Het stond vanochtend zelfs op Teletekst. En in het digitale tijdperk van websites en mobile apps weet iedereen: als je op teletekst staat, dan gaat het echt ergens over. Mgr. Gerard de Korte neemt vandaag de bisschoppelijke zetel van Den Bosch in. Hiermee wordt hij de opvolger van mgr. Antoon Hurkmans, die terugtrad om gezondsheidsredenen. De Korte wil een oplossing vinden voor de verdeeldheid binnen de katholieke gemeenschap in zijn bisdom, aldus het bericht. Hij wil alle regio’s van het Bossche bisdom bezoeken om de onvrede in kaart te brengen.
Aan het begin van zijn episcopaat, althans het Bossche gedeelte ervan, wil ik hem graag enkele wensen en verlangens meegeven. Een broederlijk advies, zeg maar. In alle bescheidenheid. Dat natuurlijk wel. De Korte weet best hoe je een bisdom moet bestieren. Maar toch: als de ene gedoopte en gevormde katholiek tot de ander, delend in het ene priesterschap van Jezus Christus.
Mijn eerste advies is om de Brabantse katholiek vooral te zien als een cultuurkatholiek. Dat betekent overigens niet per se iets negatiefs. Het katholicisme in Brabant is oud en heeft zich diep in de gewoonten en de harten van de Brabanders genesteld. Ook als de Brabander niet meer naar de kerk gaat – en dat gaan er steeds minder – en ook als diezelfde Brabander grote twijfels heeft over zijn betrokkenheid bij een lokale kerkgemeenschap – en dat hebben er velen – dan nog bekijkt hij zichzelf als ‘katholiek’.
De kinderen van de Brabander doen Eerste Communie. Zijn kleinkinderen worden gedoopt. Zijn ouders zijn nog in de kerk getrouwd. De Zoete Moeder van Den Bosch krijgt altijd een kaarsje. En ‘meneer pastoor’ wordt met een mengeling van spot en ontzag bejegend. Ik kan het weten. Ik ben een migrant. Ook ik kwam, net als De Korte, op latere leeftijd in Brabant. Geloof me, monseigneur, zo werkt het hier.
Dat betekent dat het lijntje dun is tussen de aloude kerk en de moderne Brabander. Dat lijntje kan zo stuk, maar het is er nog wel. Het lijntje kan breken door botte pastoors, die de idealen van de Roomsche kerk niet weten te paren met een milde pastorale inslag. Door schaamte over de naïviteit waarmee in de kerk soms over zondigheid en heiligheid wordt gesproken.
Het lijntje kan breken als die Brabander het gevoel heeft dat hij niet begrepen wordt door hen, die door de kerk over hem zijn aangesteld. Het lijntje knapt als de kerk waarin vijftien generaties van zijn voorouders hebben gekerkt, gehuwd, gedoopt en begraven, gesloten moet worden. Ga naast hen staan, monseigneur, nooit boven hen.
Het lijntje kan echter ook in tact blijven. Er is nog veel dat de Brabander aan de kerk bindt. Critici uit het Noorden, geneigd om in religieuze zaken vooral hun hersens te benaderen, noemen deze Brabander lauw. In het Noorden staat de keuzekatholiek, dwarsig tegen de maatschappelijke stroom, midden in oud-Reformatorenland, voor de moederkerk kiezend. De Brander kent deze keus niet, maar gelooft vooral met zijn buik. Vraag hem om uit te leggen wat hij gelooft, en er komt misschien geen geleerd verhaal uit. Maar vraag hem wat hij doet, en hij zal je zijn kruisteken laten zien, en de kaars voor het Mariabeeld.
Knak die sluimerend katholicisme van de Brabanders niet, monseigneur, al geloof ik niet dat u dit ooit doen zal. Ga langs de heggen en steggen van ons bisdom. Bezoek parochianen, enthousiast over hun kerk, verbitterd door het grondpersoneel. Bezoek de Brabanders als zij carnaval vieren of Jazz in Duketown. Spot de verborgen Jezus onder hen die – als clown of Jazz-fan verkleed – zich in het feestgedruis stort. Bezoek Gods grondpersoneel, de priesters, diakens en pastoraal werkers in ons bisdom. Zij voelen zich ook zo vaak alleen staan, want het ‘bisdom’ is vaak zo ver weg. Wees een vader voor iedereen, ook voor hen die zo node een vader moeten missen.
Ik wens u, monseigneur Gerard de Korte, bisschop van ’s-Hertogenbosch een gezegend epsicopaat toe. Dat u de herder moge zijn die wij zo verlangen. En moge de Brabanders uw geloof verwarmen. Opdat de geest van Pinksteren moge laaien in ons bisdom.
Welkom in Brabant.