Voor de hoogbejaarde André hoeft het allemaal niet meer zo. Vanuit zijn hulpeloosheid en broze medische situatie kijkt uit naar het einde. Het leven ervaart de man als een marteling. Maar dan zijn er de zussen Emmanuèle en Pascal, die terwijl zij hun handen vol hebben aan de oude man, minder overtuigd zijn over een mogelijk vervoegd levenseinde.

Het blijft een naar gezicht om te kijken naar de onvermijdelijke aftakeling van de oude man. Na een beroerte is zijn gezicht scheefgetrokken. Ook komt hij zijn bed niet neer uit. Wat doet dit met zijn kinderen die voor het dilemma komen te staan hem uit zijn lijden te verlossen. En al helemaal als hij zijn favoriete dochter, die naar zijn eigen zeggen eigenlijk een jongetje had moeten zijn, dat vraagt, of haar eigenlijk opdraagt euthanasie voor hem te regelen.

Woonde hij maar in het Nederland van nu, denk je steeds, waar het euthanasiebeleid een stuk ruimer is dan in het conservatieve Frankrijk. Je riskeert er een behoorlijke celstraf als je meewerkt aan een euthanasie. Misschien zijn de pijnlijke situaties waarmee de filmmaker de aandacht vraagt, dat de Franse wetgeving op dit punt bijstelling behoeft. Euthanasie is nu alleen mogelijk voor mensen met een dikke portemonnee voor een waardig sterven in het buitenland. Mensen zonder geld gaan gewoon dood, wil de filmmaker maar zeggen.

Voor de Nederlandse filmmarkt lijkt dit een minder relevante film zou je denken, maar dan ga je voorbij aan de emoties die de beide dochters te verwerken krijgen bij de aanstaande dood van hun vader. Zo zitten ze beide aan het voeteneind van Andrés bed, procedures en praktische problemen te bespreken. Tussendoor keert de filmmaker in flashbacks terug naar eerdere gebeurtenissen in hun levens. Vader blijkt niet altijd een lieve vader te zijn geweest, eigenlijk was hij een egoïst pur sang. Nog steeds is hij zijn streken niet verleerd. Ook had hij persoonlijke geheimen te verbergen die voor de kijker stukjes bij beetjes bloot komen te liggen.

Regisseur François Ozon heeft wel betere films gemaakt dan deze boekverfilming van de Franse romanschrijfster Emmanuèle Bernheim die de aftakeling van haar eigen vader onder de gelijknamige titel schreef. Te denken valt aan twee van zijn meest recente filmtitels Grâce á Dieu (over het misbruikschandaal in de katholieke kerk) en Eté 85 (over een tienerliefde in de jaren tachtig). Het thema homoseksualiteit komt in al zijn films terug, zo ook in Tout s’est bien passé.

De bijna twee uur durende film sleept hier en daar wat voort naar een rustig einde. Want dat er een einde aan zijn leven komt is al verklapt met de titel Tout s’est bien passé, letterlijk: Alles is goed verlopen.

Intussen hebben we wel kunnen genieten van een aantal fraai in beeld gebrachte details zoals de laatste boterham waar André een hap uit neemt, maar door dochter Emmanuèle in de diepvries wordt bewaard als metafoor van het niet echt afscheid kunnen namen van haar vader.

Het onderwerp euthanasie is ook wel beter uitgewerkt in andere films. Te denken valt dan vooral aan films als Blackbird (2019) en Amour (2012). Films over euthanasie zelf zijn minder relevant geworden nu het taboe er omheen vermindert en de regelgeving in ieder geval in ons land redelijk op orde lijkt. Wat blijft zijn de emoties die het aanstaande verlies van een dierbare met zich meebrengen. Ook deze film zet je aan het reflecteren over de kwetsbaarheid en eindigheid van het leven.

Tout s’est bien passé. Regie François Ozon. Een sober familiedrama, nu in de filmzalen.

Piet Halma

Piet Halma

Piet Halma was onder meer hoofd communicatie bij de protestantse kerken, Raad van Kerken, IKON en vredesorganisatie Pax (voorheen IKV Pax …
Profiel-pagina
Nog geen reactie — begin het gesprek.