwetenschappelijke nieuwsgierigheid.
Een reactie op Binjamin:
Je zegt “Uiteindelijk gaat het om de ontmoeting van de ander”. Dat is overdreven gezegd, vooral dat ‘uiteindelijk’ suggereert iets metafysisch. Mij gaat het maar in beperkte mate om de ontmoeting met de ander, ik ben meer geïnteresseerd in waarom de werkelijkheid wat die is.
Daarop aansluitend, je zegt “mensen sluiten elkaar uit”. Dat is ook maar een beperkte van wat er gebeurt, ik zou zeggen: de mensen houden niet van elkaar, althans niet van allemaal tegelijk.
En je slotopmerking: “De vraag: Is Europa christelijk of humaan, werd reeds eeuwen gelden van joodse zijde beantwoord.” Ik weet niet wat dat antwoord dan is geweest, maar als stelling komt dit nogal arrogant over.
Het is inderdaad hoe je een en ander bekijkt. Ik heb 50 jaar in de gezondheidszorg gewerkt en dus meegemaakt hoe de verzuiling het begon af te leggen; dat het inderdaad primair ging om de ontmoeting van mens en mens ongeacht diens levensovertuiging, sekse en later gelukkig ook seksuele geaardheid, enz. Met dat uiteindelijk wil ik niets anders zeggen dat het daar om draait, gewoon ervaring uit de praktijk en dus niets metafysisch. Houden van kennen we toch in alle soorten en maten. Van allemaal tegelijk houden hoeft ook helemaal niet. Wat de Torah wel aan het begin duidelijk maakt is dat we elkaar dienen te hoeden en wel op een moment dat de mens zich bewust werd dat de ene mens niet de andere is. De joodse Jezus van Nazareth heeft die vraag inderdaad beantwoord: Aan de vruchten kent men de boom. Het gaat dus niet om het roepen: ik ben christen, of humanist, maar om het zijn daarvan en dat zien we in het gedrag van mensen (vruchten). Het gaat dus niet om de vraag ben ik christen, of humanist, maar om de vraag gedraag ik me als christen, of als humanist.
Wat je je dan direct afvraagt, als je een goed werk doet (van zorg, naastenliefde, ouderenzorg , invaliden,etc), doe ik dit nu als christen. humanist, atheist met moraal, jood, boedist, hindoe moslim?? Daarbij geldt natuurlijk maar een norm: wat was/is mijn opvoeding/nest/geloof. In het geval van van Bommel wordt het moeilijk, bijv. wat dreef hem een kinderkoran te schrijven (ook ideeel natuurlijk), maar ja, dan gaat het toch om een categorie die minder dan 0,001% van het mensdom uitmaakt
Even een eerste reactie op “atheist met moraal. ” Laten we niet de fout maken te denken dat mensen die in een God geloven een betere, of meer moraal zouden hebben dan zij die niet in een God geloven. Wij mensen kunnen en mogen elkaar alleen beoordelen op onze concrete daden. Een mens die goede daden verricht doet dat als mens. Wanneer we spreken iemand is jood, christen enz. is dat een foute benaming. Iemand is een mens die het jodendom aanhangt, het atheisme, het liberalisme. het humanisme, enz., maar omdat zo te zeggen is wat ingewikkeld, maar daardoor verdwijnt wel wie en wat we zijn, mensen.
Daarentegen wordt elk mens opgevoed vanuit een levensbeschouwing die de ouders aanhangen en zal de mens vervolgens in zijn leven in aanraking komen met mensen die redeneren, voelen, handelen vanuit heel andere levensbeschouwingen en zo staan wij als mensen voor keuzes vanuit welke levensbeschouwing we in het leven willen staan en dus in relatie met onze medemens en al wat leeft. Voor mij persoonlijk: ik ben en voel me niet meer of beter dan wie dan ook. Wel ervaar ik mijn jodendom als richtsnoer en kompas en ben dol, als ik dat zo mag zeggen, op onze rituelen en symbolen die veel voor mij betekenen. Ik voel me helemaal thuis bij deze gemeenschap ook
haar vuile handen horen daarbij. Daar schaam ik me voor, maar ik loop daar niet voor weg. Ik ben geen jood voor alleen de mooie en de leuke dingen. Ook ons falen hoort daarbij.
Mijn reactie betrof natuurlijk dat slot” het gaat er niet om wat je bent, maar of je je als christen of humanist gedraagt”, vandaar dat ik die atheïsten die moraal toebedenk, want de anderen hebben dat van hun religie mee, van de 10 geboden en voorbeeld van Jesus, etc. Als ik er nog eens over nadenk, ik was een heel religieus jongetje, elke dag naar de mis, misdienaar, meelopen in de processies, dit soort gedrag dus, de rituelen, maar of ik me bij ander gedrag (verleiding om kersen te jatten, kinderen pesten, spijbelen) ook richtte naar dat geloof? Dacht het niet eigenlijk. Angst voor hel of vagevuur speelde niet, wel angst voor straf of berisping; bij anderen mss wel? Wel dachten we allemaal, zelfs als kind, dat we het ware geloof hadden, dat we dus hoger op een ladder stonden.
Dirk, uw reactie van gisteren is heel herkenbaar. Zat zelf ook op een katholieke school in het Brabantse. Pas later naar Amsterdam verhuist. Ik geloof dat elk mens een moreel kompas heeft. Bepaalde zaken die bijvoorbeeld in de Tien Woorden staan weet elk mens dat dit niet kan, zoals moorden en stelen. Dat ware geloof heeft me als kind wel altijd verbaast. Ik leerde juist dat alle mensen die goed leefden in de hemel kwamen, ongeacht hun huidskleur of geloof. Mijn vriendjes geloofden ook inderdaad dat zij het ware geloof hadden, maar kennelijk maakte God voor mij toch een uitzondering, dit in tegenstelling tot de protestanten, zo meen ik me te herinneren.
Europa is een beetje groot geheel om zo algemeen te behandelen, vooral omdat het niet uit één volk bestaat. Religieus gesproken is het ook nog nooit een eenheid geweest. Zelfs het Proto-Indo-Europese woord ‘God’, dat oorspronkelijk gebruikt werd voor om het even wat er lokaal aanbeden, aangeroepen of opgeroepen werd, is pas in het christendom geïntroduceerd na vertaling van Bijbelse teksten in Europese talen. Deze aanduiding voor totempaal, heilige steen, oppergeest, heilig geacht natuurverschijnsel, … whatever, heeft in Europa iedere echte naam uit de heilige geschriften vervangen. Traditioneel hebben Europese christenen andere Europese christelijke groeperingen in de regel tot ketters of afvalligen verklaard, maar nu willen sommigen heel Europa verklaren tot één groot christelijk volk dat van oudsher de scepter heeft gezwaaid in de hele regio. In werkelijkheid waren het altijd vele scepters en hebben de volkeren zich altijd gedefinieerd door onoverkoombare religieuze verschillen. Vele van deze volkeren zijn ontstaan door zich te ontworstelen aan de religie van anderen. De Europese term ‘God’ kent nog steeds vele definities. Om ‘Europa’ te zien als ‘christelijk’, moet er nog gewerkt worden aan de definitie van beide begrippen. Elkaar als zodanig vol erkennen is nooit gelukt. Het is daarom niet makkelijk om daarin eensgezindheid te verkopen aan anderen. Ik blijf zitten met die twee vragen: “Wie of wat is Europa dan?” en “Wat is daarbij de. definitie van ‘christelijk’?” Tot nog toe krijg ik op vele plaatsen verschillende antwoorden. Wel weet ik dat traditioneel gesproken in de hele streek God aanbeden werd, zelfs voordat de eerste christen er opdook. Jodendom en islam hebben in delen ervan ook hoogtijdagen gekend. Volgens mij is het geheel nog steeds vrij divers. De term joods-christelijk zal ik even laten rusten. Dat is een woord dat alleen maar enkele christelijke groeperingen gebruiken en dat sinds de introductie ervan in Noord-Amerika eind 19e eeuw af en toe in verschillende streken de kop opsteekt.
Dat christelijk is natuurlijk vooral cultureel en ethisch bedoeld, en niet op de eerste plaats religieus. Al geloof ik niet meer in de dogma’s van mijn kerk, ik kom wel uit een christelijk nest en opvoeding, en dat gaat wel wat verder dan kerkse rituelen (al komen die bij begrafenissen en huwelijke wel mooi van pas).
Die rituelen zijn ook niet echt inhumaan te noemen, denk ik. Humanisme kent ook meerdere definities en ik ken het vooral als een filosofisch stelsel dat gecentreerd is rond het idee van het rationele, autonome zelf en daarbij de geconditioneerde aard van het individu negeert. Volgens mij belicht het een kant van de waarheid en baseert het zich op een ideaalbeeld van de mens als een wezen dat zijn natuurlijke instincten ontstegen is. Het gaat over de beheerste mens en over dat wat de mens zelf beheerst. In de meeste religies is dat een belangrijk onderdeel van filosofieën over het menselijk potentieel. Het is daarom onterecht om te denken dat mensen òf christelijk òf humanistisch zijn (of een andere religie). In mijn ogen is het humanisme in alle gevallen een bestaande gedachtengang waarop men zich focussen kan. Ook vele religieuze mensen zijn vooral humanistisch gericht. Het is een belangrijk onderdeel van een zelfbewust wezen als de mens. Het bestaat zowel in als los van religie. Mijns inziens is het geen totaalconcept, maar wel een zeer belangrijke kant van ons bestaan dat alle aandacht verdient. Traditioneel waren er minder die zich enkel hierop richten, maar tegenwoordig zijn dat er meer die de mens enkel als rationeel en zelfstandig wezen willen benaderen. Pas dan heet het ook humanisme, maar in wezen is het niets nieuws. Christelijk èn humaan heeft ook altijd al bestaan (sinds het begin van christendom). De titel van dit artikel had iets duidelijker gekund.
Overigens ging wat ik zei ook over de diversheid van christelijke culturen in Europa. Die zijn ook niet cultureel en ethisch meer met elkaar verbonden dan met anderen; wat dat betreft ook niet identificeerbaar als één groep.
Je kunt eigenlijk ook beter van een familie spreken, zoals in de biologie, soorten die wel allemaal iets gemeen hebben , behalve voor de splitters die vooral op de verschillen letten. Een van de eerste grote splitsingen binnen die christelijke familie was van de Catharen (ketters) in Zd Frankrijk, die systematisch en zeer grondig een kopje kleiner gemaakt werden door paus en ridders, maar waarvan je je kunt afvragen of ze wel tot die familie behoorden, het had meer de trekken van oude Perzische religies.
Europa is in ieder geval nooit een groep volkeren geweest dat door normen en waarden, meer aan elkaar verbonden was dan aan anderen.
Bij dit artikel moet je je sterk afvragen welke definities hier gehanteerd worden van ‘Europa’, ‘christelijk’ en ‘humaan’.
Ik denk dat het woordenboek er niet bij helpt in dit geval.
Antwoord op onderstaande: dat denk ik ook niet Abdu’r, inderdaad, hoe identificeer je christelijk? en humaan? en humanistisch? (want is veel meer dan dat Humanistisch Verbond natuurlijk, dat is maar iets kleins). Over elk daarvan is een heel boekwerk te schrijven!
Ondermeer over die vroege humanisten dan, Averroes, Ibn Batuta, Ibn Chaldun, en mss zijn er nog wel veel meer!
Man, wat een sofistenpraat over eigenlijk achterhoedegevechten van tanende godsdiensten en doctrines. Al die zever heeft een mens niet nodig om fatsoenlijk te leven. Wil men dit doen dan volstaat één regeltje, namelijk; doe nooit aan een ander datgene wat jezelf niet graag zou ondergaan van een ander. Woordkramerij en gebrabbel langs de wal, heeft nog nooit iets bijgebracht.
Celis Ben, waarschuwing: geen aanvallen op de persoon. Reactie is aangepast.
Door het klikken van de link zag ik (nu pas) dat ‘De Helling’ het wetenschappelijk bureau van Groen Links is en dat Erica daar medewerkster van is.
Daar is niets mis mee maar betekent wel dat deze lezing een rol kan spelen in een aantal standpunten van Groen Links.
Dat blijkt ook uit de openingszin: “… de claim van de christelijke identiteit van Europa (inclusief die van Nederland) moet worden verworpen en vervangen door de oproep tot een humaan Europa. ”
Ook hierom is het een belangrijk artikel: links heeft de Islam-discussie te vaak overgelaten aan (politiek) rechts, en aan de kerken.
Die politieke lading is in de reacties hier niet zo aan de orde gekomen, veel lezers van Nieuw Wij lijken het het liefst over het persoonlijke niveau te hebben. Ik niet, ik houd van abstracties (door anderen soms ‘gezever’ genoemd).
Toch valt me nog een zwakheid van het betoog op, namelijk de manier waarop ‘humaan’ en ‘humanisme’ door elkaar en in het verlengde van elkaar worden gebruikt. ‘Humanisme’ is (in Nederland) een levensbeschouwing, langzamerhand gewoon naast andere – religieuze – levensbeschouwingen. Natuurlijk kan men tegelijk humanist en christen zijn maar het blijven twee levensbeschouwingen. ‘Humaan’ zijn is van een andere orde.
Die verhouding moet ze (en Groen Links) nog eens goed doordenken.
Als christen moet je je natuurlijk altijd ook humaan gedragen (beschaafd, beheerst, liefderijk), maar als humanist hoef je niet (mag niet zelfs) niet te doen of te zijn (komt toch weer neer op rituelen, kerkbezoek, bidden voor het eten, begraven worden volgens de riten).
als humanist hoef je niet christelijk te zijn, sorry.
Gelukkig is de EU inderdaad niet “Christelijk” in de zin van “kerkelijk Christelijk”. Scheiding van kerk en staat enzo.
De EU is wel een groep landen met een bevolking die in grote trekken is opgegroeid in een cultuur die Joods-Christelijke wortels heeft.
En op die grond alleen al standpunten inneemt en normen en waarden hanteert die duidelijk herkenbaar zijn vanuit die culturele wortels.
Het feit dat de EU niet “Christelijk” is doet niet toe of af aan het feit dat, naast de diversiteit, er wel degelijk sprake is van clustering (dichter bij elkaar staan dan bij niet-EU gebieden zoals Turkije b.v. de Maghreb), Afrika.
M.a.w. je kan de constatering “niet Christelijk” niet extrapoleren naar “onderscheid zich niet van de buurlanden”, en dat is wel waar lieden die culturele verschillen willen ontkennen en wegrelativeren op uit zijn.
Waar zowat alle godsdienstbestudeerders op NieuwWij op uitglijden
Wegkijken zit in onze aard, polderen heeft er ook mee te maken, daarom gaat het nog altijd redelijk goed.
Het navrante is, Jodocus, dat er idd in de middeleeuwen intensief sprake was van joods-islamitisch-christelijke denkwereld, theologen uit Duitsland en Frankrijk kwamen af op voordrachten over recht, natuurwetenschap, filosofie, logica en retorica van islamitische geleerden (Averroes als grootste), het gekke is, dat die vroege modernistische Europeanen nauwelijks bekend zijn binnen de Moslimwereld, volgens Hans Kung is dat kritische ,rationele en moderne pad (in Europa het enige dat gold) verlaten met de komst en invloed van de traditionele kerkvader Al Ghazali, die niets ophad met de wijsneuzigheid van filosofen.
Dat lijkt me wel een fijne positie, Jodocus, te zien dat ‘zowat alle’ op onderwerp X zijn uitgegleden maar jij het wel goed ziet.
Maar hebben de ‘godsdienstbestudeerders’ het wel over jouw onderwerp X gehad, en heb je wel het artikel van Erica Meijers goed gelezen? Want die had het niet over jouw onderwerp X dat ik maar samenvat als ‘de islamisering van Europa’.
Maar ze had het over de vraag of we de wortels van de Europese cultuur simplistisch joods-christelijk kunnen noemen? Haar antwoord: er zijn meer wortels. En op het heden gericht heeft ze het m.i. over het verminderen of verdwijnen van die christelijke cultuur. Al helemaal niet doordat een paar procent moslim is; veel meer omdat een aanzienlijk groter percentage niet-monotheïstisch is.
O.a. benoemt ze de humanistische wortels van de Europese cultuur. Laten we het daar over hebben in plaats van over het afgezaagde onderwerp X van je. Met name over de vraag of ze ‘humanistisch’ zomaar kan vervangen door ‘humaan’.
@Joop Romeijn
“Dat lijkt me wel een fijne positie, Jodocus, te zien dat ‘zowat alle’ op onderwerp X zijn uitgegleden maar jij het wel goed ziet.”
Klopt, en het gekke is dat ik daar niets voor hoef te doen. Ik moet er alleen iets voor nalaten.
En wel proberen louter door exegese van religieuze gedachten en stromingen te proberen iets te snappen van de maatschappij. Wat godsdienstbestudeerders bijvoorbeeld veel doen.
Het is natuurlijk endemisch aan het publiek op deze site, maar dat maakt het natuurlijk niet minder potsierlijk (of misleidend).
Overigens voel ik me ernstig tekortgedaan door je suggestie dat ik me alleen richt op “onderwerp X” (Islamisering van Europa) ;-).
Ik had eigenlijk gehoopt om erkenning te krijgen voor een veel reikende contramine.
Tegen godsdienstbestudeerders die de maatschappij proberen te bekijken en begrijpen door de bril van analyse van godsdienstige denkbeelden. Tegen lieden die op basis van wollig consensus-freudig en conflict-mijdend groepsdenken domme en extreme standpunten innemen. Tegen weeige lieden die menen dat “enthousiasme en engagement” kwaliteiten zijn die deskundigheid, relativeringsvermogen, gezond verstand (plus een zekere mate van sympathie)kunnen vervangen. Tegen lieden die nog altijd menen dat godsdienst per definitie de mensheid goed doet, en die daarom geen kwaad woord willen horen over een godsdienst als de Islam die door zijn gebrek aan scheiding tussen kerk en staat met de nodige onhebbelijke en extremistische kantjes behept is. Tegen lieden die op basis van onverantwoordelijke prinzipienreiterei hier miljoenen vluchtelingen heen willen halen.
Tsja. Blijkbaar is dat nog niet goed overgekomen. Ik blijf echter hopen en, waar ik tijd heb, posten :-).
Het christendom is niet iets voor het museum maar is onze erfenis, onze basis en ons fundament voor de Europese leefwijze. Waar je ook in Europa komt, in elk dorp en in elke stad staat in het centrum een christelijke kerk…Eeuwenlang was Europa het kerngebied van het christendom. Als we naar de geschiedenis kijken, zien we dat het Christendom meer dan 1700 jaar een belangrijke rol speelde in Europa.Heel de Europese cultuur en het Europese denken is doordesemd van het christelijk geloof. Het Christendom heeft in Europa enorme invloed op de samenleving als geheel, kunst, taal, politiek, recht, het gezinsleven, onze tijdsrekening, muziek, en zelfs de manier waarop we denken. Dit alles is gekleurd door de christelijke invloed van bijna twee millennia…De Bijbel en christelijke waarden moeten niet worden weggemoffeld,ze zijn essentieel voor onze cultuur.
Kan een partij zich christelijk noemen? Wat is het christelijke beleid van mensen die vrijgekocht zijn van deze wereld?