Maar de dingen zelf kunnen bepalen… dat kan nu niet meer. We weten niet hoe onze wereld eruit zal zien als straks (ooit?) het stof is neergedaald. Gaan we echt nooit meer zoenen en omhelzen en anderhalve meter afstand houden? Gaan we structureel meer van huis uit werken, minder reizen, en zorgvuldiger met onze planeet om? We weten het niet. Het virus stelt al onze aannames ter discussie.
Het virus is ontluisterend
Het virus legt alle zwakke plekken in het weefsel van onze samenlevingen, nationaal en internationaal, genadeloos bloot. Zo werd direct pijnlijk zichtbaar hoe makkelijk wij discrimineren op grond van uiterlijk. Omdat het virus uit Azië kwam werden mensen met een Aziatisch uiterlijk wereldwijd schaamteloos gediscrimineerd.
Maar ook de mondiale ongelijkheid, binnen samenlevingen en tussen samenlevingen is een zwakke plek. Wij hier kunnen, hoe vervelend ook, anderhalve meter afstand houden. Voor mensen in vluchtelingenkampen of sloppenwijken is dat een ongekende luxe. Wij zien het versterken van ons gezondheidssysteem, zoals het opschalen van IC’s, als een uitdaging, maar op tal van plekken in de wereld ís er nauwelijks een gezondheidssysteem. Het virus kan daar ongeremd haar gang gaan.
Het virus drukt ons met de neus op vragen die we zo graag ontwijken. Bijvoorbeeld over de manier waarop we leven, het najagen van economisch gewin, altijd op zoek naar meer, groter en beter, de rat race die ons mensen en onze planeet heeft uitgeput. Willen we zo doorgaan? Kunnen we zo doorgaan?
Nu deze vragen zich opdringen, ontkomen we ook niet aan de vraag naar het soort leiderschap dat we zouden willen en welk politiek systeem het beste past bij de samenleving en economie die we voor ogen hebben.
En precies wat deze twee vragen betreft, zien we in tijden van Corona interessante ontwikkelingen. Zo wordt er (terecht!) gewezen op het feit dat vooral landen die door vrouwen bestuurd worden, succesvol zijn in het bestrijden van het virus. Denk aan Nieuw Zeeland, Taiwan, Finland, Duitsland, IJsland, Noorwegen… allemaal landen die het opvallend goed doen en waar vrouwen de scepter zwaaien. Natuurlijk valt er van alles tegenin te brengen en wetenschappelijk is er niets bewezen, maar de roep om een ander soort leiderschap dan dat van het ‘old boys network’ van leiders als Trump, Poetin, Xi Jinping, Erdogan, Bolsonaro en Bouterse klinkt steeds overtuigender. De roep om wat ik, liever dan vrouwelijk, feminien leiderschap noem. Want het gaat om kwaliteiten, zoals empathie, pragmatisme en bindend vermogen, die zeker vaker bij vrouwen voorkomen, maar niet aan hen voorbehouden zijn.
Autoritaire regimes
Anderen wijzen er op dat juist landen met autoritaire regimes succesvol zijn in de aanpak van het virus. Ook hier is niets wetenschappelijk bewezen, maar ook hier kunnen we niet ontkennen dat autoritaire regimes maatregelen zonder pardon invoeren, zonder lange debatten, zoals we die in democratische landen zien. In China verordonneert de overheid dat een stad van 11 miljoen mensen potdicht gaat en dat gebeurt ook, maar liefst negentig dagen. Het verplichten van mondkapjes of een app die je gezondheid en bewegingen nauwgezet bijhoudt: het gebeurt zonder morren. Men is immers gewend aan staatscontrole en leeft vanuit het besef dat het algemeen belang uitstijgt boven het eigen, persoonlijk belang. Daarbij grijpt China iedere kans om zich, middels ‘mondkapjesdiplomatie’ en door in alle gaten te springen die de VS onder Trump (“America First”) laat vallen op het wereldtoneel, te presenteren als de nieuwe wereldleider.
Het genadeloze virus dwingt ons daarom goed na te denken over hoe wij willen dat onze samenlevingen en onze wereld eruit zullen zien. En daarmee ook wat we NIET willen, welk soort leiders niet, en welke politieke systemen niet.
“Never waste a good crisis”, is een bekend gezegde. Ik hoop van harte dat het ontluisterende Covid-19 ook de vinger legt op de urgentie om een visie te ontwikkelen op de wereld waarin we willen leven, de wereld die we aan onze kinderen willen nalaten, met het leiderschap en politieke systeem dat daarbij hoort.
We hebben veel gehad aan masculien leiderschap; expansie en welvaart, wereldverkenning (op jacht naar nieuw en meer), handel over alle grenzen heen, technologie en internet. Oorlog, overheersing en kolonisatie als negatieve uitwassen hiervan. Echter nu wordt duidelijk dat we toe zijn aan feminisering: “zorgen voor” (elkaar en natuurlijke omgeving), aandacht voor beschermend huis en haard, versterken van kleinschaligheid, behoud van bestaande waarden en verworvenheden, verduurzaming, empathie, begrip en communicatie, inclusiviteit.
En dit is geen romantisch verlangen, maar pure noodzaak voor onszelf, als wij als menselijke soort willen blijven voortbestaan met kans op levensgeluk. We zullen onze plek in de ( reeds verstoorde) balans en harmonie van het hele ecosysteem opnieuw moeten zoeken en inrichten. Zonder ‘kinderen’ van de masculiene periode zoals internet met het badwater weg te gooien. Samenwerken met de aarde en al haar schepsels, ipv uitbuiten en exploiteren. Het Nieuwe Normaal…?
Ik dacht dat we tegenwoordig niet meer mochten spreken over verschillen tussen mannen en vrouwen. Alles hetzelfde toch?