God is niet dood. Hij zit gevangen tussen modernisme en extremisme – zo opent Slaats zijn boek Fast food Fatwa’s dat een genuanceerde aanklacht tegen de moderniteit is en een pleidooi voor meer mystiek, meer vrouwelijkheid en meer diversiteit in een wereld die ten prooi is gevallen aan de monocultuur en het extremisme van de moderniteit.
Eerder publiceerde Slaats – die ook wel bekend staat als de ‘halal monnik’ – het boek Soefi’s, Punkers en Poëten waarin hij zijn licht liet schijnen op de manier waarop – in tegenstelling tot het heersende beeld – de islamitische wereld en het islamitische denken doordrongen zijn van diversiteit, creativiteit, mystiek en inspiratie. In Fast Food Fatwa’s richt Slaats zijn pijlen met name op de moderniteit.
Onze manier van leven
De glimlachende Bin Laden- figuur afgebeeld op de kaft van het boek is illustratief voor de kernboodschap van Fast Food Fatwa’s. Compleet met gitzwarte baard en sneeuwwitte tulband, met daaronder een hemd en boxershort waartussen de vetrollen uitpuilen, zit deze figuur weggezakt in een comfortabele leunstoel met een hamburger in de ene hand en een milkshake in de andere. Het beeld roept de vraag op wat islamitisch terrorisme te maken heeft met onze moderne ‘way of life’? Volgens veel politici niets. Na vrijwel iedere terroristische aanslag in het Westen gepleegd in naam van de islam horen we immers van hen dat moslimterroristen tegen onze manier van leven zijn.
Met Fast Food Fatwa’s betoogt Slaats op een krachtige manier dat deze conclusie volledig onjuist is. Slaats laat zien dat islamitisch extremisme en moderniteit als “schijnbaar niet gerelateerde fenomenen uiteindelijk nauw verwant zijn en hoe wijdverbreid de onderliggende destructieve dynamieken intussen geworden zijn.”(p.167). Onze moderne manier van leven en die van islamitische extremisten blijken geworteld te zijn in dezelfde mythe en dezelfde waarden van de moderniteit.

Het boek bestaat uit een inleiding en acht hoofdstukken. In de eerste twee hoofdstukken toont Slaats doormiddel van harde cijfers aan dat het heersende beeld van religie, en islam in het bijzonder, als inherent gewelddadig niet klopt met de werkelijkheid. De christelijke beschaving blijkt in de geschiedenis de islamitische te overtreffen. Ook werd en wordt in naam van seculiere en zelfs democratische waarden veel bloed vergoten, getuige de twee wereldoorlogen en de ‘war on terror’. Voor het verkeerde beeld van met name islam als inherent gewelddadig wijst Slaats op het socio-psychologische fenomeen coping. Geconfronteerd met de eigen gewelddadigheid projecteren (Westerse) moderne seculiere samenlevingen deze op de ultieme ander: religie, en islam in het bijzonder.
Mythe van de moderniteit
In de daarop volgende hoofdstukken toont Slaats – met hulp van een combinatie van filosofische, psychologische en theologische concepten en verwijzend naar ideeën van verschillende godsdienstwetenschappers – aan dat de moderniteit niet neutraal is of alleen maar positieve waarden heeft geproduceerd zoals vrijheid, gelijkheid en broederschap, maar doordrongen is van mythisch denken en cultuurspecifieke waarden.
Daarbij staat de mythe van de held centraal. Dat is een mannelijke mythe die gericht is op overwinning, overheersing en dominantie van alles wat afwijkt. In het geval van de moderniteit is dit overwinning op het religieuze, het mythische, maar ook op het vrouwelijke en de ecologische/culturele diversiteit. De heksenjacht, kolonialisme en de Shoah zijn enkele voorbeelden die direct verbonden zijn met deze mythe van de Verlichting/moderniteit. Ze zijn tevens verbonden met enkele destructieve verlichtingswaarden zoals het vooruitgangsdenken, (doorgedreven) humanisme en rationalisme (‘onttovering’). Deze waarden leiden tot disbalans en crises op verschillende gebieden van spiritualiteit, ecologie tot economie. Ze leiden tot een monocultuur in een gedesacraliseerde/onttoverende wereld.
De mens kroont zichzelf van held tot koning tot God op aarde.
In andere tradities en religies zoals het Christendom is de mythe van de held ook aanwezig, maar deze – zo betoogt Slaats – wordt in traditionele samenlevingen door de zachte, vrouwelijke elementen en een gerichtheid op het transcendente altijd in balans gebracht. De moderniteit schiet echter volledig uit balans door het mythische en transcendente te ontkennen en de ratio boven alles te verheffen. De mens kroont zichzelf van held tot koning tot God op aarde. En hoewel de destructieve verlichtingswaarden van modernisme (vooruitgangsdenken), rationalisme en humanisme terug te herleiden zijn tot christelijke waarden, zijn deze in de moderniteit doorgeschoten destructieve varianten daarvan.
Petro islam en de mythe van de profeet
Deze geest – of beter gezegd spook – van de moderniteit bezielt ook moderne vormen van islam zoals het salafisme, dat in het boek ook wel petro-islam wordt genoemd vanwege het oliegeld waarmee deze stroming wereldwijd gesponsord wordt. Maar ook modernistische vormen van islam die proberen aan te haken bij de moderniteit zouden problematisch zijn omdat die zich net als het salafisme tegen mystieke tendensen in de islam keren en tegen interne diversiteit. Traditionele islamitische samenlevingen – zo betoogt Slaats – zijn gebouwd op een evenwicht tussen mannelijke en vrouwelijke aspecten, redelijkheid en spiritualiteit, logos en mythos, waarheid en schoonheid. In de islamitische traditie worden deze balancerende mannelijke en vrouwelijke eigenschappen – waarmee ook de negenennegentig namen van Allah worden geclassificeerd – jalal (grootsheid, mannelijk) en jamal (schoonheid, vrouwelijk) genoemd.
Slaats gelooft niet dat postmodernistische tegentendensen, zoals die van de polycultuur, het feminisme en ecologisch bewustzijn het tij kunnen keren, omdat deze zich opnieuw laten leiden door vooruitgangsdenken en de mythe van de held. (p. 245) De moderniteit kan volgens Slaats mogelijk wel veel leren van de traditionele islam die niet gebouwd is op de mythe van de held maar op de mythe van de profeet (hoofdstuk 8). In deze mythe staat niet vooruitgang en overwinning, maar geduld en balans centraal staan. De profeet Mohammed leerde zijn volgelingen geduld en volharding, zonder resultaat te verwachten. Ook ontbreekt in de islam het idee van wereldverbetering zoals in het christendom. In de islam staat daarentegen behoud van evenwicht centraal.
Postmodernisme of traditie?
Het is fascinerend om in dit boek te lezen hoe de auteur als christen in de (post)moderne wereld inspiratie weet te halen uit de islamitische traditie. Het boek zit goed in elkaar en de auteur geeft uitgebreid repliek op mogelijke tegenwerpingen. Naast de donkere kanten worden positieve aspecten van de moderniteit in het boek erkend. Schaduwzijden van de islam – in het salafisme en soefisme – komen ook uitgebreid aan bod. Van de lezer vraagt het boek wel geduld omdat het steeds even duurt voordat antwoorden op mogelijke tegenwerpingen aanbod komen. Ook vraagt het boek enige basiskennis met betrekking tot islam, moderniteit en postmodernisme. Hoewel het boek een mooie synthese is van ideeën van verschillende religiewetenschappers mist het boek wel academische precisie. (Post-)modernisme en (post-)moderniteit worden bijvoorbeeld door elkaar gebruikt, maar dat is niet heel storend in een op een breder publiek gerichte publicatie.
Hoewel Slaats in zijn boek niet pleit voor een nostalgische terugkeer naar de traditie, kan wel een vraagteken worden geplaatst bij zijn rooskleurige visie op traditionele vormen van religie. In hoeverre kunnen we zeggen dat jamal en jalal in balans zijn in traditionele islam of christendom, als er ook sprake is van een patriarchaat en vrouwonvriendelijke praktijken? Zouden traditionele vormen van religie zich niet meer moeten openstellen voor het postmodernistische denken, dat tal van tendensen bevat die tegen het modernistische denken in gaan? Is Slaats Fast Food Fatwa’s – die meer als een stevige traditionele maaltijd leest – niet zelf een product van het postmoderne denken?
Boekgegevens:
Jonas Slaats, Fast Food Fatwa’s, Uitgeverij Davidsfonds, Antwerpen 2017
ISBN 978 90 5908 854 2, 311 bladzijden.
Nieuw Wij interviewde Jonas Slaats over de achtergronden van zijn boek.